Wat doet de zeebodem met windmolens?

Nieuws | de redactie
21 februari 2008 | Hoe ziet de zeebodem rondom een offshore windpark er over honderd jaar uit? Menselijk ingrijpen kan grote gevolgen hebben voor de dynamische natuurlijke processen op de bodem. UT-promovenda Henriët van der Veen heeft daarom een ‘rapid assessment tool’ ontwikkeld voor de Noordzee voor een snel inzicht in effecten op lange termijn.

Haar modellen kunnen helpen de optimale locatie te vinden en nadelige effecten beperkt te houden. Met plannen voor ‘tulpeilanden’ en grote windparken in zee neemt ook de behoefte aan voorspellende modellen toe: welke veranderingen zal de zeebodem te zien geven bij deze menselijke ingrepen? En hoe beïnvloeden die veranderingen niet alleen de natuurlijke omgeving maar ook andere menselijke activiteit: scheepvaart, aanwezige boorplatforms, kabels en pijpleidingen. Om hierin inzicht te krijgen koppelt Van der Veen een Geografisch Informatiesysteem (GIS) van de Noordzee aan morfologische modellen die de vorming van patronen op de bodem beschrijven, zoals zandgolven en zandbanken.

Dankzij deze koppeling weet de promovenda de natuurlijke vorming van zandbanken en zandgolven adequaat te voorspellen voor het overgrote deel van de Noordzee. Als volgende stap heeft zij de menselijke activiteit opgenomen: zandwinputten en windmolenparken. Rondom deze ingrepen ontstaat een heel eigen dynamiek, met onder meer troggen en zandbanken die hoogteverschillen van meters veroorzaken: het windpark zèlf komt in de loop van de tijd ook hoger te liggen. De plaats van een windpark, de hoek ten opzichte van de stroomrichting, de korrelgrootte van het zand of de kiezels: ze dragen allemaal bij aan deze effecten. Zo is het effect bij de Engelse kust totaal verschillend van dat bij de Nederlandse: door sterkere stroming en een andere bodemsamenstelling treden effecten bij Engeland veel sneller op. Ook strekt de invloed zich daar uit over een veel groter gebied dan voor de Nederlandse kust.

De modellen van Van der Veen kunnen dienen als ‘rapid assessment tool’ voor besluitvorming over bijvoorbeeld de locatie van nieuwe activiteiten zoals de grootschalige zandwinning -365 miljoen kubieke meter- voor de aanleg van de Tweede Maasvlakte. De gevolgen over honderd jaar mogen ver weg lijken, ze zeggen ook veel over de stabiliteit in de jaren ervóór, aldus de promovenda. Ook kunnen de modellen relatief eenvoudig worden uitgebreid met nieuwe ‘lagen’ die bijvoorbeeld informatie bevatten over andere menselijke activiteiten op de Noordzee.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK