Digitaal 300 jaar

Nieuws | de redactie
3 mei 2016 | Computers en digitalisering zijn iets van deze tijd, toch? Welnee, beide zijn uitgevonden door de Duitse geleerde Leibniz. In 1716 stierf hij, de oprichter van de Sozietät der Wissenschaften, ontwerper van wind-watermolens, filosoof en wiskundige.

Gottfried Wilhelm von Leibniz was zo’n uomo universale als we in de 17e en de 18e eeuw vaker kunnen bewonderen. In hem schuilde een Christiaan Huygens, een Alexander von Humboldt, Goethe en Jefferson.

Hij deed technische uitvindingen, schreef een belangrijk filosofisch boek over god, de vrijheid van de mens en de oorzaak van het kwaad, richtte met zijn Sozietät de latere Academie van Wetenschappen in Berlijn en schreef zoveel brieven, boeken en essays, dat in 2048 het laatste deel van de ‘Gesamtausgabe’ van zijn werk verwacht kan  worden. 15000 brieven van 1100 afzenders uit zestien landen moeten nog bekeken en geanalyseerd worden bijvoorbeeld.

Raadsheer in Hannover

Leibniz bedacht niet alleen de basis van de deeltjesfysica met zijn concept van de ‘monaden’ waaruit alles in het heelal zou zijn opgebouwd, hij kwam op het zelfde moment als Newton met het zelfde idee van de oneindige calculus. Daarnaast was hij als bibliothecaris van hertog Johan Friedrich in Hannover diens belangrijkste raadsheer en diplomaat.

Zo zond deze vorst hem naar Versailles om met Louis Quatorze onderhandelingen te voeren. Tussendoor vond Leibniz een zeer efficiënte combinatie uit van waterkracht en windkracht in één nieuw type molen alsook een automatische voetstappenteller – de pedometer – die je in een doosje met je mee kon dragen terwijl je liep.

In 1703 schreef hij een verhandeling voor de Académie des Sciences in Parijs over een ideaal systeem van rekenen. Elk getal kon volgens Leibniz in een combinatie van 0 en 1 uitgedrukt worden. Daarop was een rekenmachine te baseren die ongekend precies en snel zou kunnen functioneren. Zelf had hij al eerder een rekenapparaat gebouwd voor drie soorten berekeningen tegelijk, die Vier-Spezies-Rechenmachine. Dat was nuttig, want Leibniz vond het “onwaardig de tijd van excellente lieden te verspillen met knechtenwerk, omdat de inzet van een machine het ook de eenvoudigste medewerker mogelijk maakt de uitkomsten van rekenwerk precies te laten noteren.”

Bezoek van de Tsaar

Zonder Leibniz dus geen Alan Turing, geen Google en in zijn Hannover ook geen Messe vol Internet of Things. Dat zijn tijdgenoten wel begrepen wat voor uniek mens hij was, bleek vlak voor zijn dood in 1716. Hij kreeg toen thuis bezoek van twee heren. Koning George I van Engeland, afkomstig uit het vorstenhuis Hannover, en Tsaar Peter de Grote van Rusland gingen samen bij de bejaarde denker en geleerde langs.

Dat beviel hem zeer, want hij had in zijn hele leven als filosoof gepleit voor veel uitwisseling van kennis en ideeën tussen de volkeren. Dat leek hem de beste grondslag voor vreedzaam samenleven en begrip tussen de naties. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK