Succes tegen obesitas eist samenwerking

Nieuws | de redactie
18 februari 2015 | Overgewicht van kinderen raakt veel professionals: diëtisten, jeugdverpleegkundigen, sportcoaches, gezinscoaches, docenten en nog veel meer. In ons land neemt obesitas enorm toe, met name onder niet-westerse migrantenkinderen. Lectoraal onderzoek bij Inholland pakt dit probleem met hen aan.

Pauline Naber (lector Leefwerelden van Jeugd) benadrukte op een recent seminar hierover met de beroepspraktijk in Amsterdam enkele feiten die de aanpak in belangrijke mate zullen beïnvloeden:

-Overgewicht is een wereldwijd, maar met name toch ook een westers probleem.

-In Nederland hebben meer meisjes er mee te kampen, in andere landen is dat omgekeerd.

-Bij ons neemt obesitas enorm toe, met name onder niet-westerse migrantenkinderen.

– In Amsterdam is het probleem groter dan in de rest van Nederland: in Amsterdam heeft één op de vijf kinderen overgewicht, in de rest van Nederland is dat één op de zeven.

-De toename van overgewicht is een epidemie.

Getekend voor het leven

Inholland-lector-Naber verbond deze problematiek aan artikel 14 van de Rechten van het Kind: het recht van alle kinderen om gezond op te groeien. Daarbij gaf een jeugdarts aan dat een kind met obesitas echt voor het leven getekend is, zowel fysiek – denk aan celopbouw, diabetes en hartbelasting –  sociaal-emotioneel als qua ‘mindset’. De toekomst van een kind met obesitas is niet rooskleurig.

Obesitas treft in Amsterdam met name Turkse, Antilliaanse en Marokkaanse kinderen. Maar de kinderarts waarschuwde voor al te vlotte conclusies. “Laat je niet verleiden obesitas tot een etnisch probleem te benoemen. Het zijn met name de factoren laag inkomen en lage opleiding die van invloed zijn. Oftewel: verwar sociale achtergrond niet met etniciteit.”

Karen den Hertog (clustermanager ‘Aanpak kinderen met overgewicht en obesitas’ van de Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht) werkte die benadering nog verder uit. “Obesitas zien we met name in probleemwijken, wijken waarin er sprake is van achterstand op veel gebieden. Om nog maar niet te spreken van de stedelijke vernieuwing die in dergelijke wijken plaatsvindt: veel troep hoor, voordat er iets opgebouwd is. Kijk door de etniciteit heen.”

Professionals beter voorbereiden

Opleidingen hebben hierbij een wezenlijke taak. Omdat overgewicht meerdere levensgebieden treft – bewegen, slapen, voeding en opvoeding – vraagt dit om samenwerking van professionals en deze moeten daarin opgeleid zijn. Dat is van belang voor de verschillende organisaties die zich moeten richten op preventie door voorlichting aan ouders en kinderen. Maar ook lerarenopleidingen zijn hier aangesproken, zo bleek. Zij kunnen helpen door aandacht te leren geven aan de inrichting van gezonde scholen waar kinderen alleen gezonde lunchboxjes meenemen, water drinken in plaats van frisdrank, en tussen de lessen door sporten, spelen en bewegen.

In de begeleiding van gezinnen zijn vergelijkbare samenwerkingsprocessen van belang: een bewegingscoach werkt daarin  samen met een opvoedondersteuner, gezinsbegeleider en diëtist om een gezin te stimuleren. Deze manier van samenwerken en – vooral – met een brede blik naar de begeleidingsbehoefte van een gezin kijken, moeten aankomend professionals in hun verschillende opleidingen meekrijgen. Bij Inholland Amsterdam en de HvA is men bezig daartoe de eerste stappen te zetten, zo bleek in het seminar.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK