Bologna en HO-convergentie

Nieuws | de redactie
18 juli 2006 | Het ‘Bologna-proces’ heeft nog maar weinig bijgedragen aan de harmonisatie van Europese hoger onderwijs systemen, maar leidt wel tot aanzienlijke nationale hervormingen. Dit concludeert Johanna Witte van het Duitse CHE in een promotieonderzoek bij CHEPS. Zij laat zien hoe internationale ontwikkelingen als argumenten voor hervormingen worden ingezet, hoewel vaak gebaseerd op misvattingen. Zo werd accreditatie gepresenteerd als een ‘Angelsaksisch’ systeem, terwijl het in het Engelse hoger onderwijs nauwelijks een rol speelt en wordt aan de titulaturen als ‘BA’ en ‘MSc’ in nationale discussies veel aandacht besteed, hoewel internationaal geen eenduidige definities bestaan.

Witte vergelijkt in haar onderzoek onder meer de veranderingen in diplomastructuren en de bijbehorende aanpassingen van de hoger onderwijs systemen in Duitsland, Nederland en Frankrijk tussen 1998 en 2004, waarbij Engeland geldt als referentieland. In het proefschrift worden de verschillen tussen nationale uitgangspunten, interesses, opvattingen en competenties van de betrokken partijen toegelicht, alsmede de aard en mate van verandering.

In haar proefschrift stelt Witte dat de invoering van de Bachelor-Master-structuur door de deelnemende landen wordt gebruikt om vergaande hervormingen van hun gehele hoger onderwijs systeem door te voeren. Het proces van Bologna kan volgens Witte pas leiden tot convergentie van het hoger onderwijs in Europa als de internationale dialoog op alle niveaus wordt verbeterd. Concreet betekent dit dat het niet voldoende is dat steeds hetzelfde handjevol mensen deelneemt aan de Europese ‘Bologna-vergaderingen’; de internationale uitwisseling van informatie over hervormingen in het hoger onderwijs moet een breder platform krijgen.

De ministers die in de landen die de Bologna-verklaring hebben ondertekend en verantwoordelijk zijn voor hoger onderwijs moeten een intensievere dialoog aangaan, die verder gaat dan de officiële tweejaarlijkse conferenties. “Wir kommen nicht um die Mühe herum, zu versuchen die Hochschulsysteme unserer Nachbarländer wirklich zu verstehen”, aldus Johanna Witte. “Es reicht nicht, wenn immer die gleichen wenigen Personen zu den europäischen “Bologna meetings” fahren, der internationale Austausch über Hochschulreform muss in die Breite getragen werden.”

In het Nederlandse hoger onderwijs systeem worden internationaal gezien niet de meest ambitieuze hervormingen doorgevoerd. Maar de maatregelen die worden genomen, worden wel snel ingevoerd. In Nederland is de kloof tussen universitaire en hogeschooldiploma’s is nog steeds groter dan in Duitsland en is de universitaire Bachelorgraad in tegenstelling tot in Duitsland niet bedoeld om toegang te geven tot de arbeidsmarkt. Maar doordat de betrokken partijen het eens zijn over de hervormingen, kunnen deze wel snel worden ingevoerd. Een van de uitdagingen voor de toekomst is de verdere verbetering van mogelijkheden voor studenten met een hogeschooldiploma om door te stromen naar universitaire Master- opleidingen. Een andere taak ligt in de betere integratie van de Master- en de PhD-fase, bijvoorbeeld door middel van graduate schools .

In de analyse van CHE van haar werk worden nog andere interessante aspecten naar voren gebracht. “Die Ergebnisse für Deutschland zeigen, dass hier die ehrgeizigsten inhaltlichen Reformen geplant sind, aber die Umsetzungspolitik im Vergleich zu den anderen Ländern zögerlicher verläuft. Zu den weit reichenden politischen Entscheidungen gehören der berufsqualifizierende Bachelor an Universitäten, der selektive Zugang zum Master und die formale Angleichung der Abschlüsse von Universitäten und Fachhochschulen.

Dafür gibt es aber in Deutschland bis heute keine formale verbindliche Entscheidung für die Umstellung auf die Bachelor- und Masterstruktur auf nationaler Ebene, nur eine Willenserklärung der Kultusministerkonferenz (KMK). Obwohl so gut wie alle Bundesländer die Umstellung bis 2010 anstreben, ist das Bild weiterhin unübersichtlich. Die Einbeziehung von “stakeholdern” wie Hochschulen, Studierenden und Arbeitgebern in die politische Willensbildung war im internationalen Vergleich eher schwach. Die Studie zeigt, dass die inkrementelle Entscheidungsfindung auf Bundesebene und in der KMK weit reichende inhaltliche Reformen begünstigt und zugleich die Entwicklung eines bundesweiten Konsenses für die Umstellung erschwert hat.”






«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK