Hoger onderwijs noodzaak voor elk land

Nieuws | de redactie
6 oktober 2009 | "We moeten geen kwaad doen. De afgelopen decennia heeft de ontwikkelingshulp veel opgelegd. Ontwikkelingslanden moesten het voorbeeld van de verbeteraar volgen. Daardoor verdween de ziel uit mensen die hulp nodig hadden," stelt lector Jos Walenkamp. Daarom onderzoekt zijn lectoraat ‘Internationale Samenwerking’ hoe hogescholen zich daar effectiever kunnen inzetten.

Wat gaat het lectoraat ‘Internationale Samenwerking’doen?

Het lectoraat wil kennis genereren die het mogelijk maakt deNederlandse hogescholen meer en effectiever in te zetten bijontwikkelingssamenwerking. Daarom zijn een aantal knelpuntengeïdentificeerd, die leidden tot de verschillendeonderzoeksvragen.

Zo zijn er versnipperde initiatieven, die vaak interessanterzijn voor Nederlandse deelnemers dan dat ze bijdragen aanstructurele en duurzame ontwikkeling. Ontwikkelingssamenwerking iseen vak en dat moet je leren.

Hoe gaat het onderzoek van het lectoraat ‘InternationaleSamenwerking’ in zijn werk?

Het lectoraat focust zich op wat De Haagse Hogeschool en andereNederlandse hogescholen duurzaam kunnen bijdragen aaninternationale ontwikkelingssamenwerking. Daarnaast onderzoekt hetde internationale competenties van docenten en de bijdrage van eenbuitenlands verblijf aan de ontwikkeling van studenten.

In drie ontwikkelingslanden bekijkt het lectoraat bovendien hoehet praktijkgericht hoger onderwijs in elkaar zit en hoe de wensenen behoeften van de arbeidsmarkt aldaar aansluiten bij hetonderwijs.

Op wat voor manier kunnen Nederlandse hogescholenontwikkelinglanden duurzaam helpen?

Nederlandse hogescholen hebben veel expertise op het gebied vanpraktijkgericht onderwijs. Ze kennen de relatie tussen de wereldvan werk en de wereld van leren, hebben een aantal belangrijkeinstitutionele ontwikkelingen doorgemaakt. De vraag is inderdaadhoe zij die kennis en expertise zo goed mogelijk kunnen inzetten omin ontwikkelingslanden echte, duurzame ontwikkeling tebewerkstelligen.

Hogescholen kunnen bijvoorbeeld al meer studenten naarontwikkelingslanden gaan sturen. Zo kunnen jonge mensen ter plekkeontdekken hoe het leven daar is, ervaren wat armoede betekent, hoestructuren werken.

Die buitenlandervaring maakt hen niet alleen bewuster van moreledilemma’s, maar kan ook in hun loopbaan van pas komen, als ze voorhun internationaal georiënteerde werkgever samenwerken metbedrijven of collega’s in een ontwikkelingsland. Nuttigeinitiatieven, maar het is geen professionele ontwikkelingshulp.Daartoe moeten hogescholen langdurige, structurele relaties aangaanmet bedrijven en onderwijsinstellingen in ontwikkelingslanden.

Kunnen Nederlandse hogescholen ook een impuls geven aanhet hoger beroepsonderwijs in ontwikkelingslanden?

Jazeker. Internationale samenwerking is van levensbelang voorhoger onderwijsinstellingen in ontwikkelingslanden. ‘Zij’ hebbenonder meer behoefte aan kennis en aan capaciteitsopbouw op hetgebied van management, organisatieontwikkeling en bestuur. ‘Wij’kunnen hen op die gebieden adviseren en assisteren; we hebbentenslotte al ruim een eeuw ervaring met de ontwikkeling van ‘ons’hbo-onderwijs. Daardoor hebben we op dat terrein echt wel wat tevertellen.

Een voorbeeld uit Vietnam, waar ik nog niet zo lang geleden was.Het bedrijfsleven daar ervaart het onderwijs als te theoretisch: deaansluiting tussen opleiding en praktijk verloopt niet soepel. Dushelpen Nederlandse hogescholen het onderwijs daar meer praktisch temaken. Een voorbeeld? Studenten van technische opleidingen hebbenonlangs voor het eerst een fabriek bezocht. En VietnamesePABO-studenten doen nu voor het eerst tijdens hun opleidingwerkervaring op in scholen.

Het hoger beroepsonderwijs in ontwikkelingslandenstimuleren kan op veel manieren. Wat moeten ‘we’ vooral wel en nietdoen?

We moeten geen kwaad doen. De afgelopen decennia heeft deontwikkelingshulp veel opgelegd. Ontwikkelingslanden moesten hetvoorbeeld van de verbeteraar volgen. Daardoor verdween de ziel uitmensen die hulp nodig hadden.

Gelukkig gaat het nu anders. Een juiste motivatie, talenkennis,expertise en interculturele vaardigheden zijn tegenwoordignoodzakelijke kwalificaties voor iedereen die een effectievebijdrage wil leveren aan de opbouw van hoger beroepsonderwijs inontwikkelingslanden. Het lectoraat ‘Internationale Samenwerking’gaat onderzoeken hoe ze die inzet verder kan verbeteren.

Waarom is hoger onderwijs in ontwikkelinglanden zobelangrijk?

Stel je eens een land voor zonder hoger onderwijs. Een landzonder hoog opgeleide mensen zoals artsen, chemici en economen,landbouwkundigen en ingenieurs, onderwijskundigen en biologen. Zo’nland zou onbestuurbaar zijn en bovendien sociaal, technologisch eneconomisch achterblijven bij landen die wel in staat zijn huninwoners goed onderricht te bieden.

Onderzoeken van de Wereldbank laten zien dat hoger onderwijsnaast meer belastinginkomsten, meer spaartegoeden en investeringenkan leiden tot meer economische groei, een hogerearbeidsproductiviteit, meer ondernemerschap, een betere nationalegezondheid, minder snelle bevolkingsgroei en het vormen van eenmiddenklasse, wat weer bijdraagt aan goed bestuur.

Het lectoraat internationale samenwerking wil ook deinternationale competenties van hbo-studenten verbeteren.Hoe?

We doen nu onderzoek naar interculturele competenties,motivatie, talenkennis en ervaring van docenten aan De HaagseHogeschool en we zetten een enquête uit onder de studenten die naarhet buitenland gaan voor studie of stage. Achteraf vragen wedezelfde studenten of die verwachtingen zijn uitgekomen.

De uitkomsten van die onderzoeken kunnen leiden totveranderingen waardoor meer studenten tijdens hun opleidingervaring opdoen in een ontwikkelingsland. Die studenten zullenbovendien beter worden voorbereid op hun buitenlandse periode enecht gaan bijdragen aan structurele ontwikkeling.

Lector Jos Walenkamp treedt binnenkort officieel aan bij deHaagse Hogeschool


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK