Gewetensbezwaar in discussie
Ook op andere terreinen dan ‘het homohuwelijk’ of de medsiche ethiek speelt dit vraagstuk. Militairen die gewetensbezwaren hebben tegen bepaalde vredesmissies worden bijvoorbeeld ontslagen van hun verplichting.
Op het symposium komt het thema aan bod zowel vanuit de theorie van filosofie en recht als vanuit de praktijk van artsen, militairen en politieagenten. Wat is er zo bijzonder aan gewetensbezwaren dat een dergelijke bijzondere behandeling kan rechtvaardigen? Zijn ze per definitie ernstiger of belangrijker dan ‘gewone’ bezwaren? Het cruciale verschil lijkt hem in ‘geweten’ te zitten. Maar wat is dat eigenlijk, als het überhaupt iets is? Is niet ieders geweten verschillend? En als dat zo is, (hoe) kan dan ieders geweten evenveel aanspraak maken op een aparte behandeling, op bijzonder respect?