‘Geen les geven is het allergoedkoopste’

Nieuws | de redactie
11 december 2006 | Hogescholen moeten kleiner worden en vakkennis moet weer centraal staan. Dat vindt de landelijke vereniging Beter Onderwijs Nederland (BON), waar zich binnen een half jaar enkele duizenden leden hebben aangemeld. HES-docente Anne Marie Oudemans is een van de oprichters van de afdeling hoger onderwijs van BON en vertelde aan Havana, het blad van de HvA, over haar opvattingen.

In Havana waarschuwde u studenten vorig jaar dat ze de kwaliteit van hun opleiding in de gaten moeten houden. Doen ze dat?

“Ik kan het studenten niet kwalijk nemen. Het is je kortetermijnbelang om snel je diploma te halen.  Maar op de langere termijn merk je straks dat je helemaal niet zo veel weet. De opleiding wil ook dat studenten zo snel mogelijk afstuderen. Dat werkt samen. In principe is de allergoedkoopste oplossing om helemaal geen les te geven en het papiertje gewoon uit te reiken. Dat is de meeste extreme vorm. Maar we zijn nu wel halve


Krijgt u veel reacties op Beter Onderwijs Nederland?

“Van docenten krijg ik veel reacties. Van het management helemaal niet. Zwijgzaamheid alom. Dat is ook een enorm verschil tussen universiteiten en hogescholen. Hogescholen zijn bijna allemaal overgegaan op competentiegericht onderwijs. Universiteiten niet, en die houden hun kwaliteit ook veel hoger. Bij heel veel hogescholen heeft niet eens de helft van het personeel een academische titel. Iemand als de rector magnificus van de Universiteit Eindhoven steunt BON. Op universiteiten zien ze de gevaren die wij ook signaleren.”

Is er echt zo’n groot verschil tussen het hbo nu en vijftien jaar geleden?

“Vijftien jaar geleden waren er gemiddeld 28 contacturen met vakdocenten. Ik denk dat we nu een gemiddelde van tien uur met vakdocenten halen, en dan stel ik het nog ruim. Het werkveld weet ook dat het niveau van afgestudeerden geweldig gezakt is. Bedrijven beginnen hun sollicitaties te veranderen. Zij komen veel te veel gebabbel tegen en PowerPoint-presentaties, maar er zit geen inhoudelijke kennis achter. Een groot pensioenfonds bijvoorbeeld gaat in het sollicitatiegesprek niet meer beginnen met vragen stellen. Daar zetten ze kandidaten eerst achter een Excel-spreadsheet met de vraag of ze een interne rentevoet kunnen berekenen. Zo niet, dan kunnen ze vertrekken.”

Wat wil de BON veranderen in het hbo?

“Het competentieleren is het niet, bureaucratie is het niet, grootschaligheid is het niet, en intimidatie is het niet. Er moeten meer hoogopgeleide vakdocenten komen. Er moet weer een situatie ontstaan van een leermeester die een leerling instrueert, en waarin engagement een wezenlijk onderdeel is. Dat docenten niet alleen verantwoordelijk zijn voor studenten, maar ze ook echt veel zien. We zien de studenten nu niet. Tweedejaars groepen op sommige scholen bestaan uit 37 studenten die een heel project doen en in totaal anderhalf uur een vakdocent te zien krijgen. Tel uit je winst. Daar is dus geen engagement mogelijk. Zo’n docent krijgt geen tijd en ruimte om vakinhoud mee te geven. Dan ontbreek het engagement onmiddellijk van twee kanten. Dat is schadelijk.

Waarom wil BON terug naar kleine scholen?

“Onderwijs is professionele dienstverlening. Het is het best te vergelijken met de organisatie van een advocatenkantoor. Dat wordt gerund door advocaten, en advocaten worden beoordeeld door advocaten. De essentie is dat de professionals zelf het geheel organiseren. Ook het onderwijs hoeft helemaal niet te worden aangestuurd. Sterker nog, dat is niet goed.

Waarom is dat niet goed?

“Een professional is degene die weet waarover het gaat. Een advocaat laat je toch ook niet aansturen door een manager. Dat is een hele rare gedachte die op niets is gebaseerd is, maar er tien jaar geleden is ingeslopen. Docenten worden op dit moment door managers beoordeeld. Die managers hebben geen vakinhoudelijke kennis in het algemeen, en ook geen didactische kennis. Een docent kan een periodieke salarisverhoging krijgen na een beoordeling door een niet-professional. Dat is absurd in de professionele dienstverlening, echt absurd. Het heeft ermee te maken dat wij alle hogescholen, dus niet alleen de HES, hebben opgezet als fabrieken. Door al die hiërarchische lagen heeft het nu helemaal niets meer te maken met professionele dienstverlening. Ik denk dat ook de boosheid van heel veel docenten tegen het management te maken heeft met die rare organisatiestructuur. Een hogeschool is nu een enorme fabriek.”

Besturen van hogescholen zullen denken: dat gaat heel veel geld kosten, al die hoogopgeleide docenten en die kleine groepjes…

Je zult op een bepaald moment kwaliteit moeten gaan leveren. Die kwaliteit gaat je meer geld kosten. Aan de andere kant, kleinschaligheid kan je heel veel ruimte opleveren. Voor een directie is er geen enkele prikkel om het te veranderen. Want dan komt ook de organisatievraag naar boven.

 

Is het nog steeds leuk om les te geven?

“Ik geef Marketing en Marktonderzoek en die paar uur lesgeven met studenten vind ik hartstikke leuk. Het is wel enorm aanpakken aan het huidige niveau. En het is heel jammer dat je ze niet meer geëngageerd kunt opleiden. Want je ziet ze te weinig.”

Gaan hogescholen de plannen van het BON oppakken?

“Hogescholen hebben de meeste moeite met de kritiek. Zij hebben het sterkst de fabrieksstructuren, daar zijn de minste contacturen, is het minste engagement en zijn de minste vakdocenten. Het zijn met name de hogescholen waar de donderende stilte vandaan komt.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK