Sorgdrager weet het ook niet
De NVAO definieert dit oordeel als “ver uitstijgend boven de basiskwaliteit en een voorbeeld voor opleidingen uit hetzelfde of een aansluitend domein”. In de nieuwe accreditatiesystematiek wordt het oordeel “excellent” overigens niet meer voor één of meer facetten gegeven, maar voor een gehele opleiding. De oordelen van de panels moeten in het accreditatiestelsel worden gevalideerd. Komt de NVAO dus tot een oordeel “excellent” dan is dat gebaseerd op een oordeel van deskundigen dat in onafhankelijkheid tot stand is gekomen en dat voldoende gemotiveerd en beargumenteerd is.
Naar het oordeel van de commissie is deze handelwijze voldoende transparant en objectief om het oordeel “excellent” als een adequate vertaling van bijzondere kwaliteit te beschouwen. De commissie adviseert dit als volgt vorm te geven:
— extra kwaliteit
Er moet sprake zijn van een bijzondere beloning wanneer peers (vakgenoten, experts) zich uitspreken over het feit dat er bij een opleiding extra kwaliteit wordt geleverd. Het advies van de commissie is het bedrag per ingeschreven student te verhogen wanneer de instelling over een opleiding beschikt met een door de NVAO afgegeven oordeel “excellent”. De commissie vindt het belangrijk dat het systeem ruimte geeft aan instellingen om een eigen invulling te geven aan extra kwaliteit bij de opleidingen.
–financiële beloning
Het budget dat verdeeld wordt onder de Nederlandse hoger onderwijsinstellingen is gebaseerd op studentenaantallen, diploma’s en een onderwijsopslag. Het is hiermee deels gerelateerd aan de omvang van de prestatie door een bedrag per student beschikbaar te stellen. Met de kosten die een instelling moet maken om tot deze prestatie te komen wordt in de bekostiging al rekening gehouden met een bedrag per student en een onderwijsopslag. De eenvoudigste manier om de kwaliteit van de prestatie te betrekken in de bekostiging is om het bedrag per student ook daaraan te relateren.
Het aldus berekende bedrag voor de beloning van extra kwaliteit kan toegevoegd worden aan de onderwijsopslag, zoals voorgesteld in de motie Visser/Slob. Een excellente opleiding ontvangt extra financiering gedurende de accreditatieperiode van zes jaar. Bij de volgende accreditatieronde vindt een nieuwe beoordeling van opleidingen plaats door de NVAO. Daaruit blijkt of het oordeel excellent nog van toepassing is en dus of een opleiding weer voor extra financiering in aanmerking komt en welke andere opleidingen inmiddels ook de beoordeling excellent krijgen.
De commissie adviseert om met een relatief gering budget (10-20 mln) te starten, dat op basis van behoefte (gebleken extra kwaliteit) kan worden opgehoogd. De verwachting is dat naast een financiële beloning de aandacht voor extra kwaliteit en de openbaarheid van de beoordelingen op zichzelf al een kwaliteitsverhogend effect teweeg brengen. De commissie wil zich niet uitspreken over de vraag of een beloning voor extra kwaliteit al dan niet met extra middelen moet worden ingevoerd; dat is een politiek besluit. Dat extra toevoeging van middelen de acceptatie van een dergelijk systeem bevordert, moge duidelijk zijn.
Meest Gelezen
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Stop met studentevaluaties: ze bedreigen de academische vrijheid
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap