Eerst de Klas trekt bedrijven

Nieuws | de redactie
4 november 2010 | During the summit 'Meet the future' EerstdeKlas will offer a lecture on leadership in education and business, introduced by Jeroen van der Veer, ex-CEO of Royal Shell Netherlands and chairman of the Platform Bèta Techniek. Lidewey van der Sluis, professor at the Nyenrode Business University, and a group of EerstdeKlas students will elaborate on how to properly foster talent development.

Inspired by the UK ‘Teach First’ initiative, EerstdeKlas set off in 2009 tooffer excellent students a post-graduate program focused onleadership and teaching. By bringing together the educationalsector, companies and the government, the organization wants toimprove the supply of highly qualified teacher for the Dutchsecondary education system. Students participating in EerstdeKlasfollow a two-year curriculum including practical teachingexperiences at secondary schools as well as leadership workshopsoffered by 20 associated businesses.

Like similar programs abroad, EerstdeKlas succeeded in expanding its networkof partners over the past academic year. Since 2009 the number ofcompanies investing in the initiative has doubled entailing bigcorporations such as ABN Amro, Siemens, Aon, KPN, Connexxion andShell along with a number of smaller businesses.

This great interest of companies investing in such a program isquite exceptional in the Netherlands.  At the same time, moreand more schools want to participate in the EerstdeKlas networkwhich currently entails 20 secondary schools all over thecountry.

Gasthoofdredacteur Ab van der Touw gaat nader in op demotieven en ervaringen van Siemens bij de intensieve samenwerkingmet JetNet en EerstdeKlas:

Nood breekt wet. Zowel bij ons, het bedrijfsleven, als bij descholen. Wij hebben meer technici nodig. We hebben meer jongerennodig die bètaprofiel kiezen en we moeten ervoor zorgen datstudenten die een technische opleiding hebben afgerond vaker eenbaan bij een technisch bedrijf kiezen. 45% kiest voor een nietingenieursberoep, zij gaan veelal bij een bank werken en wordenadviseur. Dit is ook een grote verandering vergeleken met de tijddat ik studeerde. Toen ik in Leiden zat, wilde je echt nietgeassocieerd worden met de ‘verkeerde pakken’ van hetbedrijfsleven.

Wij doen nu mee aan het programma Eerst de Klas en samen met dedeelnemers van Jet-Net van Platform Bèta Techniek stimuleren we deinteresse voor bèta en techniek bij kinderen. Zij kiezen vooral hunopleiding en beroep aan de hand van rolmodellen. Hier moet je opinspelen. Ten eerste moet je beseffen dat deze rolmodellen over dedecennia zijn veranderd. Vroeger toen de wereld klein was, was hetrolmodel bij uitstek de vader. Daarom werden zo vaak ambachten vanvader op zoon doorgegeven. Nu bepalen kinderen voornamelijk hunrolmodellen aan de hand van wat zij op tv en internet zien, soapsbijvoorbeeld. In GTST zitten veel barmannen en ‘Moskowitzen’, maarnooit een technisch wetenschapper.

Vreemde ogen dwingen

Ook de leraar is natuurlijk een belangrijk rolmodel. Doorgastdocenten wordt de variëteit van potentiële rolmodellen groter.Siemens verzorgt veel gastdocentschappen, in Den Haag, Zoetermeer,Hengelo en Assen. Met enige regelmaat geef ik zelf gastcolleges opmiddelbare scholen, hbo’s en universiteiten, maar bij Siemens zijnhet vooral onze jongere werknemers die dit doen en leuk vinden. Meteen beetje angst beginnen ze er aan. ‘Kan ik wel orde houden’,etcetera. Het antwoord is altijd: ja! Leerlingen hangen aan hunlippen, vreemde ogen dwingen.

Deze leraren brengen immers iets anders mee, dat is bijvoorbeeldiemand die meewerkte aan de bouw van de Erasmusbrug of aan deontwikkeling van een energiecentrale die wordt gevoed metkippenmest. Veel kinderen vinden zo’n iemand interessant. Als eenjonge vrouw een gastdocentschap over robotica verzorgt en laat zienwat je kunt doen met sensoren in kleding, ontstaat er ineens eenheel ander beeld over techniek.

Tevens belangrijk is dat zo ook de feitelijke toepassing vantheoretische kennis duidelijker wordt, wat scholen dan weer als eengoed voordeel zien. Het is toch vaak dat je via de praktijkmakkelijker bij de theorie komt, daar kunnen de vakdocenten weer opinhaken. Op dit vlak is er, merken wij, ook een goede afstemmingmet de scholen en onze werknemers die voor de klas gaanstaan.

Deze werknemers die de gastdocentschappen verzorgen, krijgen hieroverigens geen geld voor. Toch hebben we geen moeite om hiervoldoende mensen voor te vinden. Ze krijgen er wel wat extra vrijetijd voor trouwens, om het goed voor te bereiden en ze krijgen erecht veel waardering voor. Dit zijn bovendien vaak de werknemersdie geboeid zijn door meer dingen rond en naast hun werk en mensendie ook daardoor sneller carrière maken.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK