Openheid over HO-BV’s gevraagd

Nieuws | de redactie
3 november 2008 | Minstens 84 besloten vennootschappen, waarover weinig openheid bestaat, zouden verbonden zijn met medische faculteiten. SP’er Jasper van Dijk wil een nader onderzoek naar de vraag of hoger onderwijs en wetenschapsbeoefening op deze wijze aan de markt gekoppeld mogen worden.

Hij wil dat het kabinet het onderzoek van radio-rubriek Argos oppakt en de situatie in beeld brengt.  “Er moet volledige openheid komen over alle bijverdiensten en de positie van hoogleraren die in dienst zijn van een BV. Mede op verzoek van de SP komt er een register over de nevenfuncties van hoogleraren, maar ik wil dat ook BV’s hieraan worden toegevoegd. Daarnaast moet duidelijk onderscheid gemaakt worden tussen publiek en privaat geld, bijvoorbeeld door een onafhankelijk onderzoeksfonds en volstrekte openheid en toetsing van de contracten.”

Minister Plasterk was al eerder door hem gevraagd naar zijn plannen om naar Amerikaans voorbeeld – in de Bayh-Dole wet – te regelen dat onderzoekers recht hebben op een deel van de opbrengsten van de octrooien die gebaseerd   zijn op hun werk. Daar is kritiek op, die hij in de discussie betrokken wil zien. “Zeker in het medisch-wetenschappelijk onderzoek is de onafhankelijkheid van belang voor een objectieve beoordeling van gewenste en ongewenste effecten van een geneesmiddel of vaccin.”

Vragen van de leden Jasper van Dijk en Kant (beiden SP) aan de ministers van OCW en VWS over de hoogleraar als ondernemer.


1
Wat is uw reactie op het onderzoek van Argos, waaruit blijkt dat medische
faculteiten betrokken zijn bij minstens 84 BV’s met 54 hoogleraren,
waarvan sommigen als aandeelhouder? Vindt u het aanvaardbaar dat de
universiteit Groningen hier helemaal geen openheid over wil geven? (1)

2
Wat is uw mening over het gebrek aan openheid over aandelen van
hoogleraren, winstuitkeringen en overige financiële beloningen en over de
arbeidsrelaties van hoogleraren ten opzichte van BV en universiteit?

3
Worden naast relevante nevenfuncties en posities van hoogleraren de
verdiensten van hoogleraren door middel van BV’s opgenomen in de openbare
registers die de universiteiten momenteel voltooien en waar door de Kamer
om is gevraagd? (2) Zo nee, waarom niet?

4
Bent u bereid in beeld te brengen hoeveel BV’s er momenteel zijn verbonden
aan medische faculteiten, welke hoogleraren hierbij zijn betrokken, welk
deel van de opbrengsten ten goede komt aan de hoogleraren en onderzoekers
via aandelen of winstuitkeringen en hoe de arbeidsrelaties precies
geregeld zijn?

5
Is het praktijk dat veel van deze BV’s de resultaten van de universitaire
onderzoeksafdelingen waaraan zij zijn verbonden, exclusief exploiteren? Zo
ja, betekent dit dat met publiek geld winst wordt gemaakt en dat de
belastingbetaler uiteindelijk ook nog veel moet betalen voor een nieuw
geneesmiddel?

6
Op wat voor manier wordt toegezien op de vermenging van publieke en
private middelen in de BV’s, bijvoorbeeld bij het behalen van financieel
profijt en het werken met publieke middelen?

7
Bent u nog steeds van plan om de Octrooiwet in de richting van de Bay-Dole
Act aan te passen, zodat strakker wordt geregeld dat onderzoekers recht
hebben op een deel van de opbrengsten van octrooien, zoals u in antwoord
op Kamervragen meedeelde? (3) Zo ja, hoe ver bent u met de voorbereidingen
hiervan?

8
Hoe rijmt u bovengenoemde wetswijziging met antwoord 4 op latere
kamervragen, namelijk dat persoonlijk financieel gewin door de
arts-onderzoeker onacceptabel is? (4)

9
Wat is het advies van de KNAW en andere relevante organisaties ten aanzien
van bovengenoemde wetswijziging?

10
Kent u de mening van Michael Crichton, die in het nawoord van zijn boek
Next over commercialisering van de genetica en biomedische producten,
stelling neemt tegen de Bay-Dole Act en meent dat die moet worden
ingetrokken?

11
Wat is uw reactie op zijn stelling dat de nadelen veel sterker blijken dan
de voordelen, omdat een gebrek aan openheid is doorgedrongen in het
onderzoek, wat de medische vooruitgang belemmert en wat van onderzoekers
geen filantropen maar zakenlui maakt, die zich vooral  druk maken om winst
en verlies?

12
Bent u bereid na te gaan wat de positieve en negatieve invloed is geweest
van de Bay-Dole Act in de VS (1980) voordat u uw voorstellen indient?

13
Hoe staat het met het ontwikkelen van een model-onderzoekscontract en
maakt dit inmiddels onderdeel uit van de beoordeling door de Medisch
Ethische Toetsingsommissies (METC) en de Centrale Commissie Mensgebonden
Onderzoek (CCMO)? (4)

(1)Argos, uitzending 1 november 2008
(2)Vragen Jasper van Dijk (1591) en Thieme (89)
(3)Vragen Jasper van Dijk en Kant (151)
(4)Vragen Jasper van Dijk (1591)


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK