Genetische factoren voor vroeg drinken
Als jongeren in de leeftijd van 12 tot 15 jaar eenmaal begonnen zijn met drinken, dan is er geen verband meer tussen genetische aanleg en frequentie van drinken. Dan is de omgeving en vooral het alcoholgebruik van ouders en vrienden bepalend voor hoe vaak en hoeveel ze drinken.
Evelien Poelen is de eerste die aantoont dat genetische invloed een grotere rol speelt dan omgevingsfactoren. Tot voor kort werd aangenomen dat omgevingsfactoren de belangrijkste rol spelen bij het vroeg beginnen met drinken. Poelen had toegang tot een gegevensverzameling van de Vrije Universiteit Amsterdam waardoor ze onderzoek kon doen onder enkele duizenden tweelingen in de leeftijd van 12 tot 25 en hun ouders. Ze promoveert op 3 september aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
Meest Gelezen
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Stop met studentevaluaties: ze bedreigen de academische vrijheid
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap