Bruins: geen ‘dhimmitude’ in HO

Nieuws | de redactie
5 september 2006 | OCW heeft geen rol bij het handhaven van de academische vrijheid. Dat schrijft staatssecretaris Bruno Bruins in antwoord op vragen van het Kamerlid Geert Wilders. Wilders had Bruins gevraagd of er bij de afscheidsrede van prof. Van der Horst sprake was van ‘ongepaste aantasting van de academische vrijheid’. In zijn antwoord laat Bruins weten dat de handhaving van de academische vrijheid primair een zaak is van universiteitsbesturen. Bruins noemt dit een ‘zorgplicht avant la lettre’.

Bruins: “Voor de borging van de academische vrijheid is niet in eerste instantie een rol voor de overheid weggelegd, maar deze ligt in eerste instantie bij de academische gemeenschap. En dat blijkt in de praktijk ook het geval te zijn: de beslissing van de rector van de universiteit heeft volop tot discussie geleid, zowel in de publieke media en in de academische wereld. Eén van de discussiepunten daarbij is of een afscheidsrede geheel wetenschappelijk moet zijn onderbouwd of ook persoonlijke meningen mag bevatten. Voor beide visies zijn voor- en tegenstanders”.

Bruins is het niet met Wilders eens dat incidenten als met Van der Horst zouden duiden op een ‘geest van dhimmitude’ onder de Nederlandse gezagsdragers. “Er is geen enkele aanwijzing dat de academische vrijheid niet ten volle zou worden gehandhaafd bij de Nederlandse instellingen. De formulering ‘dit soort incidenten’ lijkt ten onrechte iets anders te suggereren. De stelling dat ‘een geest van dhimmitude zich vaardig heeft gemaakt over Nederlandse gezagsdragers’ is niet onderbouwd en mij zijn geen signalen bekend die daarop zouden duiden.

Lees hier de antwoorden van staatssecretaris Bruins op de vragen van het Kamerlid Wilders

 

Hebt u kennisgenomen van het feit dat de Utrechtse hoogleraar prof. dr. P. W. van der Horst op last van de rector van de Utrechtse universiteit enkele passages uit zijn afscheidsrede heeft moeten schrappen omdat die passages ‘bevolkingsgroepen tegen elkaar zouden opzetten’, en dat hij ‘onder protest’ is gezwicht?

Ja.

 
2
Hoe beoordeelt u deze affaire? Deelt u de mening dat hier sprake is van een ongepaste aantasting van de academische vrijheid?

Academische vrijheid is een wezenskenmerk van de universiteit. Het rechtsbeginsel van academische vrijheid – opgenomen in artikel 1.6 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek – brengt de principiële vrijheid tot uitdrukking die voor de beoefening van wetenschappelijk onderwijs en onderzoek moet zijn gegarandeerd.1 De academische vrijheid is aan individuele personen toegekend, maar is tevens een opdracht aan de instelling.

Blijkens de toelichting op de WHW is de academische vrijheid te kenschetsen als een recht dat ten nauwste samenhangt met de vrijheid van meningsvorming en meningsuiting en dat specifiek gericht is op de positie van de individuele docenten, onderzoekers en studenten. Zij hebben de vrijheid bij het geven van onderwijs, het verrichten van onderzoek, respectievelijk het ontvangen van onderwijs hun eigen wetenschappelijke inzichten te volgen en daarbij niet afhankelijk te zijn van bepaalde politieke, filosofische of wetenschapstheoretische opvattingen2. De vrijheid is echter geen vrijbrief. Zo vindt de vrijheid in het verrichten van onderzoek (het beoefenen van de wetenschap) beperkingen in het moeten voldoen aan maatschappelijke en ethische normen en aan de door de vakgenoten erkende
maatstaven.

Het instellingsbestuur heeft als taak zorg te dragen voor de academische vrijheid. Het is bij uitstek aan de instellingen en het personeel van de instellingen om de academische vrijheid te borgen. Daarmee is de bepaling omtrent academische vrijheid in feite een zorgplicht avant la lettre, een zorgplicht zoals bedoeld in het recent ingediende wetsvoorstel Wet op het hoger onderwijs en onderzoek.

Voor de borging van de academische vrijheid is niet in eerste instantie een rol voor de overheid weggelegd, maar deze ligt in eerste instantie bij de academische gemeenschap. En dat blijkt in de praktijk ook het geval te zijn: de beslissing van de rector van de universiteit heeft volop tot discussie geleid, zowel in de publieke media en in de academische wereld. Eén van de discussiepunten daarbij is of een afscheidsrede geheel wetenschappelijk moet zijn onderbouwd of ook persoonlijke meningen mag bevatten. Voor beide visies zijn voor- en tegenstanders.

3
Welke zijn uw mogelijkheden om deze aantasting van de academische vrijheid te herstellen of te corrigeren? Bent u van plan van deze mogelijkheden gebruik te maken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn?

Er is naar mijn oordeel geen aanleiding voor corrigerend ingrijpen door de overheid. Waarborging of handhaving van academische vrijheid leent zich niet zozeer voor het toepassen van een overheidssanctie. Veel geëigender is het wetenschappelijke en publieke debat. In antwoord op de vorige vraag ben ik hier reeds op ingegaan.

4
Deelt u de opvatting dat een kritisch en onafhankelijk wetenschapper, verbonden aan een Nederlandse universiteit, vrijuit moet kunnen zeggen dat een bepaalde vorm van jodenhaat niet alleen in de Griekse oudheid en de christelijke middeleeuwen voorkwam, maar ook bij de huidige islam?

Zie het antwoord op vraag 2.

5
Deelt u de mening dat er een einde moet komen aan dit soort incidenten, omdat zij duidelijk maken dat een geest van ‘dhimmitude’ zich vaardig heeft gemaakt over Nederlandse gezagsdragers?

De academische vrijheid is een groot goed voor maatschappij, universiteiten, hogescholen en personeel. Er is geen enkele aanwijzing dat de academische vrijheid niet ten volle zou worden gehandhaafd bij de Nederlandse instellingen. De formulering ‘dit soort incidenten’ lijkt ten onrechte iets anders te suggereren. De stelling dat ‘een geest van dhimmitude zich vaardig heeft gemaakt over Nederlandse gezagsdragers’ is niet onderbouwd en mij zijn geen signalen bekend die daarop zouden duiden.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK