Nederlands WO in 2030 op peil

Nieuws | de redactie
1 oktober 2009 | De 'Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2009' presenteert weer de harde waarheid over het zo ruimdenkend en vooruitstrevend Nederland. Radboud, Leiden, UvA kwamen met zo'n 16% wel over de streefwaarde 2010 van OCW. Maar in dit tempo haalt Nederland pas in 2030 het EU-streefdoel van 2010. Maar er is hoop: de babyboomprofessoren vertrekken.

De opmerkelijkste feiten uit de ‘Monitor VrouwelijkeHoogleraren 2009’ op een rij.

  • Het aandeel vrouwen neemt sterk af bij elke stap in dewetenschappelijke carrière: van 52% afgestudeerden, via 43%promovendi, 31% universitair docenten, 18% universitairhoofddocenten naar 12% hoogleraren.
  • Het percentage vrouwelijke hoogleraren is de afgelopen jarenmet een half procent per jaar gestegen. Wanneer de groei zich indit tempo voortzet, haalt Nederland pas in 2030 hetstreefpercentage dat de EU zich stelde voor 2010, 25% vrouwelijkehoogleraren in alle EU-landen, en in 2014 het door OCW bijgesteldestreefpercentage, 15%.
  • Het percentage vrouwelijke hoogleraren in Nederland is laagvergeleken met dat van andere EU-landen. Nederland bezet de23ste plaats. Alleen België, Malta, Cyprus en Luxemburghebben een nog lager percentage vrouwelijke hoogleraren.
  • Enkele universiteiten overschreden al eind 2008 het OCWstreefpercentage voor 2010: Radboud Universiteit Nijmegen (16,7%),Universiteit van Amsterdam (16,5%) en Universiteit Leiden(16,3%).
  • Vrouwelijke hoogleraren verdienen minder dan mannelijkehoogleraren. In schaal 15 of 16 zit 79% van de vrouwelijkehoogleraren en 53% van de mannelijke. In schaal 17 of 18 zit 19%van de vrouwelijke hoogleraren en 41% van de mannelijke.
  • In universitaire bestuursorganen zijn vrouwen relatief slechtvertegenwoordigd. De percentages vrouwen zijn: 7% van de leden vande colleges van bestuur, 5% van de decanen, 6% van deonderzoeksdirecteuren en 24% van de onderwijsdirecteuren. In deraden van toezicht is het percentage vrouwen relatief hoog, 31%.Dit is waarschijnlijk een gevolg van de wettelijke bepaling dat indeze raden minstens een vrouw moet zitten.
  • In de komende jaren doet zich een mooie gelegenheid voor om degroei van het aantal vrouwelijke hoogleraren te versnellen omdat debabyboomgeneratiehoogleraren met pensioen gaan: 625 hoogleraren,van wie 95% man. Het potentieel aan vrouwelijke universitairehoofddocenten is groot genoeg om een flink aantal van hen op tevolgen, 63%.

«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK