HO krimpt zeer divers

Nieuws | de redactie
9 februari 2015 | De HO-instroom krimpt iets, maar er zijn markante verschillen. De HBO-zorg kent een teruggang van 14% in aanmeldingen. Meer academische leraren voor de klas lijkt nog niet te slagen: universitaire lerarenopleidingen hebben 9.9% minder aanmelders. Inholland blijft overeind, terwijl HvA en HU klappen krijgen. VWO'ers blijven weg bij HBO.

Gemiddeld is er een daling te zien van 4% in het aantal instromende studenten in de HBO-bachelor. Het WO zag 2.4% minder bachelor aanmeldingen. Verklaring hiervan is het ‘studievoorschot-effect’, vermoedt men. Vorig jaar was sprake van een forse toename, omdat veel studenten de invoering van een leenstelsel voor wilden zijn en daardoor liever niet een ‘tussenjaar’ of iets dergelijks waagden. Dit werkt nu dan door in een scherpe zwenking in de instroom.

Er zijn daarbij een aantal opvallende variaties te zien op instellingsniveau. De grootste hogeschool van het land, de HvA, zag 13% minder instroom. Dat is een absolute daling van 1855 studenten. Daarmee heeft de HvA voor het eerst in een aantal jaar niet meer de hoogste instroom. Fontys heeft deze positie overgenomen, want zij zag een zeer lichte daling van 57 studenten en heeft daarmee een instroom van 12.789 studenten, 338 meer dan de HvA.

Bewegingen in Randstad

Tegelijk is zichtbaar dat Inholland zich stabiliseert. Na jaren van scherpe daling tijdens de vele perikelen weet deze hogeschool zich nu anticyclisch te handhaven. Men heeft net als vorig jaar een instroom van 8000 nieuwe studenten met slechts een marginale krimp van 32 studenten. Zulke bewegingen in de Randstad hangen samen.

HvA-rector Jet Bussemaker zei destijds al, dat de problemen bij Inholland leidden tot een veel grotere toestroom naar haar hogeschool en zij dan alle zeilen bij moest zetten om die nieuwe toevloed adequaat op te vangen en voldoende kwaliteit te bieden. Het herstel bij Inholland is daarom ook te zien bij de extra minder instroom elders. De Utrechtse collega’s van de HU laten bijvoorbeeld een daling zien van liefst 8%, het dubbele van het landelijke gemiddelde en ook de Haagse Hogeschool krimpt qua instroom met 6%.

De Hogeschool Rotterdam heeft met Inholland portfolio-afspraken gemaakt en weet als enige grote randstedelijke hogeschool een kleine groei door te maken (1%). De kleinere Leidse hogeschool vormt ook een uitzondering en krijgt meer instroom, opvallend meer in de pedagogische opleidingen.

Fors minder uit vwo

Op sectorniveau valt in het HBO op, dat de zorg na jaren van groei nu een gevoelige daling kent. Sector-breed zijn er nu 14 % minder studenten in de instroom dan een jaar eerder. De lerarenopleidingen houden het bij de voorziene daling daarentegen nog aardig droog.

De herkomst van de instroom vertoont een patroon, dat de VH en hogescholen ernstige zorgen moet baren. Bij 4% daling blijft het aantal jongeren uit het MBO nagenoeg gelijk. De klap zit bij instroom uit het vwo: maar liefst 15% minder jongeren zijn vanuit dit scholtype naar het HBO doorgestroomd. De zo gewenste differentiatie lijkt op dit punt niet te willen lukken.

Vrije val bij alfa’s

Evenals het HBO is het aantal nieuwe bachelorstudenten in het WO gedaald, zij het iets minder, met 2.4%. Desondanks zijn de sectoren techniek met 3.2% en rechten met 6.2% nog wel blijven groeien. Expansie zit er vooral bij de University Colleges. Zij zagen een groei van het aantal studenten met maar liefst 11.4%.

Grootste dalers in het WO zijn de Taal en Cultuur studies. Vorig jaar moesten deze ook al inleveren met 1.6%, terwijl heel het WO toen nog een groei zag van 4.7%. Nu lijken de Taal en Cultuur studies in een vrije val terecht gekomen, met een daling van 9.7%. Werkt hier de alfa-accreditatie van de NVAO nu reeds krachtig door en stemmen de studenten met de voeten? Gedrag en Maatschappij zagen een daling van 6.1% maar blijven wat betreft de absolute instroom nog wel de grootste sector in het WO.

Zeer fors is de daling bij de instroom in de masteropleidingen van de sector Onderwijs bij de universiteiten. Over de volle breedte blijkt dat de masteraanmelding afgelopen jaar steeg met 0.4%. Bij de universitaire lerarenopleidingen is echter een stevige daling waarneembaar: – 9.9%. Dit helpt niet bij de realisatie van de wens van de Kamer via de motie-Duisenberg, waarin de doelstelling werd uitgesproken, dat in 2020 85% van de docenten in de bovenbouw-VWO een academische master moet hebben gevolgd.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK