Versnippering zorg slecht voor moeder en kind (1)

Nieuws | de redactie
23 juni 2009 | In de verloskundige zorg in Nederland staat de zwangere vrouw niet centraal en vergeleken met andere Europese landen scoort ons land dan ook slecht als het gaat om kinder- en moedersterfte rondom de bevalling. Prof. Jan van Lith (LUMC) windt er in zijn oratie geen doekjes om.

Van Lith pleit voor het opheffen van de scheiding tussen de verschillende aanbieders van zorg voor zwangeren. Verloskundigen, huisartsen en gynaecologen zouden als één organisatie moeten samenwerken, met de zwangere als middelpunt. Dit voorkomt fouten in de communicatie bij de overdracht tussen verschillende hulpverleners. Ook zou het samenvoegen tot één organisatie moeten zorgen voor een centrale regie en verantwoordelijkheid.

Bovendien vindt Van Lith dat de genoemde hulpverleners plus kinderarts, anesthesist en OK-team zeven dagen per week, 24 uur per dag beschikbaar moeten zijn voor bevallingen. Op dit moment zijn bijvoorbeeld gynaecoloog en anesthesist vaak alleen oproepbaar. Om permanente beschikbaarheid mogelijk te maken, zouden de verloskundeafdelingen van een aantal ziekenhuizen per regio samengevoegd moeten worden. Het LUMC heeft zelf al de eerste stappen gezet door met regionale ziekenhuizen om tafel te gaan zitten.

Vergeleken met andere Europese landen, scoort Nederland slecht als het gaat om kinder- en moedersterfte rondom de bevalling. Verbetering van de verloskundige zorg zou daar verandering in moeten brengen.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK