Lerarenagenda voor het HBO

Nieuws | de redactie
29 juni 2015 | HBO-lerarenopleidingen gaan strenger selecteren en willen als gevolg van teruglopende studentenaantallen door deze selectie gecompenseerd worden door OCW. Ook wordt de samenwerking met universiteiten versterkt, zo staat in de Lerarenagenda van de Vereniging Hogescholen

Bij de Hogeschool Leiden overhandigde VH-voorzitter Thom de Graaf aan minister Bussemaker ‘Opleiden voor de toekomst, de Agenda lerarenopleidingen 2015-2018’. In deze agenda heeft de VH 12 speerpunten benoemd. Daarbij komt er meer samenwerking met de universiteiten.  Ook zijn er stevige toegangseisen noodzakelijk om de kwaliteit te waarborgen, maar men wil dan wel tegelijk compensatie voor teruglopende studentenaantallen.

Om een verminderde instroom het hoofd te bieden gaan hogescholen meer samenwerken. Daarnaast moet er stevig ingezet worden om meer diversiteit te krijgen in het lerarenbestand. Tevens wordteen nieuwe masteropleiding ontworpen samen met het werkveld en een programma gestart om beginnende leraren beter te begeleiden.

Hieronder leest u de 12 speerpunten van de Lerarenagenda

“1. De kwaliteit van de lerarenopleidingen staat centraal en niet ter discussie. De pabo’s hebben aangetoond dat een consequente aanpak in een reeks van jaren positieve effecten heeft. Alle lerarenopleidingen committeren zich aan een verdere kwaliteitsslag.

2. Samenwerking met andere partners in het onderwijs is cruciaal. De  lerarenopleidingen gaan in gesprek met het po, vo, mbo en de universiteiten om gemeenschappelijk aan hun maatschappelijke opdracht te voldoen.

Meer masters opleiden

3. Met de universiteiten willen de hogescholen afspraken maken over het tegemoet komen aan de wens om meer master-opgeleide docenten voor de klas te krijgen. De inbreng van hogescholen: goed en bedreven in pedagogisch-didactische vorming en in contacten met het werkveld. Ook streven hogescholen naar zelf opleiden van meer master-studenten. Professioneel georiënteerde masteropleidingen voorzien het onderwijs van betere leraren. Om die ambitie te realiseren, hebben hogescholen speelruimte nodig.

4. De pabo’s zullen het succesvolle kwaliteitsbeleid met kracht voortzetten. Stevige toegangseisen leiden onherroepelijk tot aanzienlijke minder instroom. Naar hun oordeel gaat kwaliteit echter boven volume. Het doorkruisen van die kwaliteitsstrategie door lagere studententallen, mag niet gebeuren. Daarom willen de hogescholen een soortgelijke afspraak als eerder voor het kunstvakonderwijs: ze willen dat de bekostiging van de pabo’s bij teruglopende aantallen vijf jaar lang wordt gestabiliseerd op het huidige niveau. Dat maakt voortzetting van de kwaliteitsstrategie mogelijk en biedt de bestuurlijke rust voor eventuele herpositionering na die periode van vijf jaar. Overleg hierover met het ministerie van OCW is noodzakelijk.

Herijking van de kennisbases

5. De lerarenopleidingen zijn trots op wat ze met 10voordeleraar gezamenlijk hebben neergezet in de vorm van centrale kennisbases, kennistoetsen en peer-review. Ze blijven daarin investeren. Onderdeel van deze agenda is een voornemen te komen tot herijking van de kennisbases en meer ruimte voor flexibiliteit bij het uitvoeren van de toetsen. Specifiek voor de pabo’s willen de hogescholen beperking van de centrale toetsing tot de vakken Nederlandse taal en rekenen-wiskunde.

6. De lerarenopleidingen gaan het vraagstuk van diversiteit en studiesucces hoger op hun agenda plaatsen. De diversiteit onder afgestudeerde leraren is – als gevolg van instroom- en uitvalkenmerken – nog onvoldoende een afspiegeling van wat ze in po, vo of mbo aantreffen. Er komt in 2016 een gezamenlijk actieplan diversiteit.

Intensieve samenwerking

7. De lerarenopleidingen onderkennen dat schaalproblemen en een gebrek aan focus en massa op gespannen voet kunnen staan met hun kwaliteitsagenda. Het beperkte aantal studenten op sommige eerste- en tweedegraadsopleidingen kan de randvoorwaarden voor kwaliteit onder druk zetten. Om deze te borgen gaan hogescholen afspraken met elkaar maken; over het aanbod of over intensieve samenwerking.

8. Het praktijkgerichte onderzoek van de lerarenopleidingen is versnipperd en behoeft meer focus en massa voor een antwoord op actuele vraagstukken van het onderwijs. Daarom maken hogescholen onderling heldere afspraken over te onderscheiden programmalijnen en taakafspraken over de uitvoering ervan. Onderdeel hiervan is het voornemen om te komen tot vier á zes verschillende Centres of Expertise die geworteld zijn in afspraken met de scholen.

Aanpassing macrodoelmatigheidstoetsing

9. In goed overleg met het scholenveld ontwikkelen hogescholen nieuwe professionele masteropleidingen. Met de minister van OCW willen ze afspraken maken over aanpassing van de macrodoelmatigheidstoetsing om zo breed de professionele masters in het educatieve domein te stimuleren.

10. De lerarenopleidingen voeren met het scholenveld overleg over lerarenopleidingen voor de beroepsgerichte vakken vmbo en mbo. Dit overleg dient in het najaar van 2015 te zijn afgerond.

11. De hogescholen ontwikkelen met de scholen programma’s voor de begeleiding van beginnende leraren. In januari 2016 vindt een symposium over kennisdeling op dit terrein plaats.

12. Lerarenopleiders en scholen hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het opleiden van studenten, voor het inwerken van beginnende leraren en voor het leven lang leren van ervaren leraren. Regionale verankering met bijbehorende afspraken is een voorwaarde. Landelijke arrangementen zijn uitsluitend vruchtbaar als ze bijdragen aan het regionale overleg en afspraken. De rapportages van de hogescholen over die gesprekken zullen daarover duidelijkheid verschaffen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK