20 jaar Erasmusprogramma

Nieuws | de redactie
25 oktober 2007 | Dit jaar is de 20ste verjaardag van het Erasmus-programma. Meer dan 1,5 miljoen universitaire studenten hebben al van dit programma geprofiteerd en zodoende enkele maanden in een ander land gestudeerd. Populair geworden door de film 'L'Auberge Espagnole' van Cedric Klapisch, is 'Erasmus' ook een ervaring die waardevol is voor het vinden van een baan. Hoe zit het met leden van het EP die het Erasmus- programma hebben gevolgd? Wat zijn hun ervaringen, vooral wat betreft hun visie op Europa?


Het Erasmus- programma werd gelanceerd in 1987. In dat jaar kende het slechts 3.244 studenten, die gedurende enkele maanden van land wisselden. In 2005 is dit aantal opgelopen tot liefst 144.032 studenten. In de afgelopen 20 jaar hebben zelfs meer dan anderhalf miljoen studenten van de toelages van het Erasmus-programma geprofiteerd, verdeeld over 31 deelnemende landen (De EU-landen plus Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Turkije).
 
De meeste ‘gewilde’ landen in het studiejaar 2005-2006 waren Spanje (26.629 studenten), Frankrijk (21.424), Duitsland (17.886) en het Verenigd Koninkrijk (16.365). De doelstelling voor 2012 is de realisering van een aantal van drie miljoen studenten die van het Erasmus-programma gebruikt hebben gemaakt. Het programma is genoemd naar de filosoof, theoloog en humanist Desiderius Erasmus (1465-1536). Erasmus, waarschijnlijk geboren in Rotterdam, leefde en werkte in verschillende delen van Europa, dit alles in de zoektocht naar kennis.
 
Parlementsleden: “Het leren van tolerantie en een andere cultuur”
 
Het Europees Parlementslid Giusto Catania (Ita, fractie Europees Unitair Links/Noords Groen Links) was in 1995  Erasmus-student in Amsterdam: “Ik kijk met een groot genoegen terug op deze periode. Tijdens deze ervaring heb ik geleerd dat de uitwisseling van culturen essentieel is, de Europese cultuur en de Europese identiteiten moeten worden samengevoegd.”
 
Het Britse Europees Parlementslid Alyn Smith (fractie De Groenen/Vrije Europese Alliantie) was Erasmus-student in Heidelberg (Duitsland), in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw: “Het belangrijkste dat ik heb geleerd is het inzien van de waarde van het leven in de Europese Unie. Natuurlijk ging ik naar de universiteit en verbeterde ik mijn Duits. Maar het belangrijkste vond ik dat je met Erasmus leert dat je in een ander land met een andere cultuur kunt leven.”
 
Saïd El Khadraoui, het Belgisch Parlementslid voor de sociaaldemocratische  fractie, was in 1997  Erasmus-student in Parijs: “Ik bewaar zeer goede herinneringen aan mijn vijf maanden in Parijs. Ik leerde daar de Franse taal en ontmoette mensen die ik nu altijd nog zie, vrienden voor het leven! Als Erasmus-student ben je verplicht op eigen voeten te staan, zonder je vader en moeder. Je leert ook een open visie aan te nemen; door middel van het ontmoeten van verschillende mensen uit verschillende landen leer je namelijk te relativeren en beter verschillen te begrijpen. Het is zodoende een zeer verrijkende ervaring.”
 
Op uitwisseling met Erasmus: lang leve de lol?
 
Het beeld van de Erasmus- student is dat van een feestvierende jongere, volop genietend van het studentenleven tussen andere uitwisselingsstudenten. Catania: “Het is een karakteristiek kenmerk van de filosofie van het Erasmus-programma om te profiteren van sociale activiteiten. Het luisteren naar muziek uit andere landen, het proeven van andere gerechten, dat maakt daar allemaal deel van uit.” Ook volgens Smith is “naast studeren het zich begeven tussen mensen uit andere landen onderdeel van Erasmus.”
 
De vraag is of deze ervaring helpt in het vinden van een baan. Volgens El Khadradoui “kijken werkgevers absoluut niet alleen naar diploma’s, maar ook naar de persoonlijkheid van een kandidaat. Het volgen van het uitwisselingsprogramma van Erasmus is een aanvullende ervaring dat vaak een extra taal met zich meebrengt. Het is dus een voordeel ten opzichte van anderen.”
 
De financiële barrière: Erasmus, een selectief programma?
 
Hoewel het Erasmus-programma een beurs verstrekt is de gemiddelde toelage 150 euro per maand, vrij laag in vergelijking met de kosten die om de hoek komen kijken bij het studeren in het buitenland. Sommige studenten worden daarom om financiële redenen uitgesloten van het programma. Na bemiddeling van het EP in de EU-begroting voor de jaren 2007-2013 is de beurs vastgesteld op 200 euro per maand, nog altijd 100 euro minder dan het Parlement voorstelde.
 
Volgens een onderzoek van de Europese Commissie over de sociaaleconomische achtergrond van de Erasmus-studenten, bezit een groot deel van de Erasmus-studenten en hun ouders een economische status die boven het gemiddelde in hun land ligt. Vijftig procent van de studenten verklaart dan ook om door financiële redenen niet aan het programma te kunnen deelnemen. Catania: “Mijn beurs was 350.000 lire per maand (ongeveer 170 euro). Alvorens naar Amsterdam te gaan besloot ik om geld te sparen, door privélessen in de Italiaanse literatuur te geven. Zonder dat geld kon ik me niet mijn Erasmus-programma veroorloven. We zouden de bijdrage moeten verhogen, anders zullen we een selectie krijgen op economische gronden. Honderdvijftig euro per maand is niet genoeg!”
 
El Khadraoui: “Het gevaar is dat er in de toekomst slechts een kleine rijke en intellectuele elite van deze mogelijkheid gebruik zal kunnen maken. We moeten creatief zijn om iedereen de mogelijkheid te geven in het buitenland te studeren. We kunnen bijvoorbeeld een beurs combineren met een lening zonder rente, die aan het begin van het werkende leven pas zou hoeven worden terugbetaald.”
 
Andere oplossingen die door de studie zijn voorgesteld zijn een meer genuanceerde toewijzing van fondsen door de thuis- en gastlanden, waardoor een meer gevarieerde samenstelling van studenten aan het programma kan deelnemen.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK