Probeer het eens met de waarheid

Nieuws | de redactie
5 juni 2007 |

“We analyseren de trends in ons vak vanuit het oog van de orkaan”. Ad van Liempt was de chef van Nova en is nu lector aan de HU voor crossmedia onderzoek. Samen met Jacques Wallage en Pieter Broertjes, de hoofdredacteur van de Volkskrant, ontwikkelt hij een nieuw kenniscentrum aan de hogeschool. ScienceGuide sprak met hem over ambities, lessen, de OESO-kritiek en kansen aan de vooravond van hun eerste openbare les.
“De journalistiek is een vak van autodidactiek, jarenlang was dat een feit. In de jaren zestig kwam er een school op hbo-niveau. Pas sinds 5 jaar kun je het vak aan de universiteit studeren. Dat is ook voor het hbo een uitstekende ontwikkeling! Want het is een stap voorwaarts in de verhoging van de kwaliteit van opleidingen. Ik stel vast dat de universiteiten op dit terrein voortreffelijke mensen afleveren. Dat is goed voor allemaal, het wo, het hbo en de journalistiek.

Het is ook nodig. Theorievorming ten aanzien van een specifiek op Nederland toegespitste journalistiek en traditie op dat vlak is er zeer, zeer weinig. Internationaal is zoiets veel meer ontwikkeld, maar bij ons nauwelijks. En dat terwijl ons land qua pers en televisie, ook historisch, heel speciale kenmerken heeft, maar die zijn zelden onderzocht en geanalyseerd. Daar zouden wij met ons kenniscentrum aan kunnen bijdragen en de universitaire opleidingen en onderzoekers zeker ook.

We zijn parttimers vanuit de praktijk. Het is dan ook onze opdracht om voor het trekken van het kenniscentrum vaste, ‘dragende lectoren’ te vinden. Zij krijgen de dagelijkse leiding, zorgen voor het coördineren van de activiteiten en het afstemmen van de onderzoeken. Dezer dagen wordt bekend dat er zo’n lector bijkomt en dat is wel een spraakmakende benoeming. Het is Piet Bakker van de UvA, ongeveer dè specialist op internationaal niveau van het verschijnsel van de gratis krant. Die brengt meteen zowel onderzoekservaring, expertise als relaties met het universitaire onderzoek binnen.

Om het kenniscentrum in gang te zetten hebben we docenten benaderd om mee te doen in het onderzoek. Zes van hen zijn nu twee dagen per week vrijgesteld om onderzoek uit te voeren. Als bijzondere lectoren hebben wij een stuk geschreven waarin de grote lijnen van ons onderzoeksterrein zijn uitgezet en de projecten van die docenten passen daarin. We begeleiden hen in de eerste fase van hun werk, de dragende lectoren gaan dat overnemen en intensiveren tijdens de uitvoering van het onderzoek.

De kritiek van de OESO- review op de ontwikkeling bij de lectoraten zou ik voor onze aanpak zo willen beantwoorden: wij drie brengen als team de praktijk van het vak naar binnen. We analyseren de trends en ontwikkelingen in de media en journalistiek. En dat terrein is wereldwijd enorm in verandering, zeker ook door de technologische revolutie, het internet en zo. We analyseren dit vanuit het oog van de orkaan, maar dat doen we niet vanuit een theoretische benadering. Dat type wetenschappelijk onderzoek doen wij als lectoren en kenniscentrum niet.

We besteden wel een belangrijk deel van onze tijd aan het terugploegen van het onderzoek naar het onderwijs in de opleidingen, ook direct naar de studenten. We schakelen hen ook zelf in onderzoeks­activitei­ten in, waardoor vaardigheden en kennis daarvan omhoog gaan. Maar vooral zetten we in op het verfrissen van het docentencorps. We brengen de docenten dichterbij de praktijk, leggen nieuwe relaties voor hen met het vak dat ze na lange jaren primair les geven kwijt geraakt zijn.

Daarom vind ik dat ons kenniscentrum een poortwachterfunctie moet vervullen voor de ontwikkelingen in de praktijk. Het kijkt actief naar vragen als ‘Wat gaan blogs nu werkelijk doen met ons vak? Hoe verandert het web het dagelijks instrumentarium van de journalist?’ Onze taak is de essentie uit zulke vragen op te pikken, de hypes en mode-items te helpen onderscheiden van de fundamentele veranderingen. Verwerk je deze niet in het curriculum en de aanpak van het onderwijs, dan ben je wel bezig journalisten op te leiden, maar alleen nog voor een vak dat feitelijk zo niet meer bestaat. Dit kan bovendien niet meer alleen met de blik op de media in Nederland alleen, we willen de samenwerking met journalistiekscholen in het buitenland op dit punt uitbouwen. Wat zijn de crossmedia ontwikkelingen bij de BBC? De kwaliteitsnormen bij zulke veranderingen die een New York Times of The Guardian willen gaan hanteren? Daar moet je naar kijken.

Onze eerste openbare les doen we daarom alle drie tegelijk, want we werden tegelijkertijd benoemd in onze verschillende lectoraten. Wij willen komen tot een soort state of the art van ons terrein vanuit de drie verschillende invalshoeken. De kern zal zijn de vraag naar professionele authenticiteit in de enorm snelle ontwikkeling van deze en de komende jaren. Jacques Wallage kwam met de spreuk die we als titel hanteren: ‘Probeer het eens met de waarheid’.

Mijn verhaal gaat over de zorg van velen dat die authenticiteit eraan gaat, dat de kwaliteit van de journalistiek achteruit holt. Alles moet sneller en de versimpeling van het publieke debat en de media zelf is een groot gevaar, zeggen we dan. Iedereen is een straatvechter geworden in het nieuws. Maar is dat we zo. Ik ga daar meer eens lekker tegenin. Volgens mij is de kwaliteit van de televisie-journalistiek zelden zo hoog geweest. Zo, die staat hè? Nederland won de voorbije jaren drie keer de Emmy op dit terrein. Daar hoor je niemand over, maar dat is wel uitzonderlijk. Als de Nederlandse film zo vaak de Oscar won, riep men een nieuwe Gouden Eeuw uit. De televisie zal zich als journalistiek medium nog meer moeten willen onderscheiden. Juist op die punten waar ze erg sterk blijft: een injectie in echte onderzoeksjournalistiek en in internationale verslaggeving zijn daarom erg zinvol.

Pieter Broertjes  komt met een meeslepend betoog over hoe de multimediale strategie nodig is om de krant te doen overleven. Anders gaat de papieren krant ten onder. En Jacques Wallage gaat een pleidooi houden voor een nieuwe zuiverheid in de overheidscommunicatie, in het pure, correcte toelichten van beleid als zodanig. Zo beginnen we op 22 juni. Over vier jaar willen we als product een ‘handboek kwaliteit’ voor de journalistiek voor de 21e eeuw hebben gemaakt. Wat is nu kwaliteit, wat zijn de wezenlijke normen daarvoor van deze tijd, ook in internationaal perspectief?

Intussen zijn we al begonnen met de beroepspraktijk zo zichtbaar mogelijk te maken in de opleiding, bij de docenten te brengen. Met ons gezamenlijke actualiteitencafé zijn we de coverage van wat er actueel in de media speelt gaan doornemen. De nadruk is op de verbaasde blik op wat er speelt en hoe dat verslagen wordt en waarom. Dat levert directe impulsen op voor de onderwerp en aanpak in de opleidingen.

Het actualiteitencafé van vrijdag 25 mei werd door ScienceGuide bezocht en de discussie met docenten en studenten was zó levendig dat een van de onderwerpen uit tijdgebrek verviel. Gediscussieerd werd over ‘Bokito in de media’ – was dit een hype, nieuws of serieus thema, en waarom niet  – en over Balkenende’s 100 dagen toernee .Dit voerde tot indringende discussies over gewoonten – en excessen – rond afspraken en autorisaties van interviews door politici en hooggeplaatsten.

De omgang daarmee, de integriteitsvragen en het ‘armpje drukken’ van het machtsspel tussen pers en politiek bleken al snel een thema voor extra doordenking in de curricula. Pieter Broertjes vertelde daarbij over hoe zijn Volkskrant verstrikt raakte in afspraken en interpretatiediscussies met Mabel van Oranje bij een -vermeend exclusief- interview. “Weerzinwekkend” werd het gedoe. Uiteindelijk bleek zij rond dat interview ook bij Nova op te treden en raakte Broertjes’ ochtendkrant die exclusiviteit ook nog kwijt. “Ik doe dit nooit meer”, verzuchtte hij.




«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK