Een schizofreen is wél alleen

Nieuws | de redactie
25 juli 2007 | Het idee dat al je organen verwijderd en vervangen zijn door die van iemand anders. Overtuigd zijn dat je ontvoerd bent door aliens, die een chip in je hoofd hebben geplaatst waarmee ze nu je gedachten lezen. Denken dat je Napoleon bent, of God. Vooral mensen die op jongere leeftijd schizofreen worden, lijden aan dergelijke ‘moeilijk invoelbare’ wanen.

Ook hallucinaties en een verminderd concentratievermogen behoren tot de symptomen. Als schizofrenie optreedt na het 45e levensjaar, is sprake van laat-ontstane schizofrenie. ‘De wanen van deze mensen zijn wat realistischer. Het zou eerder waar kunnen zijn’, aldus Sebastian Koehler, neuropsycholoog bezig met zijn promotieonderzoek getiteld ‘Psychosis in the elderly’ (PSITE).

Ouderen denken bijvoorbeeld dat hun buren hen bespioneren of dat er ’s nachts tijdens hun slaap vreemden inbreken die nare dingen met hen doen. ‘Een patiënte hoorde een voortdurend tikken, waarna ze overtuigd raakte dat er een drugs- of pillenlaboratorium in het appartement boven haar was gebouwd. Het tikken zouden de pillen zijn die over een lopende band gingen en uiteindelijk in potjes terecht kwamen’, vertelt Sebastian Koehler. Een politie-inval in het pand, waarop bleek dat het leeg stond, kon de vrouw niet overtuigen. Schizofreniepatiënten denken in zo’n geval dat de politie ook “in het complot zit”.

Theorie
De meest prominente theorie van dit moment over het ontstaan van schizofrenie, is dat de oorzaak ligt in een neuronale ontwikkelingsstoornis. Een beschadiging, mogelijk al in de baarmoeder, van de frontaalkwab in de hersenen, zou pas rond de adolescentie aan het licht komen, wanneer dat gebied van de hersenen meer en meer gebruikt wordt. Maar hoe verklaar je dan dat sommige ouderen pas op hun zeventigste schizofreen worden? Is er misschien nog een andere oorzaak, of lijden deze ouderen niet aan “klassieke” schizofrenie? Verschillen ze wellicht ook op andere gebieden van jonge patiënten? Uit het schaarse onderzoek dat tot nu is verricht naar deze doelgroep, blijkt bijvoorbeeld dat vrouwen sterk oververtegenwoordigd zijn in deze groep, terwijl dat bij jongeren juist omgekeerd is. Mogelijk speelt het wegvallen van het vrouwelijke hormoon oestrogeen tijdens de menopauze hierin een rol. Dat hormoon heeft namelijk een antipsychotische werking.

Het onderzoek dat Sebastian Koehler samen met Margriet van der Werf doet, gaat in op drie aspecten van schizofrenie op oudere leeftijd. Wat zijn de risicofactoren, wat zijn de symptomen en hoe is het beloop van de stoornis gedurende twee jaar. Gaan ouderen bijvoorbeeld sneller achteruit wat betreft hun geheugen, aandacht- en concentratievermogen dan jonge mensen met schizofrenie? ‘Als dat het geval is, is er mogelijk eerder sprake van een vorm van dementie’, aldus Koehler. ‘Schizofrenie is soms moeilijk te onderscheiden van bijvoorbeeld frontotemporale dementie.’ Omdat het onderzoek vergelijkbaar is van opzet met het Geestkracht-onderzoek naar vroege schizofrenie, dat in Groningen, Utrecht, Amsterdam en Maastricht loopt, kunnen de resultaten van de twee doelgroepen goed vergeleken worden.

Zorgmijders
Het grootste probleem vormt echter het bereiken van de mensen met laat-ontstane schizofrenie. Oudere patiënten leven vaak compleet geïsoleerd. ‘Het zijn echt zorgmijders, vaak zonder partner of andere sociale contacten. Buren hebben dan soms wel in de gaten dat er “iets” aan de hand is, maar het blijft vaag.’ Dat is ook een van de redenen dat er tot nu toe zo weinig onderzoek is gedaan naar deze groep. ‘Het vergt een lange adem.’
Na een jaar hebben de onderzoekers pas 25 patiënten kunnen includeren, terwijl het streven 100 was. Jaarlijks krijgen per 100.000 mensen zestien nieuwe 45-plussers last van schizofrenie. In Limburg en Eindhoven (de regio waar PSITE zich tot nu toe op richt) moeten er dus genoeg ‘kandidaten’ zijn. ‘Maar ook hulpverleners denken niet snel aan schizofrenie bij oudere patiënten. Ze geven hen vaak de diagnose waanstoornis. Een reden voor ons om ook deze patiëntengroep te screenen.’ Het streefgetal is inmiddels bijgesteld naar vijftig laat- ontstane schizofreniepatiënten. Omdat het onderzoek methodologisch heel grondig in elkaar zit, verwachten de onderzoekers toch een aantal uitspraken te kunnen doen. De eerste resultaten worden begin 2008 verwacht.
De 25 patiënten die inmiddels meewerken, zijn overigens wel heel positief over de ervaring. Ze vinden het prettig om weer contact met mensen te hebben, die naar hen luisteren en hen serieus nemen. ‘Ze voelen zich onbegrepen door iedereen’, besluit Sebastian Koehler.

Sebastian Koehler en Margriet van der Werf zijn nog op zoek naar familieleden van mensen die na het 45e levensjaar een psychose hebben meegemaakt. Contact via tel. 043-3884087 of 043-3688659. E-mail: PSITE@sp.unimaas.nl
Sebastian Koehler is neuropsycholoog en promovendus bij de capaciteitsgroep Psychiatrie en Neuropsychologie van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences (FHML).



«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK