ICT in onderwijs te vrijblijvend

Nieuws | de redactie
7 mei 2008 | Peter Sloep was samen met Piet Kommers lector 'Educatieve functies ict' bij Fontys Lerarenopleiding Sittard. Sinds 1 mei is hij hoogleraar aan de OU. In zijn afscheidsinterview met Fontys stelt hij de vrijblijvendheid onder docenten aan de kaak: "Heel concreet: er zijn mensen die tegen ons zeggen dat ze niets met computers hebben. Dat is onaanvaardbaar, want de jeugd kan lezen en schrijven met zo'n ding. Je hoeft niet actief te bloggen, maar je moet wel weten wat dat is. Voor studenten hebben we als ingangstoets een digitaal rijbewijs ingevoerd. Als je dat hebt, dan voldoe je aan de minimumeisen wat betreft ict-gebruik. De lacunes die daar uit komen, spijkeren we bij. Maar weinig docenten wilden zelf ook aan zo'n toets meedoen. Ik vind dat het management dat verplicht moet stellen".

Heb je je doelen bereikt?

‘Met het lectoraat willen we het gebruik van ict in het onderwijs stimuleren. We hebben een dubbele doelsteling: ervaring met onderzoek opdoen en producten opleveren die ook in het onderwijs bruikbaar zijn. We pikten problemen op die leven in het onderwijs. Zo was het project dat we samen met de Digitale Universiteit deden over reflectieblogs voor studenten van de lerarenopleiding heel succesvol. Uiteindelijk ontstond er zelfs een blogcommunity onder de studenten van de lerarenopleiding. We deden ook een project met Surf over omgaan met kritieke situaties in de les en moeilijke oudergesprekken. We hebben daarvoor video’s opgenomen met dramastudenten als acteur. Dat werkte ook heel goed. Maar niet alle projecten waarvan ik veel verwachtte, waren even succesvol. Soms kwamen we niet verder dan een lijst van aanbevelingen en een inventarisatie van problemen.’

Hoe gaat het met de professionalisering van docenten?

‘Dat is een moeilijke. Het doel is om individuele docenten langzaam zo ver te krijgen dat ze plezier krijgen in onderzoek, maar niet iedereen is even veranderingsgezind. Ik heb voor de kenniskring de mensen opgezocht die dat wel zijn. Vanuit Fontysperspectief is dat natuurlijk niet goed, want iedereen zou dat moeten zijn. Wat dat betreft vind ik dat Fontys een wat straffer beleid had mogen voeren met duidelijke afspraken. Dat zou lectoraten een geweldige steun in de rug zijn. Heel concreet: er zijn mensen die tegen ons zeggen dat ze niets met computers hebben. Dat is onaanvaardbaar, want de jeugd kan lezen en schrijven met zo’n ding. Je hoeft niet actief te bloggen, maar je moet wel weten wat dat is. Voor studenten hebben we als ingangstoets een digitaal rijbewijs ingevoerd. Als je dat hebt, dan voldoe je aan de minimumeisen wat betreft ict- gebruik. De lacunes die daar uit komen, spijkeren we bij. Maar weinig docenten wilden zelf ook aan zo’n toets meedoen. Ik vind dat het management dat verplicht moet stellen.’

Heb je veel contacten gelegd met het werkveld?

‘We hebben veel geïnvesteerd in contacten met scholen in heel Zuid-Limburg en Venlo. Bij die scholen hebben we experimenten uitgevoerd, onderzoek gedaan en geadviseerd. Ook met het bedrijfsleven hebben we samengewerkt voor projecten.’

Wat beschouw je als je grootste succes?

‘Het grote project Kansrijk doorstromen, dat zich richt op de aansluiting van het voortgezet onderwijs op het hbo. Er waren drie deelprojecten, ons lectoraat deed de overkoepelende leiding van het geheel. De opdrachtgever was heel tevreden en wij dus ook.’

En je grootste teleurstelling?

‘Uiteindelijk toch het te lage tempo waarin lectoraten zich een plek hebben weten te verwerven binnen Fontys. Ik had toch gehoopt dat het sneller zou gaan. In de CMR- vergadering ging het maar over een ding: die lectoraten zijn allemaal wel mooi, maar daardoor gaat er wel geld verloren voor het primaire proces. Dan denk ik, verdorie zie het nu als een kans. Zonder onderzoek heeft het hoger onderwijs in Europa geen toekomst. Fontys liep in het begin voor met de lectoraten en het aannemen van promovendi. Nu heb nu het gevoel dat er andere scholen zijn die ons aan het inhalen zijn.’

Waarom vertrek je?

‘Ik kreeg een aanbod dat ik niet kon weigeren bij de Open Universiteit. Daar kon ik programmaleider worden van een onderzoeks- en developmentprogramma en daaraan zit een hoogleraarschap verbonden. Bovendien begon ik, na vijf jaar, een deel van de Fontysinventaris te worden. Ik begon in herhaling te vallen. Degenen die het lectoraat nu overnemen kunnen er met een frisse blik tegenaan.’




Uit: Fontys Online



«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK