Good politics versus bad economics

Nieuws | de redactie
18 september 2014 | Schotland gaat vandaag naar de stembus. Wordt het wel of niet onafhankelijk van het Verenigd Koninkrijk? Timo Klein ziet in de stemming twee argumentatielijnen. “In hoeverre wegen de politieke voordelen van meer decentralisatie op tegen de mogelijke nadelen als gevolg van grote economische onzekerheden?

“Vandaag hebben de Schotten de keuze: ja stemmen voor onafhankelijkheid van het Verenigd Koninkrijk, of nee stemmen om hier onderdeel van te blijven. Hoewel het ‘nee’-kamp lang aan kop ging, is er afgelopen week voor het eerst een poll geweest die een marginale winst voor het ‘ja’-kamp liet zien. Uit de debatten blijkt dat er in essentie twee categorieën aan argumenten zijn: de politieke argumenten die voornamelijk voor onafhankelijkheid pleiten en de economische die hier grote vraagtekens bij zetten.  

Fiscaal federalisme

De discussie over de optimaliteit van (de)centralisatie is niet nieuw. In de jaren ’70 pionierde de Amerikaanse politicoloog en econoom Wallace E. Oates de literatuur over zogenaamd fiscaal federalisme. Deze literatuur stelt de vraag: hoeveel decentralisatie is optimaal? In essentie is de conclusie dat meer decentralisatie optimaal is wanneer de wensen van de bevolking onderling sterk verschillen en er weinig schaalvoordeel te behalen is uit het samenvoegen van publieke dienstverlening.

De Schotten hebben vergeleken met het VK een voornamelijk linksgeoriënteerd electoraat, zijn geregeld onderhevig aan wetgeving van een conservatief-rechtse regering in Westminster. Gezien deze hoge electorale diversiteit, is het logisch dat de Schotten het heft in eigen handen willen nemen.

Daarnaast blijkt dat kleine landen in bijvoorbeeld Scandinavië en de Benelux prima een relatief sterke dienstverlening kunnen leveren, wat de noodzaak voor schaalvoordeel onderuit haalt. Voeg hier aan toe dat veel Schotten meer waarde hechten aan hun identiteit als ze onafhankelijk zijn, en je hebt een sterke argumentatie ten faveure van onafhankelijkheid.

Schone lei

Deze discussie over de optimaliteit van (de)centralisatie gaat echter voorbij aan de realiteit dat besluiten hierover nimmer uit kunnen gaan van een schone lei. Er is namelijk een status quo: Schotland is onderdeel van het VK. Afwijken hiervan brengt een aantal zorgwekkende economische gevolgen met zich mee.

Deze gevolgen draaien voornamelijk om twee grote vraagstukken. Met welke munteenheid zou er in een onafhankelijk Schotland moeten worden betaald? En wat gaat er gebeuren met de publieke vermogens en schulden, zoals de goud- en olievoorraden en de staatsschuld. 

Pond, euro, of eigen munt

Een onafhankelijk Schotland heeft drie keuzes wat betreft haar valuta: met de Britse pond blijven betalen, een eigen munteenheid introduceren, of de euro adopteren. Elk van deze opties blijkt problematisch.

Als de Schotten de pond aan blijven houden, betekent dit in feite dat ze met een buitenlandse munteenheid betalen waar ze geen controle over hebben. Het beleid van de Britse centrale bank, de Bank of England, zou daarom geen rekening hoeven te houden met de economische situatie in Schotland met haar monetaire beleid. De gouverneur van de Bank of England, Mark Carney, vatte dit recentelijk samen door te stellen dat een gezamenlijke munt simpelweg conflicteert met soevereiniteit. 

Een eigen munt introduceren kost tijd en zorgt voor onzekerheid bij de financiële markten – iets wat in tijden van crisis de weg naar herstel kan ondermijnen. Daarnaast zal er veel onzekerheid zijn over hoe onderlingen claims tussen Schotland en het VK weergegeven moeten worden: in ponden of de nieuwe valuta?

Het introduceren van de euro brengt, tot slot, alle problemen met zich mee van een eigen valuta introduceren – en meer. Om de euro te introduceren, moet Schotland onderdeel worden van de Europese Unie. Landen als Spanje en Italië zouden hier goedkeuring aan moeten geven, maar gezien de onafhankelijkheidssentimenten in deze landen staan zij niet bepaald te springen om hier mee akkoord te gaan.

De inboedel

Naast de kwestie van de valuta, is er het vraagstuk van de inboedel: de gedeelde publieke vermogens, zoals de goud- en olievoorraden, en de gedeelde publieke schulden. Trouwen in gemeenschap van goederen is allang niet meer vanzelfsprekend, vooral omdat het bij een mogelijke scheiding veel problemen met zich mee kan brengen. Schotland en het VK zijn getrouwd in gemeenschap van goederen.

De Britse centrale bank heeft een grote hoeveelheid goudreserves. Daarnaast ligt er (vooralsnog) veel olie in het Schotse deel van de Noordzee, iets waar het gehele VK in geïnvesteerd heeft om te kunnen winnen. Er is geen reden om aan te nemen dat het VK akkoord gaat met een voor Schotland gunstige schikking van de verdeling hiervan.

Daarnaast heeft het gehele VK een staatsschuld van rond de 90 procent van het bruto binnenlands product, wat neerkomt op een slordige 1,500 miljard pond (1,900 miljard euro). Moet dit verdeeld worden op basis van bruto binnenlands product (gunstiger voor Schotland), op basis van de grootte van de bevolking (gunstiger voor het VK). Wederom is er  geen reden om aan te nemen dat het VK akkoord gaat met een voor Schotland gunstige schikking.

Good politics versus bad economics

In essentie komt de keuze dus neer op het volgende vraagstuk: in hoeverre wegen de politieke voordelen van meer decentralisatie op tegen de mogelijke nadelen als gevolg van grote economische onzekerheden?

Als het VK opnieuw ontworpen moest worden, dan zou Schotse onafhankelijkheid een logische keuze zijn. Immers het electoraat verschilt sterk en schaalvoordeel is er niet echt. Het is echter niet mogelijk om in zijn geheel terug te gaan naar de tekentafel. De economische onzekerheden die ontstaan door het afwijken van de status quo zouden wel eens desastreuze gevolgen kunnen hebben. Het is aan de Schotten of ze dit risico aan willen gaan.”

Timo Klein is afgestudeerd in het masterprogramma ‘Political Economy of Europe’ aan de London School of Economics. Momenteel volgt hij het onderzoeksprogramma Economie aan het Tinbergen Institute (gezamelijk onderwijs- en onderzoeksinstituut in economie, econometrie en financiering van de UvA, VU, en EUR)


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK