Minister ondermijnt eigen beleid

Nieuws | de redactie
9 september 2008 | Bij de opening van het academisch jaar pleitte minister Plasterk voor een scheiding tussen bachelor en master in het wo. Daarmee “benadeelt Plasterk zijn eigen beleid”, zegt LSVb-voorzitter Lisa Westerveld in een analyse van wat de minister verder wil, zoals meer mobiliteit, ook internationaal, en hoger rendement.

Onvoldoende bewust?
Een van de belangrijkste redenen waarom studenten eerst alle punten uit hun bachelor binnen moeten halen, voordat zij beginnen aan hun master, is volgens de minister dat studenten dan een moment van bezinning hebben. Eerder hoorden wij dit argument in het pleidooi van de VSNU om de doorstroommaster af te schaffen. Studenten zouden een bewustere keuze moeten maken en niet “automatisch” moeten doorstromen naar de master die aansluit bij hun bachelor. Waar zowel de minister als de vereniging van universiteiten aan voorbij gaat is dat studenten, op het moment dat zij de keuze voor hun master bepalen, al jarenlang studeren. Deze studenten zijn zich al die jaren al bewust van het feit dat zij een passende master moeten kiezen.

Daarnaast worden studenten vaak gedwongen de keuze voor een master eerder te maken aangezien zij in de bachelor al voorbereidende vakken moeten volgen. Waar het idee vandaan komt dat veel ouderejaars studenten zich onvoldoende bewust zijn van het belang van deze keuze is ons een raadsel.

Dat de bachelor voorbereidende vakken bevat, geldt echter slechts maar voor een deel van de opleidingen. De master sluit namelijk in veel gevallen helemaal niet direct aan op de bachelor, maar bevat vaak veel nieuwe elementen waardoor het helemaal niet nodig is om alle punten van de bachelor binnen te hebben. Het is natuurlijk logisch dat vakken die direct op elkaar aansluiten, ook na elkaar gevolgd moeten worden. Wanneer een student bijvoorbeeld het vak statistiek 1 niet heeft gevolgd, is het in veel gevallen onmogelijk om statistiek 2 wel met goed gevolg af te leggen.

Handhaving niveau
Maar evenmin zoals de kennis van aardrijkskunde essentieel is voor een opleiding als wiskunde, zijn ook veel vakken in het bacheloronderwijs geen voorwaarde voor het kunnen volgen van een mastervak. Het instellen van een harde knip is hierdoor geen waarborg voor de handhaving van het juiste niveau. Bovendien is de student is nog altijd degene die het beste in kan schatten of hij of zij het juiste niveau heeft, helemaal na jaren studeren.

Daarnaast zijn er veel praktische problemen die het instellen van een harde knip zeer onwenselijk maken. Zo kan een student vaak maar een of twee keer per jaar instromen in de master en leidt een harde knip daardoor tot studievertraging. Ook worden de meeste vakken maar een keer per jaar aangeboden. Wanneer een student aan het eind van het jaar een bachelorvak niet haalt en hierdoor een handvol studiepunten misloopt, loopt hij of zij een jaar vertraging op.

Harde knip of klap?
Dit is zonde, niet alleen voor de student, die lange tijd niets kan doen, maar ook voor de maatschappij, die afgestudeerde academici nodig heeft. Bovendien gaat dit principe lijnrecht in tegen de wens om meer mobiliteit in het onderwijs te creëren. Studenten zullen door dergelijke punteneisen wel oppassen om naar het buitenland te gaan of vakken te volgen bij een andere instelling. Elders studeren heeft vrijwel altijd de consequentie dat men studievertraging oploopt, vanwege vakken die qua inhoud niet aansluiten, roosters die elkaar overlappen en veel regelwerk. Studenten die bestuurs- en medezeggenschapswerk doen zullen dit voortaan ook wel laten, aangezien dergelijk werk meestal voor studievertraging zorgt.

De verantwoordelijke, of zelfs excellente student die meer uit zijn of haar studie wil halen wordt door onnodige regelgeving belemmerd. Het studentenleven waarin men actief is naast de studie, krijgt door invoering van de harde knip een keiharde klap.

Tegen eigen speerpunten
Misschien zal een enkeling sneller studeren door de dreiging van een harde knip met de bijbehorende studievertraging. De vraag is echter of studenten niet al voldoende gedwongen worden een keuze te maken tijdens hun opleiding. Niet alleen omdat er voorbereidende bachelorvakken zijn, maar vooral omdat iedereen in drie jaar studeren wel een beeld krijgt van wat ze na hun bacheloropleiding kunnen doen.

Tegelijkertijd belemmert de minister met een harde knip zijn eigen speerpunten: vergroting van de mobiliteit van studenten en een hoger studierendement. Door het risico op flinke studievertraging doordat je nog niet bij een master kunt instromen zullen velen niet naar het buitenland of een andere opleiding durven gaan. De minister zou eerst over de negatieve consequenties van maatregelen na moeten denken alvorens instellingen op te roepen dergelijke onzinnige maatregelen in te voeren.

Lisa Westerveld (voorzitter LSVb)
János Betkó (vice-voorzitter LSVb)


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK