Broeikasgas gemeten
Ongeveer vijftig jaar geleden is men begonnen met het nauwkeurig meten van de concentratie van CO2 in de lucht. In de loop der jaren is deze concentratie sterk toegenomen, voornamelijk als gevolg van het verbranden van fossiele brandstoffen en het veranderde landgebruik. Toename van CO2 in de atmosfeer kan grote gevolgen hebben voor mens en milieu. Om in kaart te brengen hoeveel CO2 er wordt opgenomen door de kustzeeën van Europa is de EU in 2005 het project CarboOcean gestart.
De toename van CO2 in de atmosfeer is minder hoog dan op basis van de consumptiestatistieken van fossiele brandstoffen kan worden verwacht. Een groot deel van het CO2 dat in de atmosfeer terecht komt, wordt opgeslagen in vegetatie en in oceanen. De specifieke eigenschappen van de opname van CO2 door de oceanen worden op dit moment over de hele wereld onderzocht. Door gelijktijdig CO2 en zuurstofconcentraties in de lucht te meten, kan worden bepaald of CO2 wordt opgenomen of uitgestoten door oceanen of vegetatie.
Het Groningse Centrum voor IsotopenOnderzoek levert een bijdrage aan het CarboOcean- onderzoek door de samenstelling van de atmosfeer te meten. Er werd een plaats gezocht, ver weg van verstorende omstandigheden. NAM heeft daarop haar medewerking aangeboden en gekozen is voor het productieplatform F3, midden in de Noordzee. Het platform is voorzien van alle noodzakelijke voorzieningen om langdurig achtereen te kunnen meten. Ook zal de bemanning van het platform alle medewerking en eventuele assistentie verlenen. Door de luchtinlaat van de meetopstelling zo te kiezen dat bij de meest voorkomende windrichting geen lucht van het platform wordt gemeten, kunnen op deze locatie de achtergrondconcentraties boven de Noordzee gemeten worden.
Meest Gelezen
PVV de grootste partij: grote gevolgen voor hoger onderwijs
‘Verplicht Nederlandstalig hoger onderwijs raakt ook Nederlandse studenten’
Duitsland wil het hoger onderwijs en de wetenschap verder internationaliseren
CDA en NSC botsen over internationale studenten
‘Toekomstige minister, geef docenten ruimte voor onderwijsinnovatie’
