Uw historie is zo boeiend!

Nieuws | de redactie
17 december 2008 | Jonathan Israel is in 2008 gelauwerd als de grote kenner en analyticus van Spinoza, de Verlichting en de rol van Nederland. De Heineken Prijs, de Descartes-lezing, het kon niet op. ScienceGuide sprak met de Princeton-prof over Nederland, het ‘ridiculous’ Verlichtingsdebat in ons land, deel drie van zijn magnum opus dat in de maak is en zijn nieuwste carrièrestap, die van filmster nota bene.

Worstelen met ongelijkheid

Ik ben halverwege deel 3 over de ‘Radical Enlightment’, maar ik zit eigenlijk een beetje vast nu. Kan gebeuren, hè? In 2009 moet ik wel flink doorschrijven. In 2010 moet het toch wel klaar zijn, zodat het in 2011 verschijnen kan.

Een belangrijk thema uit de delen 1 en 2 zal in mijn nieuwe boek nog sterker naar voren komen: ‘the question of inequality.’ Daar worstelden de filosofen al mee en we zijn daar ook nu nog niet echt uit, meen ik. Deze kwestie leidde zo rond 1770 tot een breuk in de Verlichtingskringen. De moderaten en de radicalen kwamen ideologisch scherp tegenover elkaar te staan. De Verlichting kreeg een vleugel die een revolutionair bewustzijn propageerde en die veel verder wilde kijken dan Frankrijk of Europa. Het kreeg aspiraties als de bevrijding van heel de mensheid van feodalisme en ‘bijgeloof’.

Een Frans verlichtingsdenker schetste zelf en détail hoe het Midden-Oosten verlost zou worden van de Islam. De Verlichting als revolutionaire gedachte zou in de stedelijke centra van de Arabische wereld voet aan wal krijgen. Dat zou leiden tot een revolte tegen de onderdrukking van de volkswil door de heersers. Daarmee zou hun misbruik van het bijgeloof ontmaskerd worden en het Midden-Oosten de ratio omhelzen. Nee, dat is niet helemaal gelukt. Goed dat u daar op wijst, haha.

Réforme

Duidelijk is wel dat deze radicale stroming een sterk ideologische opzet kende. Voltaire vonden ze al veel te behoudend, want die wilde de aristocratie overtuigen rationeel en humaan te regeren. De radicalen wilden het hele denken van hun lezers veranderen. Réforme was geen incrementele verbetering in hun ogen, maar een radicale herstructurering van heel de maatschappij.

De Amerikaanse revolutie vormde tussen 1776 en 1791 een enorm belangrijk voorbeeld van hoe realistisch zo’n Réforme zou kunnen zijn. Het kon! Dat werd duidelijk. En je zag wat dit kon opleveren. De radicalen zagen dit als bewijs, terwijl de moderaten er – terecht – op wezen dat de VS inhoudelijk gezien hun triomf was.

Nu ik deel 3 aan het schrijven ben, vind ik dat een deel 4 van het boek er eigenlijk ook wel moet komen. Er zijn immers punten die ik nog niet voldoende uitgediept had, die ik nog onvoldoende scherp zag. Zoals bijvoorbeeld de joodse Verlichtingstraditie of de rol van Rusland in de 18e eeuw. En ook het ideologiedebat tussen de radicalen nadat in 1789 de revolutie in Frankrijk losbarstte. Ik zou deel 4 dan willen afsluiten met een glimp vooruit, voorbij het begin van de 19e eeuw. De Verlichting kreeg in de 20e eeuw bijvoorbeeld een nieuwe impuls toen het anti-fascisme en anti-stalinisme een diepere onderbouwing moesten krijgen. Het Westen bezon zich op zijn ‘roots’ in de Verlichting om zich te presenteren als de principiële voorstander van vrijheid en democratie. Overigens speelde president Truman daarin een opvallend belangrijke rol.

Via Mexico naar Nederland

Ik ben in Holland terechtgekomen via Mexico, dat klopt. Tsja, hoe gaan die dingen? Ik was gefascineerd door de geschiedenis van de koloniale tijd en de wereld van Spaans-Mexico. Mijn docent was John Elliot, Trevor Roper mijn promotor. Maar het was mijn collega Klaas Hoek die mij erop wees dat in het koloniale rijk het Spaans-Nederlandse conflict, uw ‘Opstand’ en 80-jarige oorlog, een grote rol speelde. Het ontbrak in de geschiedschrijving aan een analyse die juist vanuit een Spaanse blikveld het conflict beschreef. Zo kwam ik daarbij terecht en dat leidde tot ‘The Dutch Republic’, mijn boek uit 1995.

Weet u, uw historie is zó boeiend! Vooral als we die in een internationale context durven te zien. Zo’n analyse is helaas zeldzaam. Dat was ook de reden voor mijn ambitie om de ‘Radical Enlightment’ te gaan bestuderen. Juist door een internationale context en analyse zijn we Spinoza pas nu in zijn werkelijke betekenis gaan leren zien.

‘Modern’ is afschuwelijk

Spinoza werd – met Pierre Bayle – in de decennia na zijn dood, in de 18e eeuw, gezien als de meest wezenlijke grondlegger van de Verlichting. En daarom werd hij ook zo bestreden, juist omdat men dat goed zag.

Als enige 17e eeuwse denker werd Spinoza in de 18e eeuw, en zelfs daarna in de 19e eeuw nog, in de voorste rij der filosofen geplaatst. Dat bleef onveranderd. Men erkende hem als de ‘true originator’ van een volledige transformatie van het denken en van de daarop volgende transformatie van de wereld door de revoluties van die tijd. De ‘anti-philosophes’, de furieuze bestrijders van Spinoza en zijn navolgers, zijn daarom erg interessant en onderschat. Zij noemden,  zo ook de veel gelezen Père Jamin, de Spinoza-aanhang ‘les philosophes modernes’. Dat was in die tijd geen aanbeveling. ‘Modern’ was een term die afschuw uitdrukte!

Hoge coherentie en architectuur

Ik weet dat men het mij wel eens verwijt dat ik het zo opneem voor Spinoza. Hij is gen halfgod hoor, een cult-hero moeten we er niet van maken. Wat zou de goede man daar verbijsterd over zijn geweest…

Maar Pierre Bayle heeft wel gelijk toen hij zei dat Spinoza zo goed en net zo belangrijk is als de groten onder de antieken. Omdat hij zo’n grote coherentie wist te bereiken in zijn denken. Spinoza bood een architectuur voor heel veel denkers en filosofische richtlijnen nadien. Hoe hij het denken over de ordening van de wereld en het voorkomen van oorlogen analyseerde en inspireerde is van ongekende betekenis.

Hoe weet u nou dat ik in een film over Spinoza ga optreden? Nou ja, goed. Het is waar. Rudolf van den Berg gaat de film regisseren. Ik moet als verteller optreden, daar hebben we samen indringend over gepraat. Nu weet ik dat ik eigenlijk helemaal niet zo goed ben op televisie of als ze mij filmen, maar hij heeft mij gerustgesteld dat het wel goed zal komen. We zullen zien.

Men verwart enkele dingen

De huidige, historische discussie in Nederland kan mij wel verbazen. Daar wordt nu gesteld dat je voor of tegen de Verlichting bent. Dat er een soort fundamentalistische opvatting van de Verlichting zou moeten zijn. Heel merkwaardig, in de Verlichting is fundamentalisme ‘something ridiculous.’ De Verlichting was nu juist een wezenlijke poging te ontsnappen aan normen van fundamentalistisch, bijgeloof-denken!

Wat mij ook verbaast, is dat men zo’n nadruk legt op de ‘joods-christelijke traditie’ als basis van het Westerse denken en de Verlichting. Dat discours lijkt mij toch echt van enkele volstrekt verkeerde vooronderstellingen uit te gaan. Men verwart hier een paar dingen. Wat dat betreft ben ik het helaas echt oneens met iemand als Herman Philipse, die op dit terrein meestal wel verstandig is.

Die joods-christelijke traditie wordt vervolgens in verband gebracht met een rechtse ideologie, met een anti-moslim trend. Hoe dat samenhangt is helemaal een raadsel. Ik vind dat al met al een zeer vreemde vorm van redeneren. Het is als met de revoluties in de late 18e eeuw. Niet langer was de ratio de gids in het denken, maar ‘het gevoel’.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK