Canon zeer geschikt voor Pabo-examen
Frits van Oostrom en Hubert Slings van ‘entoen.nu’ onderstrependat het wezenlijke aspect van de canon is: “Geef het vak terugaan de leraar, en de leraar terug aan het vak.”
Tot leven wekken
Het hele canonproces kwam voort uit klachten dat de kinderenallerlei zaken niet meer wisten, zeggen zij. “Gaandeweg werdduidelijk dat dit voor een belangrijk deel komt doordat hunonderwijzers die dingen ook niet meer weten. In het canonrapporthebben we daarom veel aandacht besteed aan de leraar “die tot levenwekken moet”, en hoe we deze opleiden. Zie daarvoor deel A, par.3.2, blz 60-63 van het
Die zorg gold in het bijzonder de PABO’s. “Voor hetonderdeel geschiedenis was de laatste decennia nog slechts eenhandjevol uren ingeruimd (zie deel C, par. 3.3, p. 47-49). In hetmoderne onderwijsbeleid, dat zozeer opnieuw aandacht vraagt voor decentrale rol van de docent, verdienen niet alleen diensarbeidsvoorwaarden en autonomie in de schijnwerper te komen, maarook diens kennisniveau. Geef het vak terug aan de leraar, en deleraar terug aan het vak.”
Ga niet afvinken
Sinds 1 augustus jl. staat de canon van Nederland in de kerndoelenvoor het basisonderwijs en de onderbouw van het voortgezetonderwijs. Dit is volgens de canon-makers een duidelijke conclusieuit hun werk. “Het besluit om PABO-studenten te examineren op hunkennis van de canon is hier een logisch uitvloeisel van. Bij deontwikkeling van het examen is het zaak om zowel inhoud van decanon als de didactiek erachter te bevragen. De canon is geenafvinklijst van 50 uit het hoofd te leren opschriften.”
De canon telt 50 vensters die dienen als stapstenen door deNederlandse geschiedenis en die telkens zicht bieden op meer. “Hetgaat dus zowel om het onderwerp zelf (“Rembrandt”) als om hetvenster waarop het zicht biedt (“Beroemde schilders in de GoudenEeuw”).”