Cowboys en incidenten

Nieuws | de redactie
23 juni 2011 | “Het is een opluchting dat er in de ambtelijke wereld zulke mensen waren als Ferdinand Mertens," zegt gasthoofdredacteur Jet Bussemaker, de Rector van de Hogeschool van Amsterdam. "Iemand die nog echt wil nadenken en een brede blik heeft, niet alleen maar ambtelijk of bestuurlijk, maar ook cultureel en wetenschappelijk.”

Jet Bussemaker reageert meteen als de naam van Mertens valt. Zij kent hem nog uit de tijd datzij zelf  in het midden van de jaren 90 in het presidium zatvan het Kennisdebat dat het ministerie in gang zette. “Mertens wastoen p-SG en die brede visie maakte hem toen al een bijzondere man.Dat kennisdebat was trouwens best mooi om te doen destijds. Het wasde eerste keer dat we de discussie over wat we ‘kenniseconomie’zijn gaan noemen echt op stoom wilden laten komen. In die clubwerden wetenschap, politiek, bedrijfsleven, jong en oud bij elkaargebracht.”

Jet Bussemaker

Ziel kwijt geraakt

Het interview met Ferdinand Mertens laat Bussemaker nietonberoerd. “Zijn visie op kwaliteit en toezicht is dan ook heelscherp en voor ons als hoger onderwijs heel erg de moeitewaard.”

Zijn metafoor van de vliegmaatschappij Onur Air voor dehogeschool Inholland laat haar zeker niet onberoerd. “Mijnassociatie was bij dat beeld direct:  ‘Meavita’! Ik had alsstaatssecretaris op VWS te maken met dat bedrijf in de thuiszorg.De toestanden daar hielden ons, mij, mijn medewerkers en ook deKamer heel erg bezig. Daar was men na de invoering van demarktwerking in de zorg echt de weg ingeslagen van groot, groter,grootst. Overal in het land ging Meavita thuiszorg aanbieden. Enwat zeiden de mensen toen het mis ging? ‘We zijn onze ziel kwijtgeraakt, het gaat echt om veel meer dan rendementen enbedrijfsmatige expansie.’ Doekle Terpstra zei laatst bijna precieshetzelfde over wat er bij Inholland gebeurd was. “

Mertens analyseert daarbij dat bij toezicht en borging vankwaliteit cruciaal is, dat je met alle betrokkenen – ookinternationaal zoals in de grote scheepvaart – de afspraken overhoe je deze met elkaar uitvoert scherp houdt. Bussemaker zegtdaarover: “Dat is ook nu weer aan de orde, dat ziet Mertens heelgoed. Wat er in het HBO is gebeurd is zeer ernstig, daar moeten weals hogescholen niet omheen lopen. Maar pas nou wel op, dat jeincidenten niet bestrijden gaat met een hele hoop extra toezicht opalles en dat leiden gaat tot nieuwe bureaucratische mechanismen enoverbelasting.”

“Ik heb als staatssecretaris dat dilemma ook meegemaakt,bijvoorbeeld rond Meavita. Mertens wijst er ook op, dat je nietzomaar de uitvoeringsafspraken rond toezicht moet omgooien.Tegelijk snap ik best dat bijvoorbeeld de Kamer een bewindsman bijzulke ernstige situaties of incidenten gaat aansporen tot’krachtdadig optreden’. ‘Hij of zij moet nu toch echt ingrijpen,’hoor je dan. En toch zeg ik ‘pas op’. Want voor je het weetorganiseer je vooral wantrouwen en schep je binnen de organisatievan bijvoorbeeld de hogeschool of de universiteit een cultuur vanrisicomijding. Men gaat dan elke moeilijke beslissing afschuiven,naar omhoog of naar een ander.”

Cowboys in kennisland

Tussen de zorg en het onderwijs ziet de oud-bewindsvrouw wel eenopmerkelijk verschil. “De afstand van het ministerie tot hetbetrokken veld is in de zorg veel groter. De invloed van hetdepartement en het apparaat op de sector is aanzienlijk minder danbij het onderwijs. Het ministerie zit nog steeds veel dichter ophet veld en de instellingen. Dat is mij in mijn werk hier welopgevallen. En dat mag ook een liberale bewindspersoon wel even inzijn oren knopen.”

De metafoor van ‘cowboys van het vliegwezen’ die Mertens hanteert, doet Bussemaker lachen. “Die ken ikook, heb die in de thuiszorg ook meegemaakt. Daar zit voor hethoger onderwijs echt een belangrijke les in. De marktwerking diedaar is doorgevoerd, moet ons waarschuwen. Je moet bewaken dat jedie niet zo laat doorschieten, dat het de beperkingen die bij eenpublieke dienst horen niet helemaal laat vervagen.”

De cowboys van Mertens noemt zij in onderwijsland “de mensen diezich toch vooral spiegelen aan CEO’s. Dat is toch echt een andertype leiding dan die het bestuur van een hoger onderwijs instellingnodig heeft. We moeten elkaar ook er op aan durven spreken, dat weecht beseffen dat onze sector deel is van de publieke sfeer. En dusdat je de beperkingen die daarvoor gelden ook ziet en je daar aanhoudt.”

De politiek is hier overigens niet geheel schuldeloos.Bussemaker erkent dat ook het hoger onderwijs in de jaren tachtigen negentig werd uitgedaagd zich ondernemend op te stellen envooral te sturen op geld. “Dat was toen modieus, dat is helder.Sommigen in de sector hebben die oproep goed in hun oren geknoopt.Dat kun je wel concluderen nu.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK