Uitzending Peter R. de Vries ethisch dubieus

Nieuws | de redactie
25 februari 2008 | De uitzending van Peter R. de Vries op zondagavond 3 februari 2008 over de raadselachtige verdwijning van Natalee Holloway heeft naast psychologische en strafrechtelijke ook media-ethische vragen opgeroepen. Media moeten berichten, niet berechten, zo schrijft Huub Evers (Fontys), lector en media-ethicus.



Verborgen camera
Zo is er de vraag wanneer je in een informatief programma gebruik mag maken van de verborgen camera. In de ethische code (‘Leidraad’) van de Raad voor de Journalistiek staat de morele regel dat dat in beginsel ‘niet toelaatbaar’ is en dat de journalist hiervan alleen mag afwijken ‘als hem geen andere weg open staat om een ernstige misstand aan het licht te brengen of een zaak van maatschappelijk belang scherper te belichten’. Was hier sprake van zo’n situatie? Het hangt er maar van af vanuit welk uitgangspunt men redeneert: de intentie van de maker of het resultaat van het product. Heeft Peter R. de Vries een zaak van zwaarwegend maatschappelijk belang opgelost? Ondanks de ronkende aankondigingen (‘wij hebben de zaak- Holloway opgelost, kijkt allen zondagavond naar onze bloedstollende reportage’) moet toch achteraf worden geconstateerd, dat die pretenties niet werden waargemaakt. De zaak is niet opgelost, hoogstens kan gesteld worden dat het gesloten dossier is heropend. SBS6 noemt ook dat resultaat al een maatschappelijk feit van zodanige betekenis, dat dat het gebruik van de verborgen camera rechtvaardigt, maar dat lijkt me overdreven.

Dan de intentie: had de redactie op het moment waarop werd besloten de verborgen camera in te zetten, de intentie om Joran van der Sloot te ontmaskeren als de moordenaar van Natalee Holloway en daarmee deze slepende affaire op te lossen? Deze vraag kan ongetwijfeld positief beantwoord worden.

De Raad voor de Journalistiek voegt aan de morele regel nog toe dat door het inzetten van de verborgen camera ‘geen inbreuk mag worden gemaakt op de privacy en de veiligheid van betrokkenen’ en evenmin ‘op rechten en rechtmatige belangen van betrokkenen’. Joran was voortdurend duidelijk herkenbaar in beeld, dus van bescherming van zijn privacy was geen sprake. Daar staat tegenover dat hij op een aantal momenten zelf de publiciteit niet schuwde wanneer hem dat goed uitkwam, bijvoorbeeld bij het verschijnen van zijn boek en tijdens zijn optreden bij Pauw en Witteman (de uitzending met het ‘wijnincident’).

Zou de Raad voor de Journalistiek hier het werken met de verborgen camera hebben afgekeurd? Op basis van bovenstaande overwegingen heb ik mijn twijfels.

Stoned
Mag je iemand interviewen wanneer je merkt dat hij stoned is? In de ethische code van SBS6 staat de bepaling ‘dat in geen geval opnamen gemaakt mogen worden van personen in een zeer kwetsbare of mensonterende toestand’. Was dat hier het geval? Realiseert iemand die stoned of dronken is, zich de draagwijdte van zijn uitspraken? Moet zo iemand niet tegen zichzelf in bescherming worden genomen? Deze ethische code werd ongeveer tien jaar geleden opgesteld door een werkgroep van deskundigen (onder wie de schrijver van dit artikel), maar het document ligt waarschijnlijk niet meer op de bureaus van de huidige eindverantwoordelijken bij deze omroeporganisatie. Afgezien daarvan, Joran heeft op een groot aantal momenten met intervallen van enkele dagen zijn verhaal verteld. Uit de getoonde opnamen kan niet worden geconcludeerd dat hij zich van begin tot eind niet realiseerde wat hij zei. Maar wat te doen wanneer je als redactie tot de conclusie komt, dat iemand een pathologische leugenaar is? Moet je dat dan niet minstens expliciet in de uitzending melden?

Berichten, niet berechten
Hadden bovenstaande kanttekeningen en vragen betrekking op de intenties van de makers, de volgende gaat meer over de impact van de uitzending zelf. Zonder twijfel was er sprake van wat wel ‘trial by media’ genoemd wordt: los van de strafrechtelijke schuld en veroordeling is er de veroordeling door de media bij wijze van volksgericht. In de uitzending werd Joran ten tonele gevoerd als de gewetenloze jongeman die dan misschien strafrechtelijk niet te pakken is, maar die geheid de hand heeft gehad in de verdwijning van Natalee Holloway. Voor het grote publiek is Joran van der Sloot de schuldige. De schandpaal staat niet meer op het marktplein, maar in onze huiskamers.

Toch is een beginsel van journalistieke ethiek dat media moeten berichten, niet berechten. Een verdachte wordt schuldig verklaard door de rechter, niet door de media. Daarom worden zij met initialen aangeduid en wordt op een foto een balkje geplaatst, zodat hun identiteit niet via de media in de openbaarheid komt. Deze oude standaard is de laatste tijd aan erosie onderhevig. Op een groot aantal internetsites staan verdachten met naam en toenaam, inclusief foto- en beeldmateriaal. Ook in de traditionele media staat deze norm onder druk. In het geval van Joran van der Sloot was de conclusie van Peter R. de Vries duidelijk: we hebben hem te pakken! Het OM op Aruba heeft misschien nog lange tijd nodig, maar Peter R. de Vries heeft de buit al binnen, in alle opzichten.

Dr. Huub Evers is lector en media-ethicus aan Fontys Hogeschool Journalistiek in Tilburg














«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK