13e eeuwse e-mail uit Novgorod

Nieuws | de redactie
12 februari 2007 | Rond Novgorod vond in de middeleeuwen in het oude Rusland levendige correspondentie plaats op stukjes berkenbast. Meer dan duizend van deze ‘b-mails’ zijn nu gefotografeerd, verder geanalyseerd en op internet gezet door een consortium van zeven onderzoeksinstituten. ‘Het is of je duizend briefjes hebt met Hebban olla vogala nestas hagunnan’, lacht de Leidse slavist Jos Schaeken. ‘Frits van Oostrom zou er zijn vingers bij aflikken, als zoiets voor het Nederlands bestond.’


De Universiteit Leiden is daarvan penvoerder. ‘De berichten zijn het equivalent van iets dat het midden houdt tussen e-mail en sms’, vertelt prof. Schaeken. ‘Het materiaal beperkt de lengte van de boodschap die je kunt overdragen.’

Stilus
De berestologie is de jonge wetenschap die zich bezighoudt met de teksten op berkenbast (‘beresta’ is het Russische woord voor berkenbast). Schaeken laat een stukje gedroogde berkenbast zien, dat hij zelf uit een dode berk heeft gesneden. ‘We weten niet precies hoe het behandeld werd, maar het is geen intensief proces. Je moet het een beetje nat maken en dan kun je er heel goed met een stilus op schrijven. De letters werden er zonder inkt ingekrast. Er zijn maar twee met inkt beschreven exemplaren bekend.’ Berkenbast was (en is) een alom voorhanden materiaal in noordwest-Rusland en dus een voor de hand liggende kandidaat om te dienen als tekstdrager. Papier was nog niet bekend en perkament was veel te duur. Bovendien bestond er al een cultuur om dit materiaal te gebruiken.

Bodemarchief
Het eerste beschreven stukje berkenbast werd gevonden op 26 juli 1951 en sindsdien zijn er al meer dan duizend opgegraven. Elke zomer wordt verder gegraven naar nieuwe. De stukjes zijn gemiddeld niet groter dan 15 tot 40 centimeter lang en 2 tot 8 centimeter breed. Op maar een kwart staat een volledige tekst, de rest is min of meer fragmentarisch overgeleverd. De volledig bewaarde teksten zijn meestal niet langer dan twintig woorden. Een paar hebben meer dan vijftig woorden en de langste tekst telt 176 woorden. De schrijfcultuur op berkenbast ontstond in het tweede kwart van de elfde eeuw en duurde tot iets na het midden van de vijftiende eeuw. Dit heeft te maken met allerlei historische ontwikkelingen en met de archeologische gesteldheid, waardoor berkenbast niet meer in het bodemarchief kon worden opgenomen. Schaeken: ‘Het wil niet per se zeggen dat het er niet meer was, maar het is niet overgeleverd.’

Liefdesbrieven
De berkenbastteksten geven een uniek inzicht uit de eerste hand in het dagelijkse leven van Novgorod over een periode van meer dan vierhonderd jaar. Meestal gaat het om privé- correspondentie, maar er zijn ook nogal wat lijsten met administratieve gegevens gevonden. Verder komen bijna alle denkbare genres aan de orde: officiële documenten, zoals een testament of een andere formele overeenkomst; leermateriaal, zoals een opsomming van het alfabet of lettergreepoefeningen; raadseltjes, schoolgrapjes, bezweringen, etiketten, liefdesbrieven, stukjes literatuur en liturgische teksten, huwelijksaanzoeken, uitnodigingen. ‘Van nogal wat berkenbastteksten weten we niet wat er precies bedoeld wordt maar elke nieuwe vondst voegt iets toe aan onze kennis’, vertelt Schaeken. ‘Het zijn korte teksten zonder context. De schrijver gaat er vanuit dat de ontvanger een heleboel snapt zonder alles te hoeven uitleggen.’

Vrouwen
Naast de cultuurhistorische waarde hebben de teksten een onschatbare taalkundige waarde. ‘De berkenbastteksten hebben aangetoond dat de verschillen tussen de liturgische taal en het volkse Russisch veel groter is dan men altijd dacht’, vertelt Schaeken. ‘We waren gewend aan Kerkslavische boeken, geschreven in een uit Bulgarije geïmporteerde taal. Maar in Novgorod werd een heel ander soort Russisch gesproken dan in het zuiden. Er zijn uitingen naar boven gekomen waarvan eerst gedacht werd dat het schrijffouten waren. Men nam aan dat die mensen niet genoeg onderlegd waren om hun taal goed of correct op schrift te krijgen. Maar historisch taalkundig kun je die afwijkingen verklaren.’ Wat ook een verrassing was, is dat geletterdheid een behoorlijk deel vormde van de samenleving en dat een aantal teksten geschreven zijn door vrouwen. ‘In het begin werd wel gedacht dat iedereen in die tijd kon lezen en schrijven. Dat vonden de Sovjets natuurlijk fantastisch, maar na duizend brieven zien we nu wel dat vooral de toplaag en de laag daar net onder, geletterd was’, relativeert Schaeken.

Zevende KaderProgramma
Drie jaar lang is er iedere zomer gegraven met geld van INTAS, een organisatie van de Europese Unie, speciaal bedoeld voor samenwerking tussen oost en west. Daarnaast is de subsidie besteed aan het online zetten van het gehele corpus. Een klein Moskous bedrijf heeft alle teksten van drie kanten gefotografeerd, om de letters in reliëf goed leesbaar in beeld te brengen. Schaeken: ‘Dat zijn bestanden van zo’n dertig megabyte per stuk geworden.’ Eind januari is de website met veel media-aandacht in Rusland gelanceerd. Schaekens belangrijkste zorg is nu om nieuwe fondsen te werven. Hij denkt daarbij aan het ‘Zevende KaderProgramma’ van de EU. Met geld uit dat programma wil hij de onderneming nog internationaler maken door aan te sluiten bij andere corpora in het westen, en er een typologisch project van te maken: Egodocumentatie uit de middeleeuwen. Binnenkort komen alle inleidingen in het Engels beschikbaar, maar de teksten zelf moeten door een berestoloog met Engels als moedertaal vertaald worden, om alle subtiliteiten goed weer te kunnen geven.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK