Weinig ambitie, weinig resultaat

Nieuws | de redactie
29 september 2009 | 'The curse of low expectations' noemde de gouverneur van Texas het, toen hij president van de USA werd en zich als 'education president' zei te willen profileren. Die vloek komt ook in ons land voor, zoals in Friesland. “Bij een gelijke mate van intelligentie leveren de Friese leerlingen lagere leerprestaties.”

Omdat veel leerlingen op Friese basisscholen lager presteren,halen ze een minder hoog diploma in het voortgezet onderwijs danleerlingen in de rest van het land. Het minder goede schoolsuccesheeft niks met de intelligentie van de Friese jeugd te maken, maarwordt volgens onderwijskundige Hester de Boer vooral veroorzaaktdoor het lage ambitieniveau van zowel ouders als leerkrachten en -samenhangend daarmee – de onderadvisering.

Hester de Boer onderzocht de schoolprestaties van een groep van20.000 leerlingen, van wie er 1100 uit Friesland kwamen. Dezeleerlingen zaten in 1999 allemaal in de eerste klas van hetvoortgezet onderwijs en hun schoolloopbaan is in de jaren ernagevolgd. De Boer vergeleek het advies dat de Friese leerlingenkregen aan het eind van hun basisschoolperiode, hoe ver ze het opschool brachten, hun examencijfers en de vakken die ze haddengekozen.

Laag advies, lage prestaties

“Bij een gelijke mate van intelligentie leveren de Frieseleerlingen lagere leerprestaties in het basisonderwijs”, aldus DeBoer. “Er is dus sprake van onbenut talent.” Friese leerlingenhebben dus aan het eind van het basisonderwijs al eenprestatieachterstand, zoals uit eerder onderzoek reeds bleek.

Maar als hiervoor wordt gecorrigeerd, dan blijkt ook nog eensdat ze aan het eind van de basisschool een lager schooladvieskrijgen dan schooljeugd elders in het land. Friese leerlingenworden dus ondergeadviseerd.

In het voortgezet onderwijs loopt de onderwijsachterstand van deleerlingen in Friesland gelukkig niet veel verder uit. Wel blijkende leerlingen die een vmbo-advies krijgen later een lageronderwijsniveau te bereiken dan hun collega-vmbo-scholieren elders.Dat is volgens De Boer volledig terug te voeren op het minder hogeniveau bij het verlaten van de basisschool.

Leerlingen die met een havo/vwo-advies de basisschool verlaten,bereiken wel een vergelijkbaar eindniveau ten opzichte van hunschoolgenootjes in de rest van het land. Gebruik van de Friese taalheeft geen invloed heeft op het schoolsucces van de Friese jeugd,benadrukt De Boer.

Sneller stapje terug

Uit De Boers onderzoek blijkt tevens dat Friese leerlingen ookeerder een stapje terug doen wanneer de schoolprestatiestegenvallen. De Boer: “Ze stromen eerder af naar een lagerschooltype, bijvoorbeeld van vwo naar havo. Terwijl zittenblijvenvaak beter voor het eindresultaat is.” Dit zorgt er onder meer voordat in Friesland minder leerlingen (3,6 procent minder) eindexamenvwo doen.

Opvallend zijn wel de hogere eindexamencijfers van de Frieseschoolpopulatie. De Boer zegt dat dit voor een klein deel komtdoordat in Friesland zoveel leerlingen een school beneden hunniveau volgen. Ook hieruit blijkt dat Friese leerlingen mogelijkeen hoger onderwijsniveau hadden aangekund, stelt De Boer.

Vmbo-leerlingen blijken in Friesland ook iets vaker voor desector economie te kiezen dan voor techniek, terwijl een exactekeuze als perspectiefrijker geldt. Verschillen in profielkeuze vanhavo- en vwo-leerlingen, trof De Boer niet aan.

Ambitieniveau

Veel van de resultaten zijn verklaarbaar uit het lagereambitieniveau van zowel ouders als leerkrachten, zegt De Boer. Eenouderenquête naar de verwachtingen van ouders over deschoolloopbaan van hun kinderen levert een duidelijke aanwijzingvoor dit gebrek aan ambitie. Op de vraag welke opleiding hun kinddient af te ronden, gaven Friese ouders gemiddeld een lageronderwijstype aan dan vaders en moeders in de rest van hetland.

Het onderzoek van De Boer maakt duidelijk datonderwijsachterstanden al vroeg in de schoolloopbaan ontstaan. Ditgeeft beleidsmakers een handvat om het probleem aan te pakken,vindt De Boer.

Tevens moeten zowel ouders als leerkrachten er meer bewust vanworden gemaakt dat hun lagere streefniveau verstrekkende gevolgenheeft voor de onderwijsprestaties, adviseert De Boer. “Door hetgemiddeld lage opleidingsniveau, ontbreekt het ook aanrolmodellen”, verklaart De Boer. “Mensen zien onvoldoende dat eengoede opleiding tot een betere maatschappelijke positie leidt.”

 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK