Minister kritisch op HBO

Nieuws | de redactie
24 maart 2014 | Minister Bussemaker is het niet eens met het HBO over een onduidelijke rolverdeling bij het toezicht. Dat werd duidelijk tijdens een debat over de lastendruk in het onderwijs. De minister liet weten dat ze inspectie, NVAO en Reviewcommissie indringend had verzocht gezamenlijk op te treden.

In het debat in de Tweede Kamer over het verminderen van de administratieve lastendruk ging de minister uitvoerig in op de maatregelen die ze had genomen om die in het hoger onderwijs te verminderen. Zo stelde ze onder andere, dat ze de inspectie, de NVAO en de Reviewcommissie nadrukkelijk heeft gevraagd om daartoe gezamenlijk op te treden.

Daarbij ging zij in op de brief die de Vereniging Hogescholen in aanloop van dit debat naar de Kamer had gestuurd om aandacht te vragen voor toenemende bureaucratie en een onduidelijke rolverdeling in het toezicht. De minister wees de voorbeelden daarvan in de brief van de hand. Bussemaker gaf bovendien aan dat hogescholen nalatig waren in hun verantwoording, ondanks afspraken die zij daarover had gemaakt.

Indringend in de ogen gekeken

De minister liet in het debat weten zij de inspectie, de Reviewcommissie en de NVAO met nadruk heeft aangesproken om gezamenlijk de regeldruk te verminderen. “Het is goed om te  melden dat de NVAO, de inspectie en de Reviewcommissie om tafel zijn gaan zitten op mijn verzoek, omdat ook ik signalen kreeg dat soms eerst de NVAO was langsgekomen als er een instellingstoets gedaan moest worden en vervolgens de Inspectie nog eens een keer langs kwam.”

“Ik heb de drie organisaties dan ook zeer indringend in de ogen gekeken en ze zeer dringend gevraagd om heel goed met elkaar op te trekken. En ze doen er nu alles aan dat informatie niet meer dan één keer wordt opgevraagd. Ik denk dat dit ook een belangrijke impuls kan geven aan minder ervaren lastendruk.”

Toren van toezicht

Paul van Meenen (D66) wilde van de minister weten of de prestatieafspraken niet op gespannen voet staan met het verminderen van de lastendruk. “In ons witboek staat ‘een toren van toezicht’, die is neergezet in de rectorskamer van de Universiteit van Tilburg. Dat is meer dan een meter papier. Het resultaat van één jaar afleggen van verantwoording in de richting van het ministerie. Mijn vraag is dan ‘hoe kijkt de minister daar nu naar in het kader van het terugdringen van de regeldruk met betrekking tot de prestatieafspraken’.”

De minsister erkende daarop, dat “de prestatieafspraken natuurlijk werk veroorzaakt hebben bij de instellingen, maar dat heeft ook resultaten opgeleverd. Als je wilt dat prestatieafspraken gedragen worden en dat het ook besproken wordt met de medezeggenschapsorganen, dan moet je wel bijhouden wat je wilt doen als instelling.”

“Wat we nu met de Reviewcommissie hebben afgesproken is dat ze geen nieuwe informatie meer vragen bij de instellingen. Dus de midterm-review doen ze op grond van de jaarverslagen. Instellingen moeten een aantal zaken die betrekking hebben op prestatieafspraken toch al vermelden in het jaarverslag. Daarnaast komt er dan geen extra set vragen.”

Bestuurskracht versterken

De SGP wilde van de minister een reactie op de brief van de Vereniging Hogescholen waarin zij zich beklaagt over de onduidelijke verhoudingen en rolverdelingen tussen instelling, toezichthouders en OCW. De minister gaf aan, dat zij het gevoel had dat het HBO op afspraken wil terug komen. “Ik ben het niet eens met de hogescholen  dat er sprake is van een onduidelijke rolverdeling. Want we vinden dat de bestuurskracht van instellingen moet worden verstrekt en het externe toezicht beter gevoed moet worden en de minister in bepaalde gevallen gericht moet kunnen ingrijpen met aanwijzingsbevoegdheid.”

“Dat heeft uw Kamer geaccordeerd en daar kan de VH het dan misschien niet mee eens zijn, maar het is wel wat we hebben afgesproken. Overigens, wat betreft die aanwijzingsbevoegdheid  – en dat heb ik al eerder gezegd – hoop ik dat ik die nooit hoef te gebruiken. Voorkomen is beter dan genezen.”

De minister gaf hierbij enkele voorbeelden waar volgens haar de analyse van de VH en de door hen geschetste problemen niet kloppen, “om aan te geven, dat het toch allemaal niet zo simpel ligt.” Zij meldde daarbij dat veel hogescholen zich niet aan de afspraken houden als het om de continuïteitsparagraaf gaat. “De hogescholen zeggen in hun brief dat het opnemen van de continuïteitsparagraaf in de jaarverslagen het belang van het interne toezicht uitholt. Ik zeg op mijn beurt dat op dit moment in weinig tot geen jaarverslagen dergelijke paragrafen worden aangetroffen. De Vereniging Hogescholen heeft in het afstemmend overleg over de continuïteitsparagraaf zelf wel aangegeven zich te kunnen vinden in de opname van die paragraaf in het jaarverslag.”

De minister wees er met nadruk op, dat “juist die paragraaf nodig is in het kader van het horizontale toezicht. Dat is nodig om de stakeholders rondom de instelling inzicht te geven en transparantie bij het financiële beleid. Kortom, willen we dat horizontale toezicht, dan zullen we wel transparantie van gegevens nodig hebben en dat proberen we met zo’n paragraaf mogelijk te maken.”

Onduidelijkheid over wat mag en moet

Bussemaker stelde dat er binnen de koepels kennelijk ook onduidelijkheid bestaat over het normenkader. “Een ander voorbeeld uit die brief [van de VH] betreft het normenkader van het ministerie van Financiën dat iets zou voorschrijven. Maar het is slechts een richtsnoer, geen voorschrift.”

Over de rol van de Inspectie gaf de minister daarbij aanvullende duidelijkheid. “De Vereniging Hogescholen doet de suggestie dat de inspectie minder onderzoek moet doen en verwijst onder andere naar onderzoek naar het eerste jaar en naar matchingsgesprekken. De inspectie doet echter geen onderzoek naar matchingsgesprekken, maar naar het bindend studieadvies en de instellingsfixus. Die onderzoeken die lopen al. Daarvoor is het wel weer nuttig om te weten hoe we daar misschien ook volgende maatregelen kunnen nemen om de administratieve lasten niet al te groot te maken. Kortom ik ben het met de voorbeelden die de hogescholen noemen het niet eens.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK