Prestatiecijfers zijn niet het probleem

Nieuws | de redactie
7 mei 2015 | Op 25 juni gaat het congres ‘Kwaliteit van onderwijs’ over de invloed van onderwijskwaliteit op de samenleving. Hoogleraar bestuurskunde Hans de Bruijn (TU Delft) doet alvast een voorzet. “De cijfers zijn het probleem niet. Ze leiden pas tot perverse effecten als er te hard op wordt afgerekend.”

U leest de voorzet van Hans de Bruijn op het congres hieronder. Deze verscheen eerder op de website Kwaliteit van Onderwijs:

Kwaliteit – prestatiecijfers, managers en professionals

“In het maatschappelijke debat over het universitaire onderwijs is er een dominant frame: het onderwijs over-managed en ten prooi gevallen aan managers. Die managers hangen de verwerpelijke neoliberale ideologie aan van de productie, de output en het rendement. Dat gaat ten koste van de kwaliteit van het onderwijs.

Van het frame naar de werkelijkheid. Wat is kwaliteit eigenlijk? Kwaliteit is een meervoudig en dynamisch begrip. Meervoudigheid duidt er op dat sprake is van verschillende en soms onderling conflicterende componenten – een cursus moet inhoudelijk goed zijn, moet regelmatig worden geïnnoveerd, moet een goede didactiek kennen, moet studeerbaar zijn, moet toetsbaar zijn). Tussen die componenten moet een trade off worden gemaakt en die is niet objectiveerbaar.

Dynamiek betekent dat onze opvattingen over elk van de componenten en over de trade off aan verandering onderhevig is. Meervoudigheid en dynamiek maakt ‘kwaliteit’ tot een moeilijk grijpbaar begrip, zeker wanneer we bedenken dat de verschillende spelers aan een universiteit  heel verschillende opvattingen kunnen hebben over zowel de componenten als de trade off.

Kwaliteit als meervoudig en dynamisch begrip levert een belangrijk risico op: een opvatting over kwaliteit bevriest en wordt niet meer ter discussie gesteld. Hoe voorkomen we dat risico? Doordat er een voortdurende conversatie is over kwaliteit, op z’n minst tussen professionals, studenten en practitioners. Kort gezegd: kwaliteit is een proces.

Nu begrijpt iedereen: kwaliteit kun je niet uitdrukken in prestatiecijfers. Het is ook altijd weer wat flauw om te roepen dat managers alleen maar in prestatiecijfers denken. Betekent dat nu dat dit soort cijfers betekenisloos zijn? Nee. Een continu gesprek over kwaliteit is belangrijk is en hierin kunnen prestatiecijfers een rol spelen – niet als een finaal oordeel, maar als een middel om dat gesprek te verrijken. Er is niets mis met inzicht in slagingspercentage per vak, in doorlooptijden van afstudeertrajecten, in rendementen van opleidingen.

De cijfers zijn het probleem niet. Ze leiden pas tot perverse effecten als er te hard op wordt afgerekend – een te hoge impact krijgen. Doe je dat niet, dan kunnen cijfers ons op het spoor brengen van interessante inzichten over kwaliteit. Als er een docent is met een laag slaagpercentage voor zijn vak, die dat legitimeert door te stellen dat zijn vak nu eenmaal moeilijk is – dan is het op z’n minst interessant dat hetzelfde vak met hetzelfde tentamen bij een andere docent tot veel hogere slaagpercentages leidt.

Kunnen we dat gesprek over kwaliteit nu alleen overlaten aan professionals? Nee –  studenten en practitioners mogen daaraan mee doen. Maar ook voor bestuurders en managers is er een belangrijke rol in dat gesprek. In het publieke debat is het beeld over bestuurders en managers vrijwel altijd negatief – maar dat raakt meestal kant noch wal.

Waarom moeten bestuurders en managers ook meedoen? Ze zijn een countervailing power voor professionals als deze onvoldoende kwaliteit leveren. Er bestaat individuele professionaliteit en collectieve professionaliteit – bestuurders en managers kunnen belangrijk zijn als er voor de collectieve professionaliteit te weinig aandacht is. Ze zijn belangrijk als de onderlinge professionele controle niet werkt als non-interventie de praktijk onder professionals is.

Professionele autonomie heeft een keerzijde: ze kan er toe leiden dat professionals tot een gesloten, defensieve gemeenschap verworden, waar nieuwe opvattingen moeilijk voet aan de grond krijgen. Ook dan geldt: het is goed dat er een bestuurlijke countervailing power is. Bestuurders en managers kunnen ook een belangrijke bijdrage leveren aan een cultuur waarin onderwijs wordt gewaardeerd en tot bloei kan komen.

De eerste constatering: prestatiecijfers zijn relevant, je mag ze gebruiken in het gesprek over kwaliteit, maar ze mogen niet te veel impact hebben. Hebben  ze dat wel, dan kunnen ze de professie perverteren. Dat is een precair evenwicht. De tweede constatering: sterke bestuurders en managers dragen bij aan betere kwaliteit. Wie alleen vertrouwt op de professionele autonomie, gaat voorbij aan de disfuncties daarvan. Dat is ook een precair evenwicht.

Een precair evenwicht wordt zo maar verstoord. Dat is het echt lastige probleem in de driehoek prestatiesturing – kwaliteit – bestuurders en professionals. Die verstoring komt vaak van buiten – prestatiecijfers worden bijvoorbeeld door derden gebruikt voor rankings of vergelijkingen, waardoor ze alsnog veel impact krijgen en tot pervertering uitnodigen.

Daar moet je je eigen professionals een beetje voor afschermen – en daar heb je toch weer de bestuurders en managers voor nodig.”

Doet u vooral zelf ook mee?

De organisatie nodigt u uit mee te doen in dit voortraject van doordenking en inhoudelijke agendering. Het falen of slagen van het congres hangt af van de kwaliteit van de gezamenlijke ontwerpen van de deelnemers. “Daarom hebben we de belangrijkste partijen in het onderwijsveld gevraagd namen aan te dragen van docenten, beleidsmakers, politici en bestuurders die op basis van hun kennis, positie en ervaring in staat zijn verandering te realiseren, kritisch te reflecteren op het debat en/of de ervaringen van de werkvloer in te brengen. Wij vragen van de deelnemers geen financiële bijdrage, maar wel actieve deelname tijdens het congres. U kunt zich inschrijven via de website www.kwaliteitvanonderwijs.nl.”

Hans de Bruijn is hoogleraar bestuurskunde aan de Faculteit Techniek, Bestuur en Management van de Technische Universiteit Delft. Hij publiceert regelmatig over tal van onderwerpen, waaronder prestatiemeting in de publieke sector, de relatie tussen management en professionals en over framing.  


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK