Docent werkt door en wil serieuze loopbaan
Langer actief, toch tekort
Een kwart van het personeel in de gehele arbeidsmarkt is50 jaar of ouder. In het onderwijs ligt dat aandeel bijna op dehelft, in het mbo zelfs op 65%. De gemiddelde uittreedleeftijd isin de afgelopen jaren duidelijk toegenomen. Het langer doorwerkenhangt samen met de omvorming van de collectieve VUT-regeling naarde meer individuele FPU-regeling. Maatwerk stimuleert blijkbaar, zoblijkt uit de nota Werken in het onderwijs 2010 en publicatiesvan het SBO.
Ondanks deze ontwikkeling blijft op langere termijn nog altijd eengroot tekort aan leraren bestaan. Door het relatief oudemedewerkersbestand in het onderwijs – zeker in hbo en mbo – zalpensionering van de oudere leraren leiden tot een blijvend hogevervangingsvraag. Bovendien bestaat de groep uittredershoofdzakelijk uit eerstegraads mannen met fulltime functies. Dezeuitstromende leraren zullen met name vervangen worden door indeeltijd werkende jonge vrouwen, waardoor er in de praktijk meerpersonen nodig zullen zijn om deze vacatures opnieuw tevervullen.
Impuls voor upgrading
De meer professionele benadering van het leraarschap bijde docenten is ook merkbaar in de jongste cijfers over hetbijblijven, upgraden en loopbaanbeleid. Zo hebben in een jaar tijdruim 17.000 leraren een bijscholingsbeurs uit het Rinnooy Kanconvenant aangevraagd. Ruim 13.000 duizend werden daaroptoegekend.
De hogescholen hebben hier direct profijt van, want deze extraimpuls voor professionalisering werkt door in een fikse toename inde instroom van de hbo-masters. De helft van de nieuwemasterstudenten in de educatieve sector zijn docenten van 40 jaaren ouder.
Over het perspectief en beleid van hun loopbaan zijn docenten nieterg positief. OECD-onderzoek concludeert dat leraren in Nederlandhun loopbaanmogelijkheden als nogal beperkt ervaren. Ook is hetonderwijzend personeel minder tevreden is over de primairearbeidsvoorwaarden. Belangrijker factor in het geheelis echter hoe zij gestimuleerd worden in hun vak en hunintrinsieke motivatie via extra accent op de secundairevoorwaarden.
Zo blijkt uit nieuw onderzoek van SEO dat de promotiekans in hetonderwijs afneemt naarmate men langer in de sector werkt. Depromotiekans neemt wel toe op havo/vwo-scholen, met name in debovenbouw. Dit geldt ook voor die docenten die meer tijd kunnenbesteden aan niet-lesgebonden taken.
Gebrekkig beleid
Veel leraren hebben het gevoel dat procedures rondomschaalpromotie oneerlijk verlopen en eventuele promotie vooralafhangt van ‘goede relaties met de directie’. Een duidelijk beleiden heldere criteria voor promotie zijn in dat verband van belangvoor een professioneel HRM-beleid. Promotie- en beloningsbeleidwordt daarbij met name toegespitst op de functiemix binnen scholenen instellingen en op functionerings- enbeoordelingsgesprekken.
Hierdoor kunnen beloningsverschillen ontstaan tussen docenten enhet blijkt dat dit nogal een cultuuromslag vereist. Besturenbeslissen zelf over de invulling van het promotiebeleid enschoolleiders zien daar ook een belangrijke taak weggelegd voor demedezeggenschap. Beleid hiervoor ontbreekt nog op de meestescholen. Met name in het primair onderwijs blijkt ernog gering ontwikkeld HRM te zijn op terreien als deze voor dekwaliteit op langere termijn.
Meest Gelezen
‘Free riding brengt het hoger onderwijs in de problemen’
Vrouwen houden universiteit draaiende, maar krijgen daarvoor geen waardering
Hbo-docent wil wel rolmodel zijn, maar niet eigen moreel kompas opdringen
‘Sluijsmans et al. slaan de plank volledig mis’
Aangepast wetsvoorstel internationalisering dient vooral samenleving in plaats van student