Maak Bill Clinton minister van onderwijs

Nieuws | de redactie
24 augustus 2016 | "Elke Amerikaan, elke burger moet het hebben van R&D en kennis. Loop een Walmart binnen, rij in je auto of kijk naar het weerbericht en je snapt waarom ScienceDebate gelijk heeft." Washington-insider Bob Van Heuvelen adviseert Obama en vele organisaties en schetst waar de campagne nu staat.

Zijn voorouders emigreerden in 1867 vanuit Groningen naar Michigan en ontgonnen daar de ruige gebieden van het noordelijk schiereiland in  die staat tussen de Great Lakes. “Eindeloze bossen, hele roedels van beren en raids van indianenstammen,” vertelt Van Heuvelen uit familieverhalen. Zijn grootvader werd een rondreizend dominee voor zeven ver uiteen gelegen Dutch Reformed gemeenten in het nog legere en onherbergzamer North Dakota. “Hij preekte in het Nederlands tot de gelovigen daar, maar weigerde mijn vader die taal te leren, want in Amerika moesten zijn kinderen hun bestaan opbouwen.” Kleinzoon Bob werd een vertegenwoordiger van die staat in Washington en bouwde er een toonaangevende denktank en adviesbureau op.

Hij kijkt dan ook gefascineerd naar de komende verkiezingen, denkt mee en staat zeer achter de inzet van ScienceDebate.org om de discussies tussen de kandidaten naar een hoger plan te tillen. Want de campagne kent tot nu toe een sfeer en toon waar Vandenheuvel bezorgd over is.

“Dit is de meest bitse verkiezingscampagne die ik heb meegemaakt in 40 jaar. En de eerste die helemaal zonder issues lijkt te zijn. Althans, men voert geen debat over de wezensvragen waarom het bij elke presidentsverkiezing om ging en gaat. Niet over R&D, kennis en innovatie waar Amerika het van moet hebben, niet over de burgerrechten, nergens over.”

“Je moet Donald Trump nageven: hij zet de agenda. De man is briljant in het kapen van de conversatie. Alleen gaat die nergens over, behalve over hemzelf. Het is puur narcisme en dat is wel iets helemaal nieuws. Voor Clinton is dit eigenlijk heel lastig. Zij is zeer deskundig op onderwerpen, een echte ‘policy wonk’. Die inhoudelijke kant van haar komt zo helemaal niet aan de orde en dat is eigenlijk zonde.”

Roept Trump niet het slechtste in Clinton wakker? In plaats van haar kennis en inhoud te presenteren, gaat zij zich afzetten tegen zijn erupties en dan wordt zij bits en hard in haar optreden.

“Daar heeft u wel een punt, vrees ik. Kijk, Trump is zowel ‘meteoric’ als gevoelsarm. Daardoor is hij onvoorspelbaar en heeft het geen zin te reageren op zijn uitspraken of suggesties voor beleid. Die kunnen per dag of week veranderen of verdwijnen. Dat geeft Clinton weinig aanknopingspunten om het inhoudelijk debat met hem te zoeken. Heel lastig is dat voor haar.”

Maakt Trump nog steeds een kans? Sommige analytici gaan ervan uit dat hij eigenlijk al bijna verloren is.

“Vergeet een ding nooit: ‘Trump is great copy’. Geen medium zal het niet over hem hebben, geen dag niet. Hij is altijd quotable, geen dag of uur gaat voorbij zonder dat zijn tweets weer voor beroering zorgen. Hij is daar dol op. Daarom zeg ik steeds in Washington: ‘Als de kandidaat Trump een wijs man was, zou hij winnen.’ 

Hij raakt namelijk aan een boosheid die in Amerika onder veel kiezers leeft. Hij is als het ware de rattenvanger van Hamelen van de verontrusten in de samenleving. Zijn geluid lokt hen onstuitbaar. Daar zou hij door met wijsheid een sterk programma te presenteren de verkiezingen mee kunnen winnen. Maar het lijkt soms wel of hij daar bewust niet aan wil werken.

Zijn meest gemotiveerde aanhang vindt hij onder de ‘boze blanke mannen zonder diploma’. Maar al onder de vrouwen zonder diploma scoort hij veel lager dan andere Republikeinen en bij de andere kiezersgroepen zelfs dramatisch lager dan anderen van zijn partij. Daarbij komt, dat het gewicht van die lager opgeleide, blanke kiezers sterk verminderd is in de Amerikaanse bevolking. De politieke impact op langere termijn daarvan is moeilijk te overschatten. In 1960 – Kennedy tegen Nixon – was meer dan 90% van de kiezers blank. In 1980 – Reagan tegen Carter – was dat gedaald naar 80%, nu is dit 70% of net iets daaronder.”

Clinton heeft dus een ingebouwd, sluipend voordeel?

“Dat zou je denken, ja. Dat zag je in 2012 bij de herverkiezing van Obama. Zijn opponent Mitt Romney was er tot op de verkiezingsavond van overtuigd, dat hij gewonnen had, omdat Obama nooit de jonge en minderheden kiezers zo zou kunnen mobiliseren als hem in 2008 was gelukt. Dat lukte wel en er waren er ook weer meer van dan vier jaar daarvoor. Dus dit is het punt: welke kiezers gaan op 8 november écht naar de stembus? Gaan die lager opgeleiden en masse voor Trump opkomen en blijven jongeren en vrouwen thuis die Clinton zeiden te steunen? Of gebeurt het omgekeerde juist?

‘Trump is down, but not out!’ Clinton bedreigt boven alles overmatig het zelfvertrouwen van haar campagne en aanhang. Dit weekend is intern in haar staf precies daarover een indringende boodschap uitgegaan.”

Als je kijkt naar ScienceDebate, dan brengt men daar een reeks belangrijke vragen naar voren. Hoe ziet u deze, vanuit uw kennis en ervaring in Washington?

“Het moet gaan om investeringskeuzes. Wat wil je als land en waar leg je je zwaartepunten voor de lange termijn? Dan zijn R&D, kennis, innovatie voor een land als Amerika natuurlijk hoogste prioriteiten. Dus moet je de kandidaten vragen hoe hun financieel beleid eruit zien en hoe en waar zij ruimte vrij maken voor zulke grote, langdurige investeringen.

Ik stel vast dat Trump de staatsschuld wil laten oplopen en de facto de belastingen gaat verlagen voor de hogere inkomens. Dat kan natuurlijk, maar dan is er geen geld beschikbaar voor de noodzakelijke publieke investeringen in die kenniszwaartepunten. Juist daar zitten echter de aanjagers van de innovatie die Amerika groot gemaakt hebben. Denk aan terreinen als de ruimtevaart, energiebeleid, gezondheid, milieu en ook defensie en intelligence. De 20 vragen van ScienceDebate raken precies zulke sleutelgebieden en geven heel goed richting aan het soort debat daarover, dat ons land nodig heeft in deze verkiezingen.”

U noemt defensie en intelligence als aanjagers. Daar hebben we in Europa vaak wel wat moeite mee.

“Mag ik een voorbeeld noemen? De CIA maakt voor de lange termijn projecties van grote ontwikkelingen en bedreigingen die op ons land af zouden kunnen komen. Daarom wist men weinig van Irak, omdat dat helemaal niet als een serieuze bedreiging werd ingeschat. Maar er is wel een uitvoerige National Intelligence Estimates rapportage over klimaatsveranderingen. Op die manier, maar bijvoorbeeld ook door het tegengaan van de dreiging van cyberaanvallen, jaagt de intelligence-sector innovaties aan.

De kern is echter vooral toch de Amerikaanse burger zelf. Waar die ook loopt, werkt, rijdt of zich ontspant, hij en zij komt de effecten van kennis en innovatie tegen. Elke Amerikaan moet het hebben van R&D en kennis. Loop een Walmart binnen en kijk naar de nieuwe snufjes en slimme apparaten, ook voor huishoudelijk werk en hobby’s, rij in je auto en laat GPS je de weg wijzen, of kijk naar het weerbericht en je snapt waarom ScienceDebate gelijk heeft. Ik kon mijn vader van 92 gisteren via GPS precies met mijn en zijn telefoon laten zien waar ik in het Holland van zijn voorouders was. De revoluties op al deze terreinen zijn heel wat wezenlijker vraagstukken voor de nieuwepresident dan het bouwen van een muur.”

U adviseert vele toppolitici en beleidsmakers in Amerika. Wie zou u aan respectievelijk Trump en Clinton aanraden als de volgende minister van Onderwijs?

“Voor Trump noem ik twee kandidaten. Allereerst Kenneth Starr, de oud-president van Pepperdine University. Hij is een jurist van naam en politiek erg ervaren. En ja, ik weet het, hij was de speciaal aanklager die Clinton vervolgde wegens de Lewinski-zaak, dus dat moet Trump extra aanspreken. Nog beter, denk ik, zou oud-gouverneur Bill Weld van Massachusetts zijn. Hij was een ruimdenkende Republikein daar, die de toppositie van die staat op onderwijsterrein bevorderde. Nu is hij vice-presidentskandidaat voor de Libertarians, dus Trump zou meteen laten zien, dat hij verder kijkt dan zijn eigen partij.

Voor Clinton noem ik er ook twee. Allereerst oud-senator Tom Harkin. Hij zat de commissie onderwijs en arbeidsmarkt van de Senaat voor en hoort tot de ‘liberal’ vleugel van haar partij. Helemaal geweldig zou het zijn als zij haar man onderwijsminister zou maken. Als dat nog mag van de aangescherpte regelgeving op dit terrein, natuurlijk. Bill Clinton zou dan een echte roeping hebben en niet met zijn ziel onder zijn arm rondlopen in het Witte Huis. En zet hij zich in voor iets en zet hij daarbij zijn netwerk in, dan kunnen scholen en universiteiten rekenen op grote dynamiek en investeringen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK