HO: Veerman moet beleid bepalen

Nieuws | de redactie
25 mei 2010 | De HO-koepels willen dat de politieke partijen “onverkort” het rapport-Veerman in een komend regeerakkoord opnemen. Zelf zeggen HBO, WO en studentenbonden Veermans gedachten “volledig en in hun onderlinge samenhang door [te] voeren.” Op geen enkel punt plaatsen de vier organisaties in hun gezamenlijke conclusies een inhoudelijke kanttekening bij het rapport. Maakt hun eis een kans?

HBO-raad, VSNU, ISO en LSVb verklaren dat zij zich “gezamenlijkverbinden aan de uitvoering van het integrale advies en nemen [sic]daartoe de gezamenlijke stappen.” De centrale doelstelling daarbij:in 2020 zullen hbo en wo bijna 700.000 studenten “beter hogeronderwijs bieden” en dit zal “meer gedifferentieerd” zijn. Nu doenzij dit nog voor iets meer dan 600.000 studenten.

Onverkort

De hogescholen en universiteiten “zullen alle aan hen gerichteaanbevelingen uitvoeren” en elk van hen zal de kwaliteit verhogendoor de volgende drie beleidslijnen door te voeren, zo belovenzij:

-intensivering van hun onderwijs en matching van destudent bij de opleiding
-stevige keuzes voor een duidelijke profiel waardoor hetHO-landschap meer variëteit krijgt
-investeren in kwaliteit van docenten en hun professioneleruimte.

Van de politiek verlangen de koepels nu dat het regeerakkoord “dejuiste wettelijke en financiële condities” gaat geven. De zevenaanbevelingen van Veerman aan de overheid zouden daarom “onverkort”daarin moeten verwerkt om “de benodigde en urgente aanpassingensnel ter hand” te kunnen nemen. Daarbij wijzen de koepels op de”substantiële investeringen” waar Veerman voor pleit. 

Wat er niet in staat

Dit is een opmerkelijk pleidooi. Het houdt immers in datde koepels er van uit gaan, dat de politieke partijen ongeacht hunprogramma’s en de uitslag van de verkiezingen de inhoud van eenrapport overnemen, zonder dat daar een inhoudelijke en kritischereflectie op heeft plaats gevonden. Ook interessant is wat niet inde gezamenlijke conclusies van de vier koepels is opgenomen. Zoontbreken meer verdiepende kanttekeningen bij elementen van’Veerman’ als de geringe aandacht voor internationalisering of hetontbreken van een heldere duiding van de profielen waarophogescholen en universiteiten zich zouden moeten richten.

De centrale doelstelling van de groei naar 700.000 studenten in2020 wordt niet nader ingevuld in het stuk. Zo blijft nogonduidelijk met hoeveel studenten de universiteiten zoudenwillen krimpen, conform de lijn van Veerman, en hoeveel extra groeihet hbo ter compensatie – en tegen hoeveel kosten – zou kunnenopvangen. Ook de aard en de toename van de beoogde verderedifferentiaties binnen hbo en wo zijn in het stuk niet benoemd enuitgewerkt.

De gezamenlijke verklaring bevat geen zicht op hoe men dit metelkaar concreet gaat oppakken en uitvoeren. Wel vragen de koepelsde politiek “samen met ons de regie te nemen”, maar wie deregisseur van het stuk wordt en wie de acteurs blijft nogonbesproken.

Wat komt in regeerakkoord?

Zal de politiek dit “onverkort” over willen nemen? Het is inonderhandelingen voor een regeerakkoord ongebruikelijk om departijprogramma’s aan de kant te schuiven. Ook is het nietgebruikelijk de gedachten van één belangengroep of sectoralerapportage over te nemen als conclusie van politiek overleg. Alseen formatie tot een relatief complexe meerpartijen-coalitie leidtal zeker niet. Wel komt het voor dat in een regeerakkoord verwezenwordt naar een commissie als voetnoot/inspiratiebron voor eenafspraak tussen de betrokken fracties, die het akkoordsluiten.

Het feit dat een advies tijdens of direct na een formatie’Kamerbrede steun’ ontvangt, wil overigens ook niet zeggen dat hetonverkort uitgevoerd wordt. Het advies ‘Leerkracht’ van decommissie Rinnooy Kan is hier leerzaam voorbeeld. Toen RonaldPlasterk over dit bejubelde rapport zei “Ik voer het uit,” leiddedit niet tot complete implementatie. De beoogde salarisverhogingvoor leraren werd grotendeels gedekt uit beloningsreserves voor deonderwijssector zelf en collegegeldverhoging voor studenten. Deaspecten uit ‘Rinnooy Kan’ die het leraarsvak als professie moestenversterken werden maar beperkt gerealiseerd. De hogescholen warenbovendien allerminst content met de minimale extra bedragen die zijuiteindelijk kregen voor de kwaliteit van hun docenten.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK