Moslims kleine minderheid in Nederland

Nieuws | de redactie
30 mei 2008 | Wat weten we eigenlijk echt van moslims en hun verschillen met anderen in ons land? Bijzonder hoogleraar Koranwetenschappen Fred Leemhuis (RUG) hoopt dat het rapport Nederland Deugt werkt als ‘een reality check. In de media krijgen bijna alleen maar extreme, salafistische imams aandacht. Er is niks mis mee om deze imams in de gaten te houden, maar over de gewone imams, die ondertussen veel meer moslims bereiken, hoor je nooit wat.’

‘Wij vonden het raar dat het beeld dat wij als islamkenners hebben van de islam in Nederland heel anders is dan het beeld dat in de media geschetst wordt. Maar dat konden we nooit onderbouwen met harde feiten,’ vertelt Leemhuis. Hij en zijn mede-onderzoekers begonnen met vast te stellen hoeveel praktiserende moslims er eigenlijk in Nederland zijn. Dat is lastiger dan het op het eerste gezicht lijkt. ‘Het is veel gemakkelijker als je wilt weten hoeveel christenen er zijn. Die houden namelijk ledenlijsten bij. Maar moslims hebben niet de gewoonte om dat te doen.’ Maar hoe stel je dan vast wie er praktiserend moslim is?

Veel minder moslims

Om een antwoord te krijgen begonnen de onderzoekers met het maken van een lijst met alle moskeeën in Nederland. Vervolgens hebben ze een steekproef genomen bij de imams van deze moskeeën. Daarbij werd aan de imams gevraagd hoeveel mensen het vrijdagmiddaggebed in de moskee bezochten. ‘Moslims hebben namelijk de plicht om elke week naar het vrijdagmiddaggebed te gaan en naar de preek te luisteren. Dat leek ons een mooi criterium.’ Op basis van die informatie blijken er ongeveer 200.000 praktiserende moslims in Nederland te zijn. Dat is veel minder dan de 850.000 waarop het CBS uitkomt. ‘Die vragen steekproefsgewijs aan mensen of ze moslim zijn. En als ze daarop ja zeggen zijn ze moslim.’ Leemhuis vindt dat geen goede methode. ‘Omdat moslim zijn niet alleen religieuze connotaties heeft, maar ook culturele. Dankzij onze methode kun je eindelijk de islam vergelijken met andere religies. De doelpalen staan nu bij alle religies even ver uit elkaar.’

Vuurspuwen en zwaardzwaaien

Ook werden de imams geïnterviewd over wat zij belangrijke deugden vinden. Daaruit bleek dat imams, net als niet-islamitische Nederlanders, vooral respect belangrijk vinden. ‘En dan niet respect in de zin van: je moet respect voor mij hebben, maar zelf respect voor anderen tonen.’ Bovendien blijkt dat moslims veel belang hechten aan goede relaties met de buren (en daar bedoelen ze de hele straat mee). Volgens Leemhuis kan deze kennis gebruikt worden om de integratie te bevorderen. ‘Dat kan gaan om heel simpele dingen. Bijvoorbeeld ervoor zorgen dat ouders van kinderen elkaar meer gaan ontmoeten bij het schoolplein.’ De onderzoekers hebben ook de preken van de imams geanalyseerd. ‘Die preken zijn niet altijd even progressief. Maar het is zeker niet zo dat men in die preken constant aan het vuurspuwen en zwaardzwaaien is naar ongelovigen. Die preken zijn veel meer gericht op de gelovigen; dat die een goed leven moeten leiden. Dat gevoel hadden we altijd al, maar nu kunnen we het onderbouwen met cijfers.’

Reality check

Leemhuis hoopt dat door het onderzoek beleidsmakers en de media een beter beeld krijgen van moslims. ‘Dit onderzoek is voor ons gevoel een reality check. In de media krijgen bijna alleen maar die extreme, salafistische imams aandacht. Er is niks mis mee om deze imams in de gaten te houden, maar over de gewone imams, die ondertussen veel meer moslims bereiken, hoor je nooit wat.’ Leemhuis is niet bang voor kritiek op het rapport. ‘Dat is prima. Maar dan moeten ze wel met onderzoek komen waaruit blijkt dat we het fout hebben. Wijs dan aan wat we verkeerd hebben gedaan. En je kan best van mening verschillen over wat een praktiserend moslim is. Maar geef dan een ander criterium dat houvast kan geven.’




«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK