Het weerbarstige van praktijkgericht onderzoek

Nieuws | de redactie
29 oktober 2007 | In het artikel Kennis in Context beschrijven Henk Borgdorff, AnneLoes van Staa en Johannes van der Vos onderzoek in het hbo als praktijkgericht onderzoek. Lector Gilbert Silvius (HU) reageert: “Het artikel is een ‘must-read’ voor iedere lector, manager en eigenlijk ook voor iedere docent in het hoger beroepsonderwijs. Er kan eigenlijk nog slechts één ding aan toegevoegd worden, en dat is de uitvoering. Die uitvoering is, ondanks enkele goede voorbeelden, helaas nog weerbarstig”.



De bijdrage van Van der Vos, Borgdorff en van Staa getiteld Kennis in Context zet op zeer overzichtelijke leesbare wijze alle huidige inzichten met betrekking tot het onderzoek op hogescholen op een rij. Het artikel is een ‘must- read’ voor iedere lector, manager en eigenlijk ook voor iedere docent in het hoger beroepsonderwijs. De genoemde omschrijving van het praktijkgerichte onderzoek (eindelijk een term die duidt op het doel van het onderzoek, en niet op de methodologie!) van de HBO- raad is concreet en duidelijk. Er kan eigenlijk nog slechts één ding aan toegevoegd worden, en dat is de uitvoering. Die uitvoering is, ondanks enkele goede voorbeelden, helaas nog weerbarstig. Om dit te illustreren lichten we er een tweetal aspecten uit.

De werkgroep onderzoek van de HBO raad stelt terecht dat Het onderzoek aan hogescholen is geworteld in de beroepspraktijk. Dit is uiteraard een basisvoorwaarde voor onderzoek dat als praktijkgericht gekwalificeerd wil worden. De link met de beroepspraktijk komt o.a. tot uiting in een vraagsturing vanuit die praktijk. De werkgroep stelt: Het onderzoek aan de hogescholen is praktijkgestuurd, en richt zich daarbij ook op strategische vragen en de langere termijn. Deze vraagsturing is echter minder vanzelfsprekend dan het lijkt. De beroepspraktijk is in veel gevallen niet georganiseerd genoeg om de relevante onderzoeksvragen te formuleren. Net als in iedere organisatie worden in brancheverenigingen of beroepsverenigingen de agenda’s bepaald door actualiteit en belangen. “Strategische vragen” liggen in een dergelijke omgeving niet voor het oprapen, zeker niet voor de toch nog relatief onbekende onderzoeksfunctie van hogescholen. Vraagsturing is bovendien niet altijd de aangewezen weg om tot innovatie te komen. Enige visionaire eigenheid van de lectoren in het hbo is derhalve zeer wenselijk.

Een ander kenmerk van het onderzoek binnen hogescholen betreft de verbinding met het onderwijs. Het artikel maakt duidelijk dat dit op verschillende wijzen kan en moet. Op korte termijn kan hierbij het meeste verwacht worden van de perspectieven research-based en research-oriented. Studenten kunnen goed worden ingezet binnen de onderzoekslijnen van lectoraten, mits goed begeleid. Deze begeleiding is cruciaal omdat de onderzoeksvaardigheden vaak niet op het peil zijn dat voor het onderzoek eigenlijk gewenst is. De docent-promovendi zijn dan ook geneigd het inzetten van afstudeerders van de universiteit waar zij promoveren te prefereren boven de inzet van eigen studenten. Hoezeer deze preferentie ook te begrijpen is, blijft het betrekken van de eigen studenten in het onderzoek een toegevoegde waarde van het onderzoek en om die reden tevens een opdracht. Om het kwaliteitsniveau van de studenten echter te verhogen dient tegelijkertijd meer aandacht besteed te worden aan de onderzoekskennis- en vaardigheden van de studenten. In de breedte voor alle studenten, maar wellicht voor een geselecteerde groep talentvolle studenten ook in de diepte.

Het research-led perspectief dient meer als een langere termijn doel te worden gezien. De verwachting dat het resultaat van het onderzoek tot substantiële aanpassingen van het curriculum leidt is weinig realistisch. HBO curricula zijn in de regel vrij breed en onderzoek logischerwijs smal en diep. Ja, de opgedane kennis dient in het curriculum te worden verwerkt, maar dit zal in bijna alle gevallen slechts een klein deel van het curriculum betreffen. De “opbrengst” van het onderzoek in het hoger beroepsonderwijs zit vooralsnog meer in het kwaliteitsverhogende effect van het onderzoeksproces dan in de nieuwe kennis van het onderzoeksresultaat.

Deze kanttekeningen doen overigens niets af aan het werk van de werkgroep. Integendeel, met het manifest van de werkgroep kunnen veel discussies binnen, maar vooral ook over hogescholen, overtuigend worden beslecht. Dit neemt echter niet weg dat met deze duidelijkheid ook de ambities steeds scherper worden. De opdracht aan hogescholen is: het doen van gevarieerd onderzoek, zowel naar vorm als naar resultaat, geworteld in de beroepspraktijk, methodologisch verantwoord en verbonden met het onderwijs. We zijn voorlopig dus nog niet klaar!

Gilbert Silvius

Lector Business, ICT en Innovatie

Hogeschool Utrecht


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK