Beroepspraktijk leren zien

Dat komt omdat ze een verschillende beeld hebben van de beroepspraktijk. Gulikers stelt dan ook dat student, docent en werkveld samen moeten beoordelen of de student klaar is voor de arbeidsmarkt. Op 10 november verdedigt zij haar proefschrift ‘Authenticity is in the eye of the beholder. Beliefs and perceptions of authentic assessment and the influence on student learning’ aan de OU.

Docenten hebben het niet altijd bij het juiste eind

Gulikers onderzocht op verschillende mbo-scholen de opvattingen en percepties van studenten, docenten en het werkveld. Vooral docenten blijken geregeld niet goed te kunnen inschatten hoe studenten de beroepspraktijk zien, of wat volgens het werkveld de echte beroepspraktijk is. Daar komt nog eens bij dat beginnende studenten een ander beeld hebben van de beroepspraktijk dan meer ervaren studenten. Dit zou betekenen dat beginnende studenten wellicht andere soorten authentieke toetsen nodig hebben dan ervaren studenten. Het gevaar is dat het ontwikkelen van authentieke toetsen te veel een docentaangelegenheid blijft en losstaat van de student. Dit kan tot gevolg hebben dat studenten hun toekomstige beroepspraktijk niet goed herkennen in de toets. Dat kan weer een negatief effect op het leren van deze studenten hebben.

Betrek werkveld en de student

Scholen moeten niet alles voor studenten willen voorkauwen en dichttimmeren. Het advies van Gulikers is om input van het werkveld te vragen voor het ontwikkelen van authentieke toetsen en om studenten meer vrijheid te geven in het zelf vormgeven van hun toetsen. Studenten die net aan een opleiding beginnen, hebben hier wat meer hulp bij nodig. Naarmate ze tijdens hun mbo-opleiding meer werkervaring opdoen, zijn ze beter in staat om een toets zelf in te vullen met vragen en problemen uit de beroepspraktijk. In het proefschrift staat een aantal bruikbare vuistregels voor het ontwikkelen van authentieke toetsen.