Laat Bos maar schuiven?

Nieuws | de redactie
17 september 2008 | Het financiële plaatje voor 2009 "lijkt haast te mooi om waar te zijn," zegt prof Henk Don, oud-directeur CPB. Maar "de begroting legt wel een hypotheek op de toekomst: in een volgende begroting zal de uitgestelde lastenverzwaring een plaats moeten krijgen en als de prijsindexatie minder gunstig uitpakt moet er dan ook op de uitgaven bezuinigd worden, wel € 4,5 miljard."

De collectieve uitgaven blijven binnen het afgesproken kader, er is een kleine lastenverlichting in plaats van de lastenverzwaring die in het regeerakkoord was voorzien en er is ook nog een groter overschot op de begroting zodat de staatsschuld verder kan worden afgelost. Hoe is het mogelijk? Kort samengevat is het antwoord: hoge gasbaten, uitstel van lastenverzwaring en een uitgavenkader dat door prijsindexatie in de prognose voor volgend jaar relatief ruim uitvalt.

Robuustheid verslechterd 

Het onderliggende beeld stemt minder vrolijk. Het uitgavenvolume ligt hoger dan was voorzien bij het regeerakkoord en de lastenverzwaring is naar de toekomst geschoven. Dankzij de hoge olieprijs (het CPB rekent met gemiddeld $125 per vat in 2009) kan het begrotingssaldo toch op 1,3% van het BBP uitkomen, evenveel als voor dit jaar wordt verwacht. Deze uitkomst is ook nog geflatteerd doordat in 2009 een verrekening plaats vindt van EU-afdrachten over 2007 en 2008, met als gevolg 1,7 miljard euro (0,3% BBP) aan eenmalige baten. In feite wordt er ook in 2009 weer niets gedaan aan verbetering van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. Integendeel, het “robuuste saldo” dat bepalend is voor deze houdbaarheid op langere termijn laat een verdere verslechtering zien.

Maar het is toch verstandig om in een jaar met lage groei een wat ruimer budgettair beleid te voeren? En het wordt toch allemaal in latere jaren goed gemaakt? Dat staat te bezien. Het Keynesiaanse pleidooi voor een actief anticyclisch beleid houdt inderdaad in dat de overheid in tijden van laagconjunctuur een wat ruimer budgettair beleid voert en in tijden van hoogconjunctuur juist wat krapper. Zo kan de conjunctuurcyclus worden gedempt, met als gevolg een stabielere economie met minder schokken in bijvoorbeeld werkloosheid en investeringen.

Maar in de praktijk is gebleken dat dit recept niet zo makkelijk uitvoerbaar is. Ik noem de belangrijkste problemen nog maar eens. Allereerst is de actuele stand van de conjunctuur moeilijk vast te stellen zodat de keuze voor een stimulerend of remmend beleid achteraf verkeerd kan uitpakken. Ten tweede, als een beleidskeuze is gemaakt duurt het meestal geruime tijd voordat de expansie of contractie van de overheidsfinanciën daadwerkelijk zijn beslag krijgt – tegen die tijd is de conjunctuur misschien al weer omgeslagen. Een derde probleem is dat het politiek gezien meestal niet moeilijk is om de bestedingen te verhogen of de lasten te verlagen, maar de omgekeerde beweging is een stuk lastiger en komt daardoor meestal onvoldoende tot stand. Problematisch is ook dat in een open economie als de Nederlandse een belangrijk deel van de bestedingsimpulsen weglekt naar het buitenland.

Wanneer wel lastenverzwaring?

Zelfs als de CPB-ramingen voor 2009 uitkomen, is helemaal niet duidelijk dat het een jaar van laagconjunctuur zal zijn. Weliswaar wordt de groei op maar 1,25% geschat, maar daarmee ligt de productie volgend jaar nog altijd boven de trend en blijft de werkloosheid onder het evenwichtsniveau. Het is natuurlijk waar dat een BTW- verhoging slecht uitkomt in een tijd dat de inflatie toch al op loopt.

Maar de onzekerheidsvarianten die het CPB in de Macro Economische Verkenning heeft opgenomen laten zien dat het helemaal niet zeker is dat de inflatie volgend jaar hoger is dan dit jaar; veel grondstoffenmarkten, inclusief de oliemarkt, hebben ook al weer prijsdalingen laten zien. En wanneer komt een lastenverzwaring wel goed uit?

Door de lastenverzwaring naar de toekomst te schuiven en de onzekere indexatievoordelen direct te incasseren legt de begroting voor 2009 een hypotheek op de toekomst: in een volgende begroting zal de uitgestelde lastenverzwaring een plaats moeten krijgen en als de prijsindexatie minder gunstig uitpakt moet er dan ook op de uitgaven bezuinigd worden. De omvang van dit probleem kan wel 4,5 miljard euro belopen, dat is driekwart procent van het BBP. Geen kleinigheid, dat schuiven van Bos.

Henk Don is hoogleraar Econometrie en Economisch Beleid aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij is in 1986 cum laude aan de Universiteit van Amsterdam gepromoveerd. Van 1978 tot februari 2006 is hij (met een korte onderbreking) werkzaam geweest bij het Centraal Planbureau (CPB). Vanaf 1994 was hij directeur van het CPB. Ook was Don van 1990 tot 1999 hoogleraar economie aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds mei 2006 is hij hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.






«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK