Stichting van het Onderwijs ziet het levenslicht

Nieuws | de redactie
22 maart 2010 | “Wij willen de gezamenlijke voedingsbodem zijn van de tuin van het onderwijs in Nederland.” Met dat beeld schetst voorzitter Sijbolt Noorda de ambitie van de Stichting van het Onderwijs.

“In ons land was tot nu toe alleen het ministerie van OCW degenedie zich met het geheel van het onderwijs bezig hield, verder ishet versnipperd over de verschillende sectoren en schoolsoorten.Dat is vreemd, toch?”

Noorda trekt de nieuwe organisatie waarin alle bestuurlijkekoepels en de onderwijsbonden de handen ineen slaan om defundamentele thema’s en de idealen achter het onderwijsnadrukkelijker op de maatschappelijke agenda te plaatsen. “Er zijnwel allerlei onderwijsorganisaties, maar een gezamenlijke plaatsvan gesprek en doordenking ontbreekt. Die plek was leeg. Daar wilde stichting zich vooral aan wijden, dat we zelf en samen dieplaats inhoud gaan geven.”

Geen zoveelste vergadercircuit

Vandaar dat Noorda de metafoor van de tuin benut. Want hij zietde scholen en de typen onderwijs – ook de informele, niet-schoolsevormen – als de “bloeiende planten en de bomen die deze tuin mooimaken. Wij willen ons richten op de voedingsbodem voor die bomen enbloemen. Wij willen dat de grond in de tuin hen laat bloeien. Zozijn we meteen ook de verzamelplaats voor heel het onderwijs en wiehart hebben voor onderwijs in de Nederlandse samenleving.”

De stichting wil namelijk niet een strikt Haags-bestuurlijkprofiel, of zoals Noorda zegt: “niet het zoveelste vergadercircuitinrichten.” Daarom wil hij verre blijven van de neiging van zulkenieuwe instituties om een soort ‘koepel van de koepels’ te worden.”We zijn geen intermediaire organisatie die moet gaan bemiddelentussen wat het mbo en het hbo zou vinden of tussen de bonden en debesturenkoepels. We zijn wel de organisatie die men aan kan sprekenen die ook zelf zal spreken als de vraag aan de orde komt: ‘hoedenkt het onderwijs zelf over fundamentele vragen, wat zijn degezamenlijke idealen en waarden van het onderwijs?’

Gezamenlijk aanspreekpunt

Het onderwijs lijkt in dit opzicht wel een beetje op Europa inde bekende vraag van Kissinger: “If I want to talk to Europe, whodo I call?” Dat geldt ook voor deze sector in ons land, zegtNoorda. “Het onderwijs is versnipperd. We hebben voor elke sectorerbinnen goede organisaties, maar onder meer vanwege de verzuildestructuren van vroeger was er weinig gemeenschappelijks. Bovendienwordt het onderwijs permanent gebombardeerd vanuit de omgeving. Bijelk vraagstuk, bij elke uitdaging wordt meteen verwezen naar hetonderwijs, naar scholen en opleidingen en wat zij daar aan zoudenmoeten doen, moeten verbeteren, moeten oppakken. Ook daar heeft hetonderwijs als geheel geen echt antwoord op, niet ingezamenlijkheid.”

Met de stichting hoopt Noorda met zijn collega’s diegezamenlijkheid vorm en inhoud te geven, “het idealisme dat in hetonderwijs zit duidelijk te maken. Het onderwijs heeft eigen waardenen de school is gelukkig meer dan een supermarkt voor pakketjeskennis.” Als nieuw platform wil men een brede scope van bij hetonderwijs betrokkenen mee laten doen in de discussie over en hetpleidooi voor de fundamentele waarden en het idealisme dat hetonderwijs kenmerkt.

Kernthema’s

Daarbij richt men zich op drie kernthema’s. “Als je met 17dingen komt, dan gaat niemand daarvoor. Voor 3 nog wel.” Diethema’s zijn: optimale ontplooiing, omdat elk talent telt; de eigen aard van de cultuur van de onderwijsorganisatie; hetpersoonlijke, economische en maatschappelijke rendement van goed onderwijs. Daarbij wijst men nadrukkelijk opde door ScienceGuide recent gepubliceerde PISA-studie vanAndreas Schleicher van de OECD.

De stichting wil zich niet laten dringen in het keurslijf van deHaagse of politieke conjunctuur. Ook niet nu er ineens verkiezingenen een kabinetsformatie aankomen. “Ik weet niet of wij aanleidingvinden om in dit seizoen ons luid te doen horen. Wij worden alsonderwijs niet gemeten aan kabinetsperioden, maar aan eenontwikkeling ten goede over een veel langere termijn. Dit istrouwens ook een boodschap aan onszelf als onderwijs: wij moetenook wat los zien te komen van het denken in bestuurlijke, politieketermijnen.”

Noorda merkt wel op dat de positionpapers over de driehoofdthema’s waar men nu mee gaat komen in ‘politiek Den Haag’waardering ontvangen. “Hun boodschap is wat de Amerikanen zoudennoemen ‘bipartisan’, zij kunnen dienen als onderbouwing voor eenbrede politieke positiebepaling. Dat bleek ook uit de gesprekkendie wij erover voerden met mensen uit de programcommissies vanverschillende politieke partijen.”

Een belangrijke opdracht voor Noorda en zijn collega’s in hetbestuur is nu de aanpak van het werk van de stichting handen envoeten te geven en daarvoor bondgenoten in de samenleving teenthousiasmeren. “De studentenorganisaties zeiden ons al ‘wijmoeten er ook in’, en de deelnemende organisaties bij deze startzijn allen ondertekenaars van de KIA, dus ik ga er vanuit dat we desamenwerking met de KIA-alliantie ook wel in elkaar weten tefietsen. Het gaat er om, dat we ons gezamenlijk idealisme wetenover te brengen en met anderen te delen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK