Kamer twijfelt aan legitimiteit studentenbonden

Nieuws | de redactie
2 oktober 2017 | Komen de studentenbonden LSVb en ISO wel op voor het algemeen belang van studenten? Waarom maken hogescholen geen aanspraak op het onderzoeksdeel van de onderwijsbekostiging en hoeveel leraren zijn er ingeschreven in het lerarenregister? De Kamer heeft in totaal 218 vragen gesteld over de onderwijsbegroting.

Hoewel het huidige kabinet demissionair is en er een beleidsarme begroting is gepresenteerd met Prinsjesdag heeft de Kamer toch nog 218 vragen aan de huidige minister en staatssecretaris van onderwijs gesteld. Daarbij zit een aantal opvallende vragen dat ook betrekking heeft op het hoger onderwijs. Bij de lijst die gepubliceerd is, is echter niet te achterhalen door welke partij de desbetreffende vraag is gesteld.

Raming studentenaantallen

De Kamer wil onder andere weten wat de redenering is achter de verwachting dat het aantal deeltijdstudenten hoger beroepsonderwijs (hbo) en wetenschappelijk onderwijs (wo) gaat afnemen? Ook wil de Kamer weten hoe het komt dat de referentieraming die het aantal studenten bepaalt voor het hbo, dit jaar weer naar beneden is bijgesteld. “Welke nieuwe inzichten hebben ertoe geleid dat het totale aantal hbo-studenten vanaf 2021-2022 lager is in de referentieraming 2017 dan in 2016?” Dat de referentieraming naar beneden is bijgesteld heeft namelijk ook financiële gevolgen, het hbo krijgt om die reden ook minder bekostiging dan eerdere jaren was voorspeld.

De Adviesgroep Leerlingen- en Studentenramingen (ALS) beoordeelt jaarlijks de Referentieraming van OCW. Deze externe adviescommissie bestaat uit vertegenwoordigers van SCP, CBP, CBS, ROA en het onderwijsveld. Zij stellen voor naar aanleiding van de recente raming om verder onderzoek te doen naar de oorzaak dat er meer studenten ingeschreven staan in het hbo dan vanuit de raming eigenlijk aangenomen mag worden, gezien het dalende aantal eerstejaars. De Kamer wil van de minister weten of zij dit ook nader gaat onderzoeken.

Een andere vraag gaat over de studentenaantallen die dalen in het hbo en in het wo stijgen, dit in relatie tot het advies van de Commissie Veerman. “In hoeverre is de forse daling van het aantal hbo-studenten met 19.500 in 2022/2023 ten opzichte van 2016/2017 enerzijds en de stijging van het aantal wo-studenten met 24.500 in dezelfde periode, in lijn met de ontwikkeling van meer profilering zoals door de commissie-Veerman wenselijk werd geacht en van selectieve toelating zoals door de universiteiten bepleit?”

Ook wil de Kamer weten wat de dalende studentenaantallen voor gevolgen heeft voor de investeringen naar aanleiding van het studievoorschot. “Waarom is het budget voor ‘hoofdbekostiging’ van de hogescholen in 2019 bijna 200 miljoen euro lager dan in 2018, terwijl er in 2019 slechts 161 miljoen euro beschikbaar is voor ‘prestatiebox’?” De zogenaamde prestatiebox is samengesteld uit de opbrengsten van het studievoorschot.

Onderzoeksdeel begroting alleen voor wo?

Een andere vraag vanuit de Kamer over de bekostiging gaat over de verdeling van onderzoeksgelden. Dit is interessant in relatie tot een recente uitspraak van de rechter. Die bepleitte dat een hbo-instelling in dit geval de NHTV, geen aanspraak kan maken op de onderzoeksdeel van de onderwijsbekostiging ook als deze instelling wel een wo-opleiding verzorgd. De rechter oordeelde dat de wet op het hoger onderwijs dit zo heeft bepaald.

De Kamer wil nu weten of in de begroting van OCW ook hogescholen aanspraak maken op het onderzoeksdeel van de onderwijsfinanciering. “Welk percentage van het ‘onderzoeksdeel wo’ is te beschouwen als verweven met het onderwijs en zou moeten meegroeien met het aantal studenten, zoals betoogd wordt door de VSNU (Vereniging Samenwerkende Nederlandse Universiteiten), en welk deel van dit budget voor ‘onderzoeksdeel wo’ is beschikbaar voor hogescholen die wo-geaccrediteerde opleidingen verzorgen zoals de Nationale hogeschool voor toerisme en verkeer (NHTV), de Hanzehogeschool en de Hogeschool van Amsterdam?”

Studentenbonden op de korrel

Een andere listige vraag gaat over de studentenbonden. Vanuit de Kamer komen twee vragen over de legitimiteit van deze vakbonden. “In hoeverre kan gewaarborgd worden dat de activiteiten van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) en het Interstedelijk Studentenoverleg (ISO) daadwerkelijk het algemeen belang van de studenten waarborgt? Zijn hier voorbeelden van?”, zo wil de Kamer van de minister weten.”

Daarnaast wil de Kamer weten in hoeverre organisaties zoals Stichting Vluchtelingen, Stichting Handicap en Studie, Studiekeuze123 en ook beide studentenbonden zich ook daadwerkelijk inzetten voor alle studenten. “Kunt u activiteiten noemen van de genoemde organisaties die betrekking hebben op de belangenbehartiging van studenten? Behartigen zij de belangen van studenten in het algemeen of uitsluitend die van eigen leden?”

Ook wil de Kamer dat de studententevredenheid verder moet toenemen de komende jaren. “Wat vindt u van de percentages studenten die tevreden zijn met uitdagend onderwijs in 2016-2017 (hbo: 56%, wo: 67%)? In hoeverre ziet u manieren om deze percentages in de toekomst te verhogen?” 

De Kamer wil ook weten hoe het komt dat studenten in het wo minder tevreden zijn over baankansen dan studenten in het hbo “Hoe kan worden verklaard dat hbo-afgestudeerden de afgelopen jaren meer tevreden zijn geraakt over hun startpositie op de arbeidsmarkt, terwijl de alumni in het wo juist minder tevreden zijn geworden? Kunnen deze cijfers worden uitgesplitst naar alfa-, bèta- en gammastudies?”

Lerarenregister

Een andere vervelende haar in de soep voor het ministerie blijft het lerarenregister. Vanaf 1 augustus 2017 zijn alle leraren in het PO, VO en MBO verplicht om zich hiervoor in te schrijven. Daarmee kunnen leraren hun bijscholing bijhouden. Leraren die hun vak niet bijhouden kunnen/mogen op termijn ook niet meer voor de klas staan. Vanuit het veld is er veel kritiek op dit register en er is nog geen 15% van de leraren ingeschreven, ondanks dat dit al enkele jaren vrijwillig mogelijk is.”

De Kamer wil weten wat OCW gaat doen om de beroepsgroep meer te betrekken bij het register. “Welke activiteiten staan er op het programma om te bereiken dat de beroepsgroep, meer dan nu het geval is, het lerarenregister gaat ervaren als iets voor en door de leraren zelf, in plaats van dat het hen van bovenaf is opgelegd?”Daarnaast wil de Kamer ook weten wat er gebeurt met het geld wat er voor scholing is bedoeld. “Hoeveel onderwijsgeld is er besteed aan cursussen van commerciële bedrijven die registerpunten opleveren voor het lerarenregister?”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK