Pesten moet aangepakt

Nieuws | de redactie
3 juli 2007 | Dagelijks zijn ongeveer 200 miljoen kinderen en jongeren op de wereld slachtoffer van pesten. Het is een complex en serieus probleem dat in alle landen voorkomt. 'Ook in ons land hebben we het dan over honderdduizenden kinderen,' zegt René Veenstra, universitair docent bij de vakgroep sociologie van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij vindt dat alle scholen in Nederland van groepsgedrag en pesten een vast onderdeel in het onderwijsprogramma moeten maken. 'Elk kind heeft recht op respect en veiligheid'.



Volgens Veenstra doen leerkrachten op de meeste scholen eigenlijk niks anders dan reageren. ‘De honderdduizenden kinderen in Nederland die slachtoffer zijn van pesten zouden er baat bij hebben als leerkrachten het probleem juist bij de wortel zouden aanpakken. Dat kan alleen als op scholen structureel aandacht wordt besteed aan pesten. In de lessen en in het overleg tussen leerkrachten onderling.’

Verklaring tegen pesten
Half juni kwam een kleine groep wetenschappers – onder wie Veenstra – uit dertien verschillende landen bijeen in het Zwitserse Kandersteg om vast te stellen wat er over de oorzaken van pesten bekend is en wat er aan gedaan kan worden. Hij is een van de ondertekenaars van de Kandersteg Verklaring tegen Pesten onder Kinderen en Jongeren. Deze verklaring verschijnt op 5 september 2007.

Grondrecht
Elk kind en elke jongere heeft volgens de ‘Kandersteg-wetenschappers’ het recht op respect en veiligheid. Pesten is volgens hen een inbreuk op dit grondrecht. Ze stellen dat het de morele verantwoordelijkheid van volwassenen is om in te staan voor dit recht. Veenstra: ‘Wij denken dat het belangrijk is om ouders, leerkrachten, overblijfkrachten en anderen die met jongeren omgaan inzicht te geven in hoe pesten ontstaat en hoe pesten effectief kan worden tegengegaan.’

Stelselmatig
‘Pesten is een vorm van agressie waarbij één of meer personen proberen een andere persoon schade toe te brengen. Dat kan door te schoppen of te slaan, maar ook door buiten te sluiten, te schelden of uit te lachen. Belangrijk is dat bij pesten de macht ongelijk is verdeeld en dat het stelselmatig gebeurt. Het is iets anders dan plagen, wat vrienden onderling ook wel doen en wat meer incidenteel gebeurt.’ Het is belangrijk dat er meer stappen worden ondernomen tegen pesten, aldus de internationale groep van wetenschappers. ‘Slachtoffers van pesten ondervinden er schade van, soms voor de rest van hun leven. Pesten heeft gevolgen voor de gezondheid en voor de verdere ontwikkeling van alle betrokkenen. Zeer zeker ook voor de daders van pesten. En voor onze samenleving als geheel. Het leidt tot kosten op het terrein van gezondheid, welzijn en justitie en tot een vermindering van arbeidsproductiviteit.’

Anti-pestbeleid
Vele factoren die kunnen leiden tot pesten of die er juist tegen beschermen zijn bekend, zo werd vastgesteld in Kandersteg. In verscheidene landen wordt deze kennis gebruikt in preventieprogramma’s om pesten tegen te gaan. Zo heeft in Nederland het NIGZ (Nederlands Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie) het PRIMA anti-pestbeleid ontwikkeld. Een klein deel van de basisscholen doet daar nu aan mee. Het preventieprogramma bevat onder meer trainingen voor docenten, bijeenkomsten met de ouders van een klas en lessen in de klas over pesten en groepsgedrag. Veenstra: ‘Dat is een goed maar kleinschalig initiatief. In andere landen staat het onderwerp hoger op de politieke agenda. In Canada heeft dat geleid tot de oprichting van Prevnet, een landelijk platform tegen pesten. In Finland heeft het ministerie van Onderwijs bijna twee miljoen euro uitgetrokken om het pesten landelijk tegen te gaan.’

Structurele aanpak
In Finland krijgen ouders voorlichting over het onderwerp. Leerkrachten worden geschoold om gezonde omgangsvormen tussen kinderen te stimuleren en in teams van leerkrachten wordt gesproken over maatregelen tegen pesten. ‘Voor leerkrachten is er een lespakket ontwikkeld, waardoor zij pesten met de hele klas kunnen bespreken. Belangrijk in de Finse aanpak is dat pesten iets is waar de hele klas bij betrokken is. Je hebt niet alleen daders en slachtoffers, maar ook kinderen die de dader helpen of aanmoedigen. En dan zijn er de kinderen die opkomen voor het slachtoffer en kinderen die weten dat er gepest wordt maar niets doen. Als je het proces van pesten bekijkt, wordt duidelijk dat de meeste kinderen er bij betrokken zijn.’

Hele klas
In het PRIMA anti-pestbeleid wordt ook gebruik gemaakt van het inzicht dat iedereen in de klas bij het pesten een rol heeft. ‘Leerkrachten vinden dat ook een fijne manier om naar pesten te kijken. Als er bijvoorbeeld één leerling is die steeds met pesten begint, hebben ze toch een reden om de hele klas erbij te betrekken. De hele klas kunnen ze dan duidelijk maken dat ieder een rol heeft bij het pesten en dat die rol ook veranderd kan worden.’


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK