Een Triumviraat van de 21e eeuw

Nieuws | de redactie
14 april 2008 | Ik was begin van de week nog in Rome en het was er al 20 graden. Ik had bijna spontaan de naam van Benedictus XVI genoemd ls mogelijke president van Europa. Los van zijn huidige positie -staatshoofd binnen de EU, maar daar geen lid van, geloof ik- is hij genoemd naar de Heilige Benedictus die door de kerk is uitgeroepen tot één van de drie beschermheiligen van Europa, naast de H. Edith Stein en de H. Catharina van Siena. Twee vrouwen en één man dus. Maar ik realiseer mij dat een zo uitgesproken geloof ook een nadeel kan zijn voor de gewenste fuctie, dus ik trek de naam bij deze weer terug.

De gedachte om meer een ‘boegbeeld’ dan een staatsman of  -vrouw te kiezen heeft zeker iets aantrekkelijks. Realiseer je dan wel dat betrokkene een meer ceremoniële taak krijgt, iets zoals een constitutioneel monarch in een parlementaire democratie. Voordat ik namen noem, hierbij wat criteria:

–          Iemand die wijsheid bezit én uitstraalt,d dus iemand met enige diepgang en eruditie
–          Iemand met een bewezen enorme passie voor Europa
–           Iemand met bindend vermogen en representatieve eigenschappen, die zich gemakkelijk in alle lagen der bevolking beweegt

In Nederlandse begrippen dus een kruising tussen Harry Mulisch, René van der Linden en Beatrix. Maar ik zou niet voor een Nederlander gaan. Die wordt immers in eigen land toch niet gesteund, wie het ook is. Om terug te keren tot mijn allereerste suggestie – die ook nog op een oude Romeinse bestuursvorm stoelt – : ik zou bij bovengenoemd profiel kiezen voor een Triumviraat (m/v) met een zittingstermijn van drie jaar, waarbij jaarlijks één lid wisselt. Daardoor ontstaat vanzelf een roulerend voorzitterschap, zoals me al kent in Zwitserland.

Leden dienen uit verschillende landen te afkomstig te zijn. Men sluit aan bij oude tradities van de Europese overlegcultuur, die ook nu nog vaak zichtbaar is in de topstructuren van verenigingen, bedrijven en stichtingen, of je nu in Spanje of Finland kijkt. We hadden bijvoorbeeld tot 2002 ook een Europese trojka voor buitenlands beleid: fungerend voorzitter, oud voorzitter en inkomend voorzitter van de raad van ministers van buitenlandse zaken.

Deze structuur werkt dus alleen als het presidentschap niet-politiek van aard is. Is dat het wel, dan ben ik voorstander van de ‘staatsman-doctrine’. Een laatste voordeel van mijn suggestie is nog dit: er kunnen veel meer namen in discussie komen!

Theo Bovens
voorzitter CvB van de OU en kroonlid van de SER








«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK