Van kennisimpuls naar de snijtafel

Nieuws | de redactie
31 maart 2009 | Den Haag raadselt naar de oorzaak – en ‘de schuldige’- van de mislukking om het crisispakket de uitstraling van kennisimpuls te geven. Hoe kon een miljardenplus binnen 24 uur verpieteren tot dreiging tot bezuinigingen? Wie of wat is hier zó dom geweest?

De coalitietop meldde woensdag in de vroege ochtend aan ScienceGuide, dat de nodige elementen uit de ‘Knowledge Boost’ in het crisispakket figureerden. Ga maar na: inhaalinvesteringen in groene tech; zwaar accent op LLL en scholing in de arbeidsmarkt-maatregelen; infra-investeringen voor scholen; opvang van kenniswerkers; verlenging van grote FES-bedragen voor R&D. Er komt zelfs geen collegegeldverhoging in dit stadium.  ‘Icing on the cake’ was de afspraak dat ‘de OESO-norm’ voor de onderwijsuitgaven voor de middellange termijn werd vastgelegd. Op Prinsjesdag zou de route daarheen en détail uitgewerkt gepresenteerd worden. Al met al € 900 mln aan extra’s voor kennis en innovatie.

Geen FDR

Opvallend signaal was wel het feit dat een CDA- en een PvdA-minister die uitwerking moesten doen: Van der Hoeven (EZ) en Plasterk (OCW). Nog opvallender was dat de kennisinvesteringen en de OESO-norm in het stuk dat het kabinet in de middag presenteerde, weinig coherent waren verwerkt. De verbindingen tussen de reeksen losse punten waren weinig helder en een duidelijke ‘eindbesomming’ van het geheel ontbrak. Wat nu waar en wanneer in de rijksbegroting, sociale verzekeringen en dergelijke aan de orde was, bleek een rommeltje.

Het was duidelijk dat de onderhandelaars van de coalitie hun afspraken niet meer tot een intern samenhangend geheel van plussen, minnen en beleidskeuzen hadden weten te smeden en formuleren. Na vier weken praten had men ineens vreselijke haast gekregen, een bekend fenomeen uit eindfases van lange kabinetsformaties. Eén ochtend of middag nog een ervaren ‘editor’ aan het tekstpakket gezet en het plan had gestaan als een huis.

Ook de speech van de premier waarmee hij het geheel op woensdag aan de Kamer presenteerde had hier merkbaar last van. Een zouteloos mengsel van opgewreven oude etalageborden en economische simplismen kreeg de duidelijk afgepeigerde Balkenende nog wel uit zijn mond, maar dit was toch niet helemaal een FDR die zijn New Deal voorlegde met “The only thing we have to fear, is fear itself.”

Nog een signaal van die haastige afronding was het onvermogen van vakdepartementen als OCW om vragen te beantwoorden over de samenhang van elementen uit het pakket met het actuele beleid. Zo wist niemand, ook na 48 uur niet, welk OESO-gemiddelde de nieuwe streefnorm zou worden. Balkenende’s Innovatieplatform rook onraad en begon verschillende OESO-normen te melden, om te bewijzen dat de KIA-targets nog altijd het meest helder, eenduidig en breed gesteund waren. PvdA-Kamerspecialist Marianne Besseling rekende intussen voor dat de OESO-normering een plus van € 6 miljard voor onderwijs inhield. Haar studentenpubliek bij de LSVb kon zo’n hoorn des overvloeds nauwelijks geloven. Anderen berekenden zo’n € 4 miljard, ook niet gering maar toch een derde minder.

Een valiumtabletje

Dat de vakdepartementen –ook dat van Zeshoek-lid Ronald Plasterk- door het crisispakket op het verkeerde been waren gezet en niet in staat bleken de voor hen relevante aspecten tijdig te analyseren of uit te dragen, begon op te vallen. De kennisimpuls was nauwelijks ‘geland’. Het ontbreken van een coherente doorrekening van de arbeidsvoorwaardelijke aspecten erin voor de eigen sector was het meest pregnante feit. Minister Donner leek SZW-lid te zijn van een ander kabinet dan zijn collega’s. OCW had merkbaar geen idee of, hoe en wat een nullijn in de ruimte voor ambtenarensalarissen en uitkeringen zou betekenen voor de 80% van de uitgaven op dat departement die uit ambtelijke salarissen bestaan.

Toen de VO-raad en HBO-raad de eerste bezorgde vragen gingen stellen over het denkbare effect van zo’n nullijn voor hun docenten, bleef het lang stil. Ambtelijk klonken wat geluiden à la ‘het zal wel meevallen’. Maar omdat duidelijk was dat OCW niet of nauwelijks betrokken of geïnformeerd was over de invulling van het crisispakket op dit wezenlijke punt, was de uitwerking van zo’n valiumtabletje averechts. Het ministerie durfde op de steeds heftiger geluiden uit de koepels niet echt te reageren, zo leek het. Men wist blijkbaar ook niet zeker, of niet meer, of de rekensommen over 24 uur nog zouden kloppen.

Minister Bos van Financiën gaf op donderdag, tijdens het Kamerdebat over de crisis, een soort van duidelijkheid. Niet over het financieel perspectief voor de kennisuitgaven op basis van de OESO-norm, maar over de nullijn en zijn bezuinigende effecten op de OCW-begroting. Betekende zo’n nullijn dat er geen geld van Bos zou komen voor de al gesloten CAO’s in hbo en wo? Zou het geld dan dus elders bezuinigd moeten worden, door ontslagen bij de universiteiten en hogescholen? “Ik kan dat niet uitsluiten”, zei de schatkistbewaarder. Bos kondigde daarmee aan dat zijn PvdA-collega Plasterk moest gaan snijden in zijn begroting of een inbraak in de CAO’s gaan vragen aan de sociale partners.

De bijsmaak van de harde knip

De rapen waren gaar, met name in het hbo. De CAO in deze sector was in 2008 een van de dieptepunten geweest in het annus horribilis van Doekle Terpstra. De algemene ledenvergadering van zijn HBO-raad was ternauwernood ervan weerhouden het salarisakkoord af te wijzen. Dat nu alsnog te moeten openbreken, dan wel voor honderden miljoenen te moeten bezuinigen om de afgesproken salarisverhoging te kunnen financieren, zoiets was wel het laatste waar Terpstra als oud-vakbondsman op zat te wachten. In een persverklaring trok de HBO-raad nu openlijk de integriteit van de pleidooien van Balkenende voor kennis en innovatie in twijfel: “Vraag is natuurlijk hoe dit zich verhoudt tot de uitspraak van de MP dat het kabinet wil investeren in kennis.” Het leek een nauwelijks verhulde wraak voor Balkenende’s plagerige uithaal naar Terpstra’s pleidooien voor meer geld voor het hbo, die de premier als gastspreker op het jaarcongres van diens hogescholenkoepel zich had veroorloofd.

In deze chaos rond wel of niet bezuinigen, wel of geen lange termijn investeringen en een onhelder gedefinieerde OESO-norm, meldde zich de minister van OCW op vrijdag. Twee dagen nadat de incoherentie en onhelderheid was gaan opvallen. Plasterk deed wat zijn ambtenaren op woensdag al poogden te doen: hij ging kalmte verspreiden. En net als zij bereikte hij het tegenovergestelde.

De minister stelde gerust met de mededeling dat hij geen CAO’s zou openbreken en de Rinnooy Kan-extra’s voor leraren ongemoeid zouden blijven. Pijnlijk is alleen dat de minister van OCW helemaal geen CAO-partner is in het onderwijs en dus helemaal niets van doen heeft met het eventuele openbreken van de afspraken. Plasterk deed nog iets: hij meldde dat hij voor het honoreren van zijn toezeggingen voor de salarisruimte voor 2009 en 2010 elders op zijn begroting geld zou moeten vrij maken.

Dit hield in, dat hij aankondigde dat deze € 600 mln in de 20% niet-salaris-uitgaven van de OCW-begroting gedekt zouden moeten worden, ten koste van investeringen dus. Nu komt dit bedrag ook opvallend dicht overeen met de geraamde opbrengst van de invoering van een kostendekkend collegegeld voor de mastersopleidingen. De commissie-Gerritsen en ScienceGuide hadden dit scenario al eerder voorgerekend.

Zou Plasterk daartoe zijn toevlucht moeten nemen? De HBO-raad zou met zo’n oplossing vast wel kunnen leven. De masters in het hbo wil de minister toch slechts mondjesmaat bekostigen. Het zouden dan dus de wo-studenten zijn die de rommeligheid rond de salarisbeloften aan het hbo- en wo-personeel moeten gaan financieren bij een dergelijke collegegeldverhoging. De harde knip in het wo krijgt zo wel een heel aparte bijsmaak. En met de dekking van ‘Rinnooy Kan’ door onder meer een langzaam oplopende collegegeldverhoging was het precedent hiervoor onlangs in de Kamer al geschapen.

The jaws of victory

Heeft Plasterk een alternatief voor zo’n dekking? De helft van het bedrag zou gevonden kunnen worden in de afschaffing van de ‘gratis schoolboeken’. Dan zouden de ouders uit de midden en hogere inkomens een minpuntje krijgen. Er is niemand in Den Haag die gelooft dat het kabinet hen in een tijd van crisis dit douceurtje voor hun koopkracht op de valreep van invoering zou afpakken.

De koepels sloegen dan ook dit weekend de handen ineen. Zij geloven blijkbaar de betogen van de bewindslieden niet meer. NWO, KNAW en VSNU hadden eind vorige week ten aanzien van R&D ook al een kritische analyse laten horen. En zo slaagde men er in om tussen woensdagochtend en vrijdagmiddag een impuls van € 900 mln voor kennis, innovatie en duurzamer onderwijsgebouwen, alsmede een lange termijn ambitie van structurele verhoging van de kennisuitgaven te verknoeien. In zowel de beeldvorming als de substantie.

Wat blijft hangen is de vrees voor ingrepen in geldende CAO’s, pensioenellende en compenserende bezuinigingen via ontslagen, dan wel via collegegeldverhogingen. Het lijkt als vorm van politiek handwerk nog het meest op de Britse socialisten van de Labour Party in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw. Zij waren vermaard om hun vermogen “to snatch defeat from the jaws of victory.”






«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK