Pacemaker tegen obesitas
Het Maastricht UMC+ heeft de tests hiermee met succes gedaan bij inmiddels zeven patiënten. De pacemaker zorgt ervoor dat de sluitspier een beetje wordt dichtgeknepen, waardoor voedsel langer in de maag blijft zitten voordat het verder het darmkanaal in gaat. Gevolg daarvan is dat het verzadigingsgevoel langer aanhoudt en het hongergevoel langer wegblijft.
Boven verwachting
Maagpacemakers zijn op zich niet nieuw. Ze worden al langer gebruikt, met name om de maag sneller te laten werken, maar de resultaten daarvan waren eigenlijk nooit overtuigend. Voor het eerst is er nu een pacemaker die krachtig werkt en zijn prikkels op een andere plaats in de maag afgeeft, dicht bij de maaguitgang. Belangrijk daarbij is de afstelling. Te veel elektrische prikkeling zou de spier helemaal afsluiten, en dat leidt tot misselijkheid. Het team van het Maastricht UMC+ is erin geslaagd de “dosering” aan elektrische prikkels die de pacemaker afgeeft, te finetunen.
De eerste resultaten zijn dan ook boven verwachting. Een gewichtsverlies van tien kilo binnen acht weken is mogelijk gebleken. De pacemaker staat zestien uur per etmaal aan. In de nacht staat de pacemaker uit, zodat de normale fysiologie van het maagdarmstelsel zich weer kan herstellen.
Voordeel van deze techniek is dat het maagdarmkanaal van de met deze techniek behandelde patiënt intact blijft. Bij maagverkleinende operaties en andere bariatrische technieken wordt de anatomie van de patiënt aangetast op een wijze die niet meer herstelbaar is. Het aanbrengen van de pacemaker op de maag is bovendien geen complexe of gevaarlijke operatie.
Vervolg en promotieonderzoek
De pacemaker voor de maag wordt momenteel in het Maastricht UMC+ en nog in twee Amerikaanse klinieken getest. Daartoe werken zij met een selecte groep patiënten met fors overgewicht (een BMI van tussen de 35 en 45) die al alles hebben geprobeerd om af te vallen, maar zonder werkelijk resultaat.
Verwachting is dat het nog zeker twee jaar zal duren voordat de testfase voorbij is en de techniek als reguliere therapie kan worden aangeboden. De onderzoekers Mark van Avesaat en Givan Paulus hopen binnenkort, onder leiding van prof.dr. Ad Masclee en dr. Nicole Bouvy, op het onderzoek naar deze pacemaker te promoveren.
