Wie A zegt…
Iemand met een A-achternaam staat vooraan in het rijtje van auteurs. Begint je achternaam echter met een Z, dan sta je altijd achteraan, zelfs wanneer je de grootste bijdrage aan de publicatie geleverd hebt. Wanneer een artikel van meerdere auteurs geciteerd wordt in een andere publicatie, wordt vaak alleen de eerste auteur genoemd, gevolgd door et al. Dat geeft hun carrière een extra zetje, zo concludeerden de onderzoekers. Niet alleen hebben de vroegalfabetische auteurs een grotere naamsbekendheid, maar ook publiceren ze aantoonbaar meer dan hun XYZ-collega’s.
Van Praag en Van Praag concludeerden bovendien dat de wetenschappers zich bewust zijn van de invloed van hun achternaam, en daarom de naamvolgorde soms baseren op het aandeel dat een auteur in de publicatie gehad heeft. Zelf stellen Van Praag en Van Praag voor de volgorde ad random te bepalen.
De Nijmeegse econoom Verschuren is het op Voxlog met beide ‘oplossingen’ niet eens: ‘Het weergeven van namen op alfabetische volgorde is een vaste regel. Het vermijdt onduidelijkheden. Ik heet Verschuren, en sta dus heel vaak achteraan. Ik heb er persoonlijk echt geen last van. Namen die heel raar zijn, vallen ook extra op, en worden dus ook bekender dan andere. Daar doe je ook niets aan. Het is allemaal maar relatief. Je kunt wel gaan kijken wie het hardst gewerkt heeft, maar dat wordt appels met peren vergelijken. Wat is überhaupt eerlijk? Toevallig heet mijn promotor Wolf, dus die staat achter mij. Hij vindt het ook geen probleem.”
Meest Gelezen
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap
Nederlands hoger onderwijs “negatieve uitschieter” op kansengelijkheid, toont OESO-rapport