De doctrine van de oernatuur

Nieuws | de redactie
11 juni 2008 | Het terug brengen vanoernatuur’ is een van de modes en mythes van deze tijd. Prehistoricus Louwe Kooijmans uit Leiden kijkt er zeer secptisch naar: "Wij zijn bezig natuur te knutselen. De situatie is nu heel anders dan in de prehistorie. Toen zaten de mensen middenin die natuur en joegen ze op dieren en verzamelden ze planten."

“De natuur die wij moeten nastreven in natuurgebieden, is er een waarin mensen een hoge belevingswaarde hebben. Ik vind dat natuur te veel wordt geclaimd door biologen en dat cultuurhistorici en sociologen meer in de melk te brokkelen moeten hebben.”

Hij noemt als voorbeeld ‘een natuurmonument met een oerlandschap met daarin paarden, koeien en zelfs wolven zoals ze nu in de Oostvaardersplassen van plan zijn,’ en formuleert als relevante vragen: Kennen wij die natuur? In hoeverre kennen we die? En als je die oernatuur definieert, willen we die dan terug? ‘De situatie is nu heel anders dan in de prehistorie. Toen zaten de mensen middenin die natuur en joegen ze op dieren en verzamelden ze planten. Ik wil als prehistoricus het gebruik en misbruik van een nostalgisch prehistorisch natuurbegrip ter legitimering van moderne beleidsdoel-einden ter discussie stellen.’

Aaibaarheidsfactor
Louwe Kooijmans: ‘Het begint al met de vraag wat natuur is. Is dat een gebied waar alleen maar natuurlijke processen plaatsvinden onafhankelijk van het landschap? Een heideveld waarop je geen schapen laat grazen is natuur, maar dat heideveld is ontstaan via landbouwprocessen: het grazen van schapen, en afplaggen. Vroeger waren er geen heidevelden, die zijn ontstaan door toedoen van de mens. Maar wij vinden die nu zo waardevol dat we ze willen handhaven, ook al is het proces waardoor ze ontstonden verdwe-nen. Op die hei zitten korhoenders. Die hebben een hoge aaibaarheidsfactor en worden daarom nu geherintroduceerd. Toen er geen hei was, waren er ook geen korhoenders. Hetzelfde geldt voor weilanden en de grutto’s daarop, die nu zo drastisch in aantallen achteruit gaan. De natuur is dynamisch en voortdurend in verandering.’

Wildernisgevoel
‘Als je een bepaalde biodiversiteit en het behoud van bepaalde landschapstypen nastreeft, zet je daar primaire beheersmaatregelen bij’, vervolgt Louwe Kooijmans, ‘maar die moet je niet legitimeren met argumenten als dan krijg ik zo’n wildernisgevoel of dan hermaken we oernatuur. Dan wil ik weten welke oernatuur en van wanneer: 3000 jaar voor Christus, 4000 jaar of 5000? Die van de ijstijd kan niet meer. We hebben nu te maken met een klimaatverbetering en die stelt andere randvoorwaarden. Verder krijg je te maken met vragen als, wil je de zure regen compenseren?’

Belevingswaarde
Louwe Kooijmans: ‘Wij zijn bezig natuur te knutselen. Het heeft geen zin om 20 duizend hectare natuur af te schermen en te zeggen hier mag niemand in. Je moet die natuur toch combineren met beleving.’

Met het team van Archol heeft Louwe Kooijmans veel onderzoek gedaan. Met name zijn bij hun laatste grote opgravingen in Schipluiden en Hardinxveld veel nieuwe gegevens verzameld over de fauna en het landschap in de cruciale periode vlak vóór het begin van de landbouw. Hij weet dus waarover hij het heeft. ‘Het is aantoonbaar dat de grote grazers zoals oerrunderen, de bossen niet hebben opengehouden. Wisenten (Europese bizons) ontbraken al helemaal. De bossen zijn allemaal aangelegd, inclusief de lanen, maar nu mogen we geen mooie lanen met Amerikaanse eik meer aanleggen, want dat is een exoot. Maar we zetten wel damherten uit en die komen hier oorspronkelijk ook niet voor. Het is een heel ambivalent omgaan met de historiciteit, een doctrine die maar door blijft denderen.’


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK