Wetenschappers tussen ambitie en illusie

Nieuws | de redactie
1 november 2007 | Op dit moment is er in Nederland veel aandacht voor het aankweken en in de watten leggen van toptalent in het wetenschappelijk onderzoek. Tegelijkertijd worden de universiteiten bevolkt door duizenden wetenschappers die nooit deze status bereikt hebben. Toch hebben ook deze wetenschappers loopbaanonderhoud nodig. Hans Knip heeft enkele honderden van deze wetenschappers getraind, en heeft zijn bevindingen neergelegd in Wetenschappers tussen ambitie en illusie; over persoonlijk loopbaanonderhoud in het hoger onderwijs.



Het zijn weliswaar gedreven professionals maar de meeste van hen behoren, hoewel de veertig gepasseerd, niet tot ‘de top’. Soms, omdat iemand daar geen ambitie voor heeft, soms ook omdat het bereiken van de top een illusie is gebleken. Tegelijkertijd leveren zij een belangrijke bijdrage aan het wetenschappelijk onderzoek en onderwijs.

Hans Knip heeft als wetenschapper/groepstrainer enkele honderden van deze wetenschappers uit het ‘wetenschappelijk peloton’ ontmoet en gesproken. Zij hadden zich namelijk aangemeld voor een workshop persoonlijk loopbaanonderhoud, om de balans op te maken van hun loopbaan tot nu toe, om hun huidige taak en werkplek te verkennen en om plannen te maken voor de toekomst. Uit hun verhalen rijst een gevarieerd en indringend beeld op van hoe het is om heden ten dage bij een wetenschapsorganisatie als de universiteit werkzaam te zijn.

De grote hoeveelheid informatie die de afgelopen 10 jaren beschikbaar is gekomen, is in het boek geordend naar een aantal onderwerpen. Zo is er veel aandacht voor hun huidige primaire ‘waarden en behoeften’, omdat deze een belangrijke invloed kunnen hebben op verdere keuzes in de werk– en loopbaanontwikkeling. Daarbij scoren de te verwachten waarden als nadruk op ‘specialisme’ en ‘autonomie’ hoog maar hoort ook ‘geïntegreerde levenstijl’ tot de topdrie. Met dit laatste wordt bedoeld dat de betrokken wetenschapper voortdurend op zoek is naar een acceptabele balans tussen werk, privé en persoonlijke ontwikkeling.

Vervolgens komen de ‘ambities’ aan de orde, waarbij blijkt dat de meeste workshopdeelnemers geen zeer ambitieuze doelen voor de toekomst formuleren. Ook wordt gekeken in hoeverre de betrokken wetenschappers zich voldoende vaardig achten om aan de huidige soms harde condities (concurrentie, etc) aan de universiteit te voldoen maar ook om zich er zonodig tegen te weer te stellen. Dit blijkt vaak niet het geval te zijn. Veel wetenschappers hebben – nog altijd – weinig affiniteit met zichzelf te profileren in onderzoek en onderwijs, met het hun leidinggevenden openlijk confronteren met hun wensen, met netwerken, etc.

In het verlengde hiervan is aandacht voor de kwaliteit van de relatie met de direct–leidinggevende onvermijdelijk. Een schijnbaar onoplosbaar dilemma, naast alle aandacht voor zaken als ‘academisch leiderschap’, blijft hoe dan ook dat de meeste direct–leidinggevenden zoals hoogleraren zich primair (blijven) identificeren met hun rol als wetenschapper en hun leidinggevende taken zien als een noodzakelijk kwaad.

En dan is er nog het ‘psychologisch (werk-) contract’. Deze uit de organisatiepsychologie afkomstige notie sluit aan bij de frustraties en teleurstelling waarvan veel workshopdeelnemers melding maken. Het gaat over vaak impliciete en niet uitgesproken verwachtingen die niet zijn uitgekomen, over verplichtingen die door de organisatie niet worden nagekomen en over de steeds geringere invloed die men meent te hebben op de dagelijkse gang van zaken in het werk. Contractbreuk kan evenwel aanzienlijke gevolgen hebben voor betrokken partijen, zoals wat betreft motivatie voor en betrokkenheid bij het werk en de groep of afdeling.

Het boek wordt afgesloten met een serie aanbevelingen aan alle bij het persoonlijke loopbaanonderhoud van wetenschappers betrokken partijen: de wetenschappers zelf, hun direct–leidinggevenden én de bestuurders en beleidsmakers op facultair en centraal niveau.

Wetenschappers tussen ambitie en illusie; over persoonlijk loopbaanonderhoud in het hoger onderwijs


Auteur: Hans Knip

Uitgever: Van Gorcum, 2007, ISBN 978 90 232 4306 9. 113 pagina’s, prijs €19,50


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK