Minder managers, meer leraren

Nieuws | de redactie
14 maart 2008 | Het onderwijs en veel andere sectoren zuchten onder steeds meer managers. Maar klopt dat wel? Vijf van de tien beroepsgeroepen met het grootste daling in 2000-2005 betreffen leidinggevende functies. Het aantal managers nam in die tijd af met 26.500, bijna 25% omlaag. Het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de UM laat in ‘Winnaars en verliezers op de arbeidsmarkt 2000-2005’  opmerkelijke verschuivingen zien in de Nederlandse beroepenstructuur.

Volgens de onderzoekers toont deze krimp in het management aan dat het reorganisatieproces in veel bedrijven gericht is geweest op het “platter” maken van de organisaties, waarbij managementlagen zijn geschrapt. Deze reorganisaties leverden de organisatiedeskundigen en organisatieadviseurs overigens handen vol werk op. Het aantal werkenden in deze beroepen nam in vijf jaar tijd met 27.500 toe tot 89.000.

De verschuivingen van de beroepenstructuur laten zien hoe de kenniseconomie zich ontwikkelt. “Het gemiddelde opleidingsniveau van de werkenden in de meeste groeiberoepen bleek telkens hoger te zijn dan het opleidingsniveau van de werkenden in de beroepen met een krimpende werkgelegenheid.” Bij vijf van de tien beroepsgroepen met de sterkste groei in absolute zin ligt het gemiddelde opleidingsniveau op hbo of zelfs wo. In de jaren 1995-2000 was dat nog slechts bij twee van de tien het geval. Deze opnieuw sterk toegenomen “upgrading” van het opleidingsniveau van de werkenden laat volgens de onderzoekers zien dat de ontwikkeling van de Nederlandse kenniseconomie zich in deze periode van laagconjunctuur versterkt heeft doorgezet. Opvallend is ook de sterke groei van het aantal leraren basisonderwijs.  “De sterke groei van het aantal leraren in het basisonderwijs illustreert de grillige invloed die het overheidsbeleid kan hebben op specifieke segmenten van de arbeidsmarkt. Zo leidde een klassenverkleining in de onderbouw van het basisonderwijs tot een vrij abrupte stijging van de vraag naar leerkrachten”, aldus de onderzoekers.

De werkgelegenheidsontwikkeling in de voorbije jaren vormde een schril contrast met die in de tweede helft van de jaren negentig. Tussen 2000 en 2005 nam het aantal werkenden met slechts 15.000 personen toe, tegenover een werkgelegenheidsgroei van 955.000 personen in de jaren 1995-2000.

De top-10 van de grootste groeiberoepen weerspiegelt de sterk toegenomen juridisering van de samenleving. Zo nam de werkgelegenheid voor juristen in vijf jaar tijd toe met 17.500 mensen. Maar ook de sterke werkgelegenheidsgroei van assistent-accountants en boekhouders en secretaressen is waarschijnlijk voor een belangrijk deel het gevolg van de toenemende noodzaak verantwoording af te leggen van allerhande bedrijfsprocessen, subsidieaanvragen en dergelijke. Ook de collectieve sector was weer goed vertegenwoordigd onder de sterkste groeiberoepen, zoals in de zorgsector bij de verpleegkundigen, ziekenverzorgenden en dokterassistenten. De grootste werkgelegenheidsgroei deed zich echter voor bij het verkooppersoneel. Het aantal werkenden in deze functies nam toe met 31.500. Deze groei hangt voor een belangrijk deel samen met de verruiming van de openingstijden van winkels.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK