Bullshitbingo in het hoger onderwijs

Nieuws | de redactie
27 februari 2007 | Nu is de tijd voor de fanatieke beoefenaars van Bullshitbingo. Het bullshitniveau bereikt anno 2007 een hoogtepunt. Ik bedoel natuurlijk termen als feedbacken, doorkoppelen, win-win, committent, employability, benchmark, bottom-line, etc. U kent ze wel. Wie begrijpt ze niet? Sterker nog... wie gebruikt ze niet? Velen hebben enkel door het gebruik ervan reeds de “board room” gehaald.

Uitgevonden door de studenten van het MIT (Massachusetts Institute of Technology), bullshitbingo is een sport die zich richt op het vinden van zoveel mogelijk geaccepteerde bullshit in onze samenleving. Toen vice president Al Gore, kampioen met bullshittermen een toespraak hield voor de studenten van het MIT, smokkelden verschillende studenten bingoformulieren de zaal in. Op de formulieren stonden in plaats van cijfers enkele bullshittermen, welke vaak door Gore gebruikt werden. Wanneer iemand zijn kaart vol had riep hij heel hard: Bullshit!



Grootste bron is uiteraard het bedrijfsleven. Het bedrijfsleven spant de kroon met functiebetiteling en wandelgangentaal. Het scala aan titels alleen al is met moeite te omvatten. Zo is de “boardroom” niet meer gevuld met directieleden, maar met CEO’s, COO’s, EVP’s, SVP’s, CFO’s, en, wellicht ten overvloede, nog een aantal presidents. Meer functies dan in menig kantoortuin bij elkaar, hoewel, het regent tegenwoordig in de onderlagen van de bedrijven ook al business developers, market engineers, facility managers, de nodige seniors en juniors, associates en generals. Veelal ook gebruikt als “ego-boost” om menig werknemer’s “self-esteem” aan te vullen, zodat hij iedere dag met plezier in zijn “cubicle” plaatsneemt.

Ook in het hoger onderwijs zijn de termen inmiddels ingeburgerd. Sterker nog, het HO is er een onuitputtelijke bron van geworden. Zo reviewt menig student tegenwoordig zijn “portfolio” met zijn “senior tutor”, om de resultaten van zijn “HKM” (Hogeschool Keuze Module) te benchmarken. Om het college van een bepaalde junior professor te kunnen volgen, moet wel zijn “assesment” met ” satisfactory” zijn “gelabeled”. Zo niet, dan loopt hij flink wat “credits” mis! Wanneer hij afwijkt van zijn POP (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) moet hij even langs bij zijn “studieloopbaanadviseur”, waarna hij zich vervolgens voor een andere “differentiatie” kan aanmelden op een “E-learning-system”. Ook de organisatiedelen die in het verleden overal bekendstonden als faculteiten heten tegenwoordig departementen, instituten, schools of divisies.

Termen als SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) zijn tevens al helemaal ingeburgerd. Overal word je ermee geconfronteerd. He! als je iets doet, moet je het wel smart doen hè! Gaan we niet lichtelijk over de kop? Vakinhoudelijkheid is bijna niet meer bepalend voor succes, nee, een uitgebreide bullshitwoordenschat maakt vaak meer indruk op leidinggevenden of andere beoordelaars. Daarnaast is het ook nog zo dat op creatieve woordverzinsels gebaseerde theorieën maatgevend zijn. Werk je niet SMART, dan kun je je “credit” wel vergeten. Persoonlijk streef ik er tegenwoordig altijd naar om Gestructureerd, Onderbouwd, Eenvoudig en Doeltreffend te werk te gaan… Zo, nu even mijn column “doorkoppelen” naar de redactie, wachtend op “feedback”.

Tom Vroemen,
voorzitter Eerste Limburgse Studenten Unie en student Werktuigbouwkunde en International Business

[deze column verscheen ook in HO!, het LSVb-blad]


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK