Het HBO in een vloeibare samenleving

Nieuws | de redactie
7 februari 2013 | In de huidige, vloeibare samenleving verandert de rol van het hoger onderwijs razendsnel. Saxion-lector Ruud Welten pleit dat studenten anders moeten worden opgeleid, als smart missiles.“Studenten moeten in staat zijn om volledig van koers te veranderen, en te vergeten wat ze eerder hebben geleerd”

Wat is de rol van het hoger beroepsonderwijs in een wereld waarin het fenomeen ‘beroep’ slechts nog een echo is uit vervlogen tijden? Welke rol zou het HBO moeten spelen in een samenleving waarin haar studenten worden geconfronteerd met een structurele onzekerheid over hun toekomst? 

De maatschappij is zodanig ingrijpend en in hoog tempo aan het veranderen, dat ze volgens socioloog en filosoof Zygmunt Bauman (1925), emeritus van de universiteiten van Leeds en van Warschau, niet meer begrepen kan worden in termen van vaste structuren, maar als een ‘vloeibare samenleving’.

Hoewel het hoger beroepsonderwijs niet het hoofdthema is, bevat zijn jongste boek On Education, dat in feite bestaat uit een reeks korte interviews, veel inzichten die in samenhang met zijn publicaties sinds Liquid Modernity (2000) van grote waarde kunnen zijn om het hoger beroepsonderwijs van vandaag een spiegel voor te houden. 

Een poging daartoe: Nog geen twee decennia geleden was het nog redelijk te veronderstellen dat studenten de kennis en vaardigheden die ze in hun opleiding verwierven zouden gaan verzilveren in de beroepspraktijk.

Men kon er redelijkerwijs van uitgaan dat afgestudeerden zich dankzij een gedegen hoger beroepsopleiding een solide plaats op de arbeidsmarkt wisten te veroveren. Dat dit beeld vandaag een achterhaalde voorstelling van zaken geeft, is beslist niet slechts te wijten aan de economische recessie. 

In onze vloeibare samenleving, aldus Bauman, wordt ons leven niet langer bepaald door een traject van een levenslange, eenduidige beroepspraktijk. Grenzen tussen vakdisciplines, functies en kennisdomeinen zijn vloeibaar geworden en nemen, al voortvloeiend, steeds nieuwe vormen aan. Studenten in het hoger beroepsonderwijs van nu zouden, in plaats van te worden ingewijd in een traditie van een vakgebied, zich moeten voorbereiden op de verregaande flexibiliteit die de huidige tijd vereist. 

Want in onze tijd verdwijnen niet alleen banen, maar complete traditionele beroepen. In plaats daarvan overschrijden we in ons werkzame leven onophoudelijk de grenzen van kennisvelden en markten. Niet alleen neemt het aantal vaste contracten op de arbeidsmarkt in hoog tempo af, werk wordt tegenwoordig begrepen in termen van kortlopende projecten. En wie een project met succes voltooit, moet alweer bezig zijn met een volgend project dat, wat toepassing en kennis betreft, niet vanzelfsprekend in de lijn ligt van het voorgaande project. 

Tegen de achtergrond van deze snelle golfbewegingen van de vloeibare samenleving, dreigt het HBO slechts nog een mastodont te worden uit tijden waarin een beroepspraktijk duidelijk in te kaderen was.

Praktische kennis kon in de mal van een opleiding gegoten worden, om vervolgens te stollen tot solide eenheid, beroep genaamd. Het is waar dat veel opleidingen niet meer in termen van beroepen denken, maar van praktische kennisdomeinen. Maar deze kennisdomeinen blijven vaak streng afgebakend, vastgelegd in bijzondere, meetbare competenties. De ene soliditeit wordt ermee ingeruild voor een andere. 

Smart missiles 

Wanneer leerdoelen daadwerkelijk samenvallen met competenties die de afgestudeerden voorbereiden op de beroepspraktijk, dan kunnen leerprojecten keurig van te voren worden geprepareerd en in afvinkbare eenheden worden omgezet. Echter, in een vloeibare samenleving is een dergelijke constructie slechts contraproductief.

Het maakt studenten log en inflexibel, en verstoken van de creativiteit en visie die de vloeibare markt van vandaag vereist. Bauman vergelijkt dit met doelrakketten. Op het moment dat zo’n raket de lucht ingaat, is zijn doel duidelijk. Maar een raket van deze soort mist haar doel, zodra dat doel zelf begint te bewegen, aldus Bauman. Hij zal immers slechts de aanvankelijk geplande locatie raken. 

In de vloeibare samenleving veranderen de doelen van plaats en inhoud, al op het moment dat de raketten de lucht ingaan. Het vizier moet dus niet alleen meebewegen, maar in staat zijn te anticiperen en het voormalige doel te vergeten.

Zo zouden we kunnen stellen dat het HBO haar doel mist wanneer ze studenten op een solide manier voorbereidt op beroepen die echter zelf in hoog tempo aan het veranderen of verdwijnen zijn, terwijl tegelijkertijd juist nieuwe kansen, veelal cross-overs tussen voorheen gescheiden kennisdomeinen, zich aandienen. 

Om doelen te raken in een vloeibare samenleving, zijn slimme raketten nodig. In de vloeibare samenleving is het doelloos geworden om studenten enkel nog ‘een vak te leren’, want op het moment dat de student de arbeidsmarkt betreedt, is zijn kennis achterhaald. Wat studenten daarentegen moeten verwerven, is het vermogen zich aan te passen en kennisdomeinen te overschrijden.

En dit gaat verder dan het af en toe organiseren van een college of workshop waarin studenten de grenzen van hun eigen vak overschrijden. De smart missiles kunnen zich zo snel aanpassen omdat ze in staat zijn volledig van koers te veranderen, en dat vereist dat ze vergeten wat ze aanvankelijk hadden geleerd. 

Het denken in praktische kennisdomeinen, in plaats van in traditionele beroepen, voldoet dus niet meer. Zolang het beroepsonderwijs soliditeit blijft nastreven, wordt de student niet op zijn rol in een vloeibare samenleving voorbereid. Integendeel.

Er is in veel gevallen geen sprake meer van kennis die van de oudere generatie naar een nieuwe wordt doorgegeven, maar andersom: op het gebied van bijvoorbeeld techniek, mode, nieuwe media, ICT, of design, zijn het de ouderen die leren van jongeren. Is het dan nog wel geloofwaardig wanneer kennis standaard wordt aangeleerd door een oudere generatie? Dit vereist een nieuwe, zelf vloeibaar geworden invulling van kennisverwerving. Moeten we blijven denken en handelen in gildetermen van de meester en de leerling, dus van de leraar die de student onderwijst? 

Het is waar dat de relevantie van de vloeibaarheid van de samenleving wellicht niet alle opleidingen aangaat, maar zeker waar markten en toepassingsgebieden zelf in een vloeibare situatie terecht zijn gekomen, zoals onder andere economie, facility management, toerisme en hotellerie, communicatie en journalistiek, kunst of sociaal agogisch werk, daar wordt het onverantwoordelijk om opleidingen te laten berusten in het oude. En de markt van vandaag is morgen achterhaald. 

Onzekerheid 

De voorheen begerenswaardige soliditeit en zekerheid heeft plaatsgemaakt voor flexibiliteit en mobiliteit, die past bij de manier hoe we in het leven staan. Dit heeft een grote mate van vrijheid opgeleverd. Wanneer de vader vroeger boer was, dan was de kans groot dat de zoon dat ook zou worden. Maar het individu van vandaag laat zich niet vormen door traditie. Dat betekent aldus Bauman ook dat we de zekerheden die de solide maatschappij ons vroeger gaf, zijn kwijtgeraakt.

In plaats daarvan leven we nu in een voortdurende onzekerheid, die zelf vloeibaar is, omdat ze steeds nieuwe vormen aanneemt. 

Waar de directeur van het bedrijf er vroeger vanuit kon gaan dat hij dat jaren achtereen zou zijn, daar is de CEO van nu degene die wordt ontslagen zodra hij niet meer aan de verwachtingen voldoet. De hoge mate van vrijheid in de vloeibare samenleving leidt tot een structurele onzekerheid, die ons drijft te vluchten op kleine eilandjes tussen al deze vloeibaarheid.

Er is durf, moed, creativiteit, ondernemerschap en visie voor nodig om als professional in een steeds veranderende samenleving te fungeren. Docenten moeten een kernrol moeten spelen in het enthousiasmeren van studenten, die op hun beurt de maatschappelijke verantwoordelijkheid die eigen is aan hun werkvelden, moeten leren koesteren. 

De mythe van het meetbare 

Maar in plaats van sensitiviteit voor de vloeibare samenleving te stimuleren, valt de HBO-praktijk vaak terug op meetinstrumenten, die een laatste, niet zelden wanhopige poging zijn om een schijn van soliditeit te behouden. Het cijfer voor de scriptie is opgeblazen tot een bureaucratie waarin alle resultaten moeten worden gemeten en vastgesteld.

Elk stukje kennis of gedrag van de studenten moet een plaats krijgen in tabellen met uitgemeten competenties. Docenten zijn voortaan de boekhouders van deze bureaucratie, die de verstolling van het onderwijs slechts bevordert. 

Problemen in het HBO worden behandeld als organisatieproblemen, in plaats van dat ze aanleiding  geven tot zelfonderzoek, met tot gevolg: nog meer controle en bureaucratie. En zo ontstaat een monster dat de schijn van transparantie en solide kwaliteitsbeheersing moet geven, terwijl het in werkelijkheid de praktijk van de interactie tussen studenten en docenten, tussen onderzoekers en het werkveld slechts frustreert.

Studenten worden daarmee opgeleid tot passieve consumenten, die slechts het moment afwachten waarop ze het felbegeerde diploma in handen krijgen, zonder dat ze zijn voorbereid op de verregaande vloeibaarheid die deze samenleving vereist. 

De organisatie van het huidige beroepsonderwijs loopt het gevaar een mammoettanker te worden, dobberend op de een vloeibare samenleving, en in het slechtste geval, langzaam maar zeker zinkend, terwijl de afgestudeerden doelloos op de golven van de oceaan blijven rondzwemmen.”      

Zygmunt Bauman, Liquid Modernity. Polity Press, 2000.

– , Work, Consumerism and the New Poor. Open University Press, 2005.

– , On Education. Conversations with Riccardo Mazzeo. Polity Press, 2012.

Ruud Welten is als lector verbonden aan het kenniscentrum Hospitality van Saxion en als UD filosofie aan de Universiteit van Tilburg.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK